Mag u een bijberoep uitoefenen tijdens uw volledige werkloosheid?

T46

Laatste update : 1.11.2023

Wat zijn de voorwaarden?

Om een bijberoep (als zelfstandige of in loondienst) verder te zetten gedurende de werkloosheid, moeten 4 voorwaarden tegelijkertijd vervuld worden.

  • U moet het bijberoep reeds hebben uitgeoefend tijdens uw tewerkstelling als werknemer, gedurende ten minste 3 maanden voorafgaand aan uw uitkeringsaanvraag.  Deze periode van drie maand wordt verlengd met de periodes van ziekte of tijdelijke werkloosheid.

    Als u een uitkeringsaanvraag indient naar aanleiding van het stopzetten van een zelfstandige activiteit in hoofdberoep, en u wenst deze activiteit verder te zetten in bijberoep, dan worden deze voorwaarde bekeken op het ogenblik van de start van de zelfstandige activiteit in hoofdberoep.

    Het is dus niet mogelijk uw bijberoep te beginnen gedurende de werkloosheid

  • U moet het bijberoep aangeven op het ogenblik van de uitkeringsaanvraag bij uw uitbetalingsinstelling. U moet ja antwoorden op de vraag "oefent u een bijkomstige activiteit uit?" vermeld op het formulier C1. U moet eveneens een formulier C1A invullen. Het is zeer belangrijk de vragen gesteld op deze beide formulieren correct en nauwkeurig te beantwoorden.
    Indien u een bijberoep uitoefent zonder aangifte ervan, zult u immers uw uitkeringen moeten terugbetalen en zult u meerdere weken van het recht op uitkeringen worden uitgesloten. U kunt eveneens worden vervolgd voor een strafrechtbank.
  • U mag deze activiteit niet overdag (tussen 7 en 18 uur) uitoefenen tijdens de week (van maandag tot vrijdag).

    Deze beperking geldt niet voor de zaterdag en de zondag. In dit geval kunt u de activiteit uitoefenen ongeacht het uur en verliest u een uitkering per gewerkte zaterdag of zondag (zelfs indien u werkt na 18 u en/of vóór 7u).

  • Sommige activiteiten zijn verboden

    Volgende activiteiten kunnen niet bijkomstig verricht worden gedurende de werkloosheid (zelfs als de andere voorwaarden vervuld zijn):

    • de activiteit in een beroep dat alleen na 18 uur wordt uitgeoefend (bijvoorbeeld nachtwaker);
    • de activiteiten die verboden zijn krachtens de wet van 6 april 1960 betreffende de uitvoering van bouwwerken(voor meer informatie, gelieve uw uitbetalingsinstelling te raadplegen);
    • de activiteiten:
      • in een beroep van de horecasector (hotels, restaurants en drankgelegenheden) of van de vermaakondernemingen;
      • van leurder, reiziger (verkoop van goederen aan huis of op markten);
      • van verzekeringsagent of -makelaar.

 tenzij de activiteit van gering belang is (het is altijd beter om het werkloosheidsbureau te vragen of uw activiteit van gering belang is).

Bepaalde activiteiten zijn onderworpen aan bijzondere regels. Het gaat meer in het bijzonder om:

  • als u kunstwerkuitkeringen ontvangt;
  • de nevenactiviteit uitgeoefend in het kader van het voordeel “Springplank naar zelfstandige”,
  • de activiteit uitgeoefend in het kader van een verenigingswerk.

Voor meer inlichtingen over deze activiteiten, lees de infobladen “U genoot het voordeel van de bevriezing van de degressiviteit als artiest of als technicus in de artistieke sector - Wat verandert er als gevolg van de hervorming van de reglementering voor werknemers tewerkgesteld in de kunstensector?” nr. T29, “Wilt u de toepassing genieten van de nieuwe specifieke regels voor kunstwerkers?” nr. T30, “Mag u tijdens uw werkloosheid een nevenactiviteit in het kader van het voordeel “Springplank naar zelfstandige” uitoefenen?” nr. T158 en «Mag u een activiteit uitoefenen tijdens uw volledige werkloosheid ? » nr.T41. 

Die infobladen zijn beschikbaar bij uw uitbetalingsinstelling of op het werkloosheidsbureau van de RVA of kan u downloaden van de website  www.rva.be.

Wat gebeurt er indien de 4 voorwaarden zijn vervuld?

In principe kunt u uw bijberoep blijven uitoefenen en toch uitkeringen genieten.

Het recht op uitkeringen kan u echter worden ontzegd door de directeur van het werkloosheidsbureau, zelfs voor de dagen waarop u geen activiteit verricht, indien uw activiteit niet of niet langer het karakter heeft van een bijberoep doordat het aantal arbeidsuren dat u daaraan besteedt, of het bedrag van de inkomsten, te hoog is.

Wat moet u vermelden op uw controlekaart?

Indien uw activiteit door het werkloosheidsbureau wordt toegestaan:

  • Moet u het werk uitgeoefend tijdens de week na 18u en/of vóór 7u NIET vermelden op uw controlekaart;
  • Indien u de activiteit gedurende de week toch overdag (tussen 7u en 18u) uitoefent (dit moet uitzonderlijk blijven), MOET U het overeenstemmend vakje op uw controlekaart schrappen vooraleer u het werk aanvat;
  • Indien u de activiteit uitoefent op een zaterdag of een zondag (ongeacht het tijdstip), MOET U het overeenstemmend vakje op uw controlekaart altijd schrappen vooraleer u het werk aanvat.

De verplichting om beschikbaar te zijn voor de algemene arbeidsmarkt

Om werkloosheidsuitkeringen te genieten, moet u beschikbaar zijn voor de algemene arbeidsmarkt.

De controle van uw beschikbaarheid voor de algemene arbeidsmarkt, valt voortaan onder de bevoegheid van de gewestelijke diensten (ACTIRIS, ADG, Forem, VDAB).

Hoeveel bedraagt uw uitkering?

De inkomsten die het bijberoep opbrengt, kunnen gecumuleerd worden met het genot op uitkeringen, maar in beperkte mate.

Het dagbedrag van uw werkloosheidsuitkering zal verminderd worden met het gedeelte van het inkomen uit de bijkomstige activiteit boven 17,04 euro per dag (volgens de index geldig op 01.11.2023).

Als u de totale jaarlijkse netto-inkomsten uit uw activiteit (de inkomsten uit de activiteit van de zaterdag en de zondag inbegrepen) deelt door 312 (of in geval van een onvolledig jaar), door een evenredig aantal dagen, krijgt u het dagbedrag van de inkomsten uit deze activiteit.

U moet jaarlijks uw inkomsten indienen.

Bijvoorbeeld, indien de dagelijkse netto-inkomsten van uw bijberoep 20 euro bedragen, zal het dagbedrag van uw werkloosheidsuitkering met verminderd worden met het verschil tussen 20 euro en 17,04.