Uitzonderlijke weersomstandigheden (overstromingen) - Specifieke regelingen voor de werkloosheid

21-03-2022

[Update 21.03.2022 - vervangt de versie van 15.12.2021]
De hevige regenval op 14 en 15 juli 2021 in sommige streken van het land kan tot gevolg hebben dat de uitvoering ...

Tijdelijke werkloosheid

De hevige regenval op 14 en 15 juli 2021 in sommige streken van het land kan tot gevolg hebben dat de uitvoering van de arbeidsovereenkomst voor bepaalde werknemers onmogelijk wordt en dat ze wordt geschorst.

De RVA aanvaardt dat alle tijdelijke werkloosheid als gevolg daarvan kan worden aangegeven als tijdelijke werkloosheid wegens overmacht.

Principe

Tijdelijke werkloosheid wegens overmacht veronderstelt dat de uitvoering van het werk tijdelijk volledig onmogelijk is.

Dat is bijvoorbeeld het geval indien de werknemer het werk niet kan uitoefenen omdat de plaats van tewerkstelling is ondergelopen, de infrastructuur van de werkgever is aangetast of vernietigd of omdat de werknemer niet op de plaats van het werk kan geraken doordat het openbaar vervoer onderbroken is of doordat de wegen overstroomd zijn.

Er wordt door de uitzonderlijke situatie tot en met 31 maart 2022 aanvaard dat ook omstandigheden die op zich het werk niet rechtstreeks onmogelijk maken, toch een reden kunnen zijn om tijdelijke werkloosheid wegens overmacht in te roepen. Het gaat om situaties waarin de werknemer getroffen is door ernstige schade of verliezen en daardoor in de onmogelijkheid is om te gaan werken omdat hij prioriteit moet geven aan nieuwe huisvesting zoeken, de opkuis of herstellingswerken van zijn woning, zijn schadedossier regelen of naar alternatieve vervoermiddelen zoeken.  

Er wordt eveneens aanvaard dat de tijdelijke werkloosheid wegens overmacht alternerend kan zijn (de werknemer moet met andere woorden niet doorlopend tijdelijk werkloos worden gesteld of er kan worden afgewisseld tussen de werknemers).

Voorwaarden

Er kan slechts een beroep worden gedaan op tijdelijke werkloosheid indien aan de volgende voorwaarden is voldaan:

  • De uitvoering van het werk is volledig onmogelijk (dat is bijvoorbeeld niet het geval indien de werknemer kan telewerken).
  • De uitvoering van het werk is slechts tijdelijk onmogelijk. Dat is niet (meer) het geval indien vaststaat dat de uitvoering van de arbeidsovereenkomst niet meer zal worden hervat (bijvoorbeeld omdat de werkgever beslist de werkzaamheden niet opnieuw op te starten of omdat de werknemer definitief verhuist en daardoor het werk bij de werkgever niet meer zal hervatten).
  • Er is geen vervangwerk mogelijk (bijvoorbeeld bepaalde opruimwerken).
  • De werknemer heeft voor die dag(en) niet reeds verlof of recuperatie genomen (tenzij verlof of recuperatie om een reden die verband houdt met de overstromingen en was aangevraagd op een ogenblik waarop nog niet voorzien was in de mogelijkheid om voor die dag(en) ook aanspraak te maken op uitkeringen als tijdelijk werkloze).
  • De werknemer heeft voor die dag geen recht op loon. Het gaat hier bijvoorbeeld om de situaties waarin
    • er in toepassing van artikel 27 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten recht is op een gewaarborgd dagloon, omdat de werknemer zich reeds op weg naar het werk had begeven of de arbeid had aangevat en die moest onderbreken;
    • er in toepassing van artikel 13 van de cao nr. 85 betreffende het recht op telewerk een recht op loon is omdat de werknemer in de onmogelijkheid is het voorziene telewerk uit te voeren en de werkgever niet zou toelaten dat de werknemer het werk op de bedrijfslocatie komt verrichten, voor zover er geen situatie van overmacht dat verhindert.
  • De werknemer kan op geen andere manier het werk bereiken (bijvoorbeeld met eigen of alternatieve vervoermiddelen).

Procedure

Voor de werkgever

In geval van tijdelijke werkloosheid wegens overmacht moet in principe de klassieke procedure worden gevolgd. Dat betekent dat de werkgever een mededeling van de tijdelijke werkloosheid wegens overmacht naar de RVA moet versturen. 

Voor de dagen van tijdelijke werkloosheid gelegen in de periode van 14 juli tot en met 31 juli 2021 zal de tijdelijke werkloosheid evenwel ook zonder mededeling worden aanvaard. In dat geval moet de werkgever enkel in de aangifte van sociaal risico betreffende de tijdelijke werkloosheid (ASR WECH 5) voor de dagen van tijdelijke werkloosheid “overmacht” (code aard van de dag 5.4) vermelden en als reden voor de overmacht “uitzonderlijke weersomstandigheden” opgeven.  

Voor de periode vanaf 1 augustus 2021 moet de werkgever elektronisch een mededeling van de tijdelijke werkloosheid naar de RVA versturen. 

In die aangifte wordt, naargelang de omstandigheden, als reden van overmacht vermeld:

  • OVERSTROMINGEN – TEWERKSTELLINGSPLAATS IN HET GETROFFEN GEBIED (indien de werkgever getroffen wordt) (reden 1)
  • OVERSTROMINGEN – WOONPLAATS WERKNEMER IN HET GETROFFEN GEBIED (indien de werknemer getroffen wordt) (reden 2)

De aangifte moet de voorziene duur van de overmacht vermelden en kan maximaal voor een periode van drie maanden worden gedaan. 

In de rubriek Opmerkingen moet de werkgever een concrete omschrijving van de omstandigheden geven (bijvoorbeeld opruimwerken in overstroomde woning, geen vervoermiddel om zich naar het werk te begeven ….).  Er moeten geen bewijsstukken bij de aangifte worden toegevoegd. 

Opgelet: indien er omwille van de overmacht als gevolg van de persoonlijke situatie van de werknemer (reden 2) reeds een aangifte werd gedaan en aanvaard (tot en met 15 augustus 2021, 31 augustus 2021, 30 september 2021 of 31 december 2021), moet er voor eventuele verlenging(en) van deze periode tot en met uiterlijk 31 maart 2022 een nieuwe aangifte gebeuren. 

Lees voor meer informatie over deze mededeling het infoblad E24.

Aangezien nog tot en met 30 juin 2022 afwijkende maatregelen in het kader van de coronacrisis die gelden voor alle tijdelijk werklozen van toepassing zijn, moet de werknemer tot die datum niet in het bezit van een controlekaart C3.2A worden gesteld.

Voor de werknemer

De werknemer moet niet in alle gevallen een uitkeringsaanvraag indienen. Lees voor meer informatie daarover het infoblad T32 (Rubriek “Wanneer en hoe een uitkeringsaanvraag indienen?”).

Als de werknemer een uitkeringsaanvraag moet indienen, kan hij voor uitkeringsaanvragen tot en met 30 juin 2022 gebruikmaken van het vereenvoudigde formulier C3.2-WERKNEMER-CORONA en de door de werkgever afgeleverde ASR WECH 5.

De uitkeringsaanvraag moet worden ingediend via een uitbetalingsinstelling (ABVV, ACLVB, ACV of HVW), waar de werknemer terechtkan voor bijkomende inlichtingen.

Verblijfplaats

Voor de periode tot en met 30 juin 2022 is het feit dat een werkloze of een werknemer in loopbaanonderbreking of tijdskrediet gaat inwonen bij familie of vrienden zonder invloed

  • voor de gezinscategorie waartoe hij behoort;
  • voor de gezinscategorie van de personen met wie hij tijdelijk gaat samenwonen. 

Werknemers die hun vast verblijfsadres verloren hebben en tijdelijk elders zijn gaan wonen, moeten daarvan geen aangifte doen indien die periode beperkt is tot 30 september 2021.

Vanaf 1 oktober 2021 moeten werklozen vragen om hun gezinstoestand te kunnen behouden aan de hand van een verklaring (C110-Overstromingen) bij hun uitbetalingsinstelling.

Vrijwilligerswerk

Er geldt voor de periode tot en met 31 maart 2022 een vrijstelling van aangifte voor de tijdelijk en volledig werklozen die in overeenstemming met de wet van 3 juli 2005 betreffende de rechten van vrijwilligers, vrijwilligerswerk verrichten in het kader van het opruimen van de getroffen gebieden of de hulp aan de getroffen bevolking.