Het volgen van inzetbaarheidsbevorderende maatregelen – aanvraag tot terugbetaling van kosten

T192

Laatste update : 19.02.2025

Voor wie is dit infoblad bedoeld?

Wanneer een werknemer bij een ontslag, gegeven na 31.03.2025, recht heeft op een opzeggingstermijn of -vergoeding die minstens 30 weken bedraagt, heeft hij het recht om inzetbaarheidsbevorderende maatregelen te volgen

De werknemer, zijn voormalige werkgever of de professionele dienstverlener kunnen vervolgens aan de RVA een terugbetaling vragen van de gemaakte kosten voor het volgen van deze inzetbaarheidsbevorderende maatregelen en dit ten belope van maximaal 1800 euro.
Dit bedrag hoeft niet in 1 keer opgebruikt te worden en kan verdeeld worden over verschillende inzetbaarheidsbevorderende maatregelen, bij verschillende professionele dienstverleners.

Wat is een inzetbaarheidsbevorderende maatregel?

Het is elke maatregel, voornamelijk een opleiding of een begeleiding waaraan de werknemer deelneemt, verstrekt door een professionele dienstverlener en die de werknemer moet helpen om binnen een zo kort mogelijke termijn een tewerkstelling bij een nieuwe werkgever te vinden of een activiteit als zelfstandige te verrichten.

Voorwaarden voor terugbetaling

De terugbetaling heeft uitsluitend betrekking op inzetbaarheidsbevorderende maatregelen die werden gevolgd in de periode die een einde neemt op de laatste dag van het tweede kwartaal dat volgt op het kwartaal waarin ofwel de effectieve einddatum van de opzeggingstermijn, ofwel de einddatum van de periode gedekt door de opzeggingsvergoeding, is gelegen.

Voorbeeld: indien de opzeggingstermijn een einde neemt op 15.01.2026, dienen de inzetbaarheidsbevorderende maatregelen ten laatste beïndigd te zijn op 30.09.2026.

Worden evenwel niet terugbetaald:

  • kosten voor maatregelen die werden gevolgd tijdens een periode waarin de werknemer was ingeschreven in een tewerkstellingscel die een werkgever bij een collectief ontslag moet oprichten;
  • kosten die ten laste moeten worden genomen door een andere publieke instelling overeenkomstig een bepaling voorzien bij of krachtens een wet, decreet of ordonnantie;
  • de kosten van een procedure van outplacement die ten laste zijn van een gewest.

Hoe een terugbetaling aanvragen?

Om een terugbetaling te verkrijgen, moet de werknemer, zijn voormalige werkgever of de professionele dienstverlener, ofwel elektronisch ofwel met het papieren formulier, een aanvraag bij de RVA indienen en alle vereiste documenten toevoegen.

Terugbetaling inzetbaarheidsbevorderende maatregelen

De vereiste documenten zijn:

  • een omstandige beschrijving van de gevolgde inzetbaarheidsbevorderende maatregelen;
  • een verklaring, ondertekend door de begunstigde, dat de gevolgde maatregelen de werknemer effectief helpen om binnen een zo kort mogelijke termijn een tewerkstelling bij een nieuwe werkgever te vinden of een activiteit als zelfstandige te verrichten;
  • het bewijs van het effectief en volledig gevolgd hebben van de inzetbaarheidsbevorderende maatregelen;
  • een overzicht van de kosten van de gevolgde inzetbaarheidsbevorderende maatregelen en een bewijs van de effectieve betaling daarvan;

De aanvraag tot terugbetaling moet bij de RVA toekomen uiterlijk op de laatste dag van het derde kwartaal dat volgt op het kwartaal waarin ofwel de effectieve einddatum van de opzeggingstermijn, ofwel de einddatum van de periode gedekt door de opzeggingsvergoeding, is gelegen.

Voorbeeld: indien de opzeggingstermijn een einde neemt op 15.01.2026, dient de aanvraag bij de RVA toe te komen ten laatste op 31.12.2026.

Indien de RVA van oordeel is dat de aanvraag tot terugbetaling onvolledig is, stuurt hij deze binnen de maand na ontvangst terug met vermelding van alle ontbrekende documenten en inlichtingen. Het dossier moet behoorlijk aangevuld bij de RVA toekomen binnen een termijn van één maand ingaand de dag volgend op deze waarop de Rijksdienst de aanvraag terugzond.

Voorbeeld: de aanvraag komt op 02.02.2026 toe op de RVA en er wordt geoordeeld dat deze onvolledig is. De RVA moet het dossier ten laatste op 01.03.2026 terugzenden voor vervollediging. De aanvraag wordt teruggezonden op 18.02.2026, dus ten laatste op 18.03.2026 moet het dossier vervolledigd terug bij de RVA toekomen.

De RVA kan de aanvraag tot terugbetaling geheel of gedeeltelijk weigeren indien hij vaststelt dat:

  • de gevolgde inzetbaarheidsbevorderende maatregelen niet voldoen aan de voorwaarden van de wettelijke definitie;
  • de aanvraag onvolledig is en niet tijdig werd vervolledigd;
  • de inzetbaarheidsbevorderende maatregelen niet effectief en volledig werden gevolgd;
  • de inzetbaarheidsbevorderende maatregelen niet tijdig werden gevolgd;
  • de aanvraag tot terugbetaling niet tijdig werd ingediend, tenzij de begunstigde aantoont dat hij zich wegens een situatie van overmacht in de onmogelijkheid bevond om tijdig de aanvraag in te dienen.

Indien de RVA vaststelt dat er onterecht een terugbetaling werd verricht kan deze eventueel worden teruggevorderd.

De RVA stuurt een brief met zijn beslissing.