De overbruggingsvergoeding

De wet van 26 juni 2002 geeft geen expliciete omschrijving van het begrip overbruggingsvergoeding. Het is een begrensde, door het Fonds verschuldigde vergoeding als compensatie voor het verlies aan loon ingevolge de onderbreking van de activiteit van de werknemer wegens het faillissement van de onderneming waar hij was tewerkgesteld tot op het ogenblik van indienstneming door de werkgever die de activiteit van de failliete onderneming heeft overgenomen.

Daardoor genieten werknemers die tijdens de periode voorafgaand aan hun indienstneming bij de nieuwe werkgever (ook verkrijger geheten) geen beroepsactiviteit uitoefenen, een vergoeding gelijk of bijna gelijk aan het loon dat ze verdienden op het ogenblik van de stopzetting van hun beroepsactiviteit bij hun vroegere werkgever (ook vervreemder geheten).

De overbruggingsvergoeding is enkel verschuldigd door het Fonds in geval van overname na faillissement : de overname van een onderneming die het voorwerp uitmaakt van een vereffening, een gerechtelijk akkoord of die gewoon stopgezet is, heeft geen aanleiding tot toepassing van de regels inzake overbruggingsvergoeding.

Grensbedragen

De tussenkomst van het Fonds is begrensd. Het grensbedrag voor tussenkomst is afhankelijk van de wettelijke sluitingsdatum van de onderneming.

Sluitingen met een wettelijke sluitingsdatum tot en met 30 juni 2022

Sluitingen met een wettelijke sluitingsdatum vanaf 1 juli 2022

Globaal grensbedrag 25 000 EUR met specifieke grensbedragen:

  • 6 750 EUR achterstallig loon en vergoedigen en voordelen 
  • 4 500 EUR vakantiegeld voor bedienden
  • <saldo> verbrekings- of overbruggingsvergoeding 

Globaal grensbedrag 30 500 EUR zonder specifieke grensbedragen

De vermelde bedragen zijn brutobedragen.

Individuele voorwaarden

In hoofde van de werknemer moeten bepaalde voorwaarden worden vervuld om recht te hebben op een overbruggingsvergoeding; deze voorwaarden zijn de volgende :

  • betrokkene moet verbonden zijn door een contract;
  • hij mag niet meer dan één maand vóór het faillissement ontslagen zijn;
  • indien hij ontslagen werd in de maand die de faillissementsdatum voorafgaat, dan moet hij recht hebben op een verbrekingsvergoeding die niet geheel werd betaald op die datum;
  • zijn beroepsactiviteit moet onderbroken zijn in de maand voorafgaand of tengevolge van het faillissement;
  • hij moet aangeworven zijn door de werkgever die het actief van de failliete onderneming overnam en, als het hierbij gaat om een arbeidscontract met een proefbeding, niet ontslagen geworden zijn of ontslag genomen hebben tijdens de proefperiode.