Hebt u recht op seniorvakantie?

T106

Laatste update : 01.01.2024

Wat is seniorvakantie?

Dit infoblad geeft uitleg over de seniorvakantie waarop werknemers van 50 jaar of ouder die het werk hervatten als loontrekkende in de privé-sector, recht hebben, ter aanvulling van hun onvolledig recht op gewone betaalde vakantie.

De voornoemde werknemer die het werk hervat als loontrekkende en geen recht heeft op 4 weken betaalde vakantie ingevolge een periode volledige werkloosheid of invaliditeit in de loop van het vorige jaar, kan seniorvakantie nemen ter aanvulling van zijn onvolledig recht op vakantie. Voor elke dag seniorvakantie ontvangt hij een seniorvakantie-uitkering ten laste van de werkloosheidsverzekering, gelijk aan 65 % van zijn begrensd loon.

Hoe wordt de gewone betaalde vakantie berekend?

Het aantal weken betaalde vakantie in de loop van een jaar (het vakantiejaar) hangt af van de tewerkstellingsduur in de loop van het vorige jaar (vakantiedienstjaar). Wie het hele jaar heeft gewerkt, heeft het jaar nadien recht op 4 weken betaalde vakantie. Wie 6 maanden heeft gewerkt, heeft slechts recht op 2 weken betaalde vakantie.

Voor betaalde vakantiedagen wordt een vakantiegeld uitbetaald. Bij een bediende gebeurt de betaling door de werkgever; bij een arbeider door de Rijksdienst voor Jaarlijkse Vakantie of door een vakantiekas.

Voorbeeld:
Een werkloze die volledig werkloos is tot 30 september 2015 en het werk hervat vanaf 1 oktober 2015 (vakantiedienstjaar), werkt in 2015 maar 3 maanden en heeft in 2016 (vakantiejaar) slechts recht op één week betaalde vakantie.

De regeling van de seniorvakantie voorziet dat de werknemer van 50 jaar of ouder die voldoet aan de onderstaande voorwaarden, seniorvakantie kan nemen ter aanvulling van het onvolledige aantal dagen betaalde vakantie (zodat de totale vakantieperiode 4 weken kan duren). Voor de seniorvakantiedagen kan een seniorvakantie-uitkering betaald worden ten laste van de werkloosheidsverzekering.

Hebt u recht op seniorvakantie?

Om recht te hebben op seniorvakantie:

  • moet u minstens 50 jaar zijn op 31 december van het vakantiedienstjaar (het vakantiedienstjaar = het kalenderjaar dat voorafgaat aan het jaar waarin u vakantie neemt);
  • mag u geen recht hebben op 4 weken betaalde vakantie tijdens het vakantiejaar, ingevolge een periode volledige werkloosheid of invaliditeit (na een jaar ziekte) in de loop van het vakantiedienstjaar.

De regeling van de seniorvakantie is niet van toepassing indien het onvolledige recht op betaalde vakantie het gevolg is van andere onderbrekingen, zoals tijdelijke werkloosheid wegens overmacht, onbetaald verlof, loopbaanonderbreking enz...

Wanneer kunt u dagen seniorvakantie nemen?

U kunt de dagen seniorvakantie enkel nemen tijdens een tewerkstelling als loontrekkende en na het uitputten van de gewone betaalde vakantie.

De ligging van de seniorvakantie wordt vastgesteld zoals de ligging van de gewone vakantiedagen. Dat gebeurt dus overeenkomstig een collectieve overeenkomst of in onderling akkoord tussen u en uw werkgever. Deze dagen kunnen worden genomen in één of meerdere keren, per volledige of per halve dag. U bent echter niet verplicht deze seniorvakantiedagen te nemen.

De seniorvakantie wordt gelijkgesteld met gewone vakantie voor de andere takken van de sociale zekerheid (kinderbijslag, ziekteverzekering, pensioen) en voor het recht op vakantie tijdens het volgende jaar.

Wanneer hebt u recht op seniorvakantie-uitkeringen?

Indien u seniorvakantie neemt, hebt u recht op seniorvakantie-uitkeringen indien u de volgende voorwaarden vervult:

  • u vraagt de seniorvakantie-uitkering aan tijdens een tewerkstelling als loontrekkende waarvoor u noch een specifieke vakantieregeling geniet die van toepassing is in de openbare dienst, noch een regeling van uitgestelde vergoeding als werknemer tewerkgesteld in het onderwijs;
  • u ontvangt geen beroeps- of vervangingsinkomen voor de (halve) seniorvakantiedagen.

Hoeveel bedraagt de seniorvakantie-uitkering?

Het aantal vakantie-uren dat niet meer gedekt is door vakantiegeld, wordt omgerekend in een aantal uitkeringen via de formule "Aantal vakantie-uren x 6, gedeeld door de normale voltijdse wekelijkse arbeidsduur".

De seniorvakantie-uitkering bedraagt 65% van uw theoretisch brutoloon voor de eerste maand tijdens dewelke u seniorvakantie neemt, begrensd tot 2.837,89 euro per maand (geïndexeerd bedrag).

Het maximumbedrag is dus gelijk aan70,95 euro, gerekend in de zesdagenweek. Op dit bedrag wordt een bedrijfsvoorheffing van 10,09% ingehouden.

Indien u een brutomaandloon hebt van 2.837,89 euro, voltijds werkt en een week seniorvakantie neemt, zult u dus 38 x 6/38 = 6 daguitkeringen van 70,95 euro ontvangen, of425,70 euro bruto of  382,75 euro netto ontvangen.

Hoe bekomt u de seniorvakantie-uitkeringen?

Ieder jaar waarin u recht hebt op seniorvakantie, na de eerste maand met seniorvakantie, dient u een aanvraag in bij de uitbetalingsinstelling van uw keuze (vakbond of Hulpkas voor Werkloosheidsuitkeringen). Voor de aanvraag gebruikt u het formulier C103-seniorvakantie-werknemer. U kunt blanco formulieren bekomen bij de uitbetalingsinstellingen, bij elk werkloosheidsbureau van de RVA, dienst economaat of via www.rva.be > Documentatie > formulieren.

Uw werkgever doet een elektronische aangifte (aangifte scenario 9 genaamd). De print van deze elektronische aangifte scenario 9 die u ontvangt van uw werkger, moet u niet indienen bij uw uitbetalingsinstelling.

De aanvraag om seniorvakantie-uitkeringen wordt door de uitbetalingsinstelling overgemaakt aan de RVA. De aanvraag moet bij de RVA toekomen ten laatste in februari van het jaar volgend op het jaar waarin vakantie wordt genomen.

Voor elke maand waarin u seniorvakantie neemt, dient uw werkgever een elektronische aangifte te doen van het aantal uren seniorvakantie. (aangifte scenario 10 genaamd). Hij zal u dan een print van deze aangifte bezorgen. U moet deze print niet aan uw uitbetalingsinstelling bezorgen, deze zal immers uw uitkeringen berekenen en betalen op basis van de gegevens die elektronisch waren overgemaakt.

Voorbeeld:
De werknemer die recht heeft op een week betaalde vakantie, kan in totaal drie weken seniorvakantie bekomen. Hij neemt in januari een week betaalde vakantie. Daarna neemt hij zijn seniorvakantie in april (2 dagen), in juli en augustus (2 weken) en in december (het saldo).

De werknemer zal enkel na de eerste maand seniorvakantie, in april de C103-seniorvakantie-werknemer indienen. De werkgever maakt gebruik van de elektronische aangifte scenario 9 (de werknemer ontvangt hiervan een afschrift dat hij mag bewaren).

Voor de vakantieperiodes juli-augustus en voor december dient de werknemer geen formulieren in te dienen.

Voor elke maand waarin seniorvakantie genomen wordt, dus voor april, juli, augustus en december, moet de werkgever een aangifte scenario 10 te verrichten (de werknemer ontvangt hiervan een afschrift dat hij mag bewaren). De betaling van de seniorvakantie-uitkeringen gebeurt op basis van deze elektronische aangiftes.

Indien u tijdens uw seniorvakantiedagen een beroepsinkomen ontvangt (bijv. interimarbeid) of een vervangingsinkomen (bijv. ziektevergoeding), moet u uw uitbetalingsinstelling daarvan schriftelijk op de hoogte brengen.

Kan de deeltijdse werknemer eveneens seniorvakantie nemen?

De voormelde regeling geldt eveneens voor de deeltijdse werknemer. Na uitputting van zijn betaalde vakantie kan hij seniorvakantiedagen opnemen. De dagen zullen proportioneel vergoed worden.

De seniorvakantie heeft geen invloed op de berekening van de inkomensgarantie-uitkering, die kan toegekend worden aan de deeltijdse werknemer met behoud van rechten.

Kan een werknemer in een activeringsprogramma ook seniorvakantie nemen?

De voormelde regeling is eveneens van toepassing op de werknemer in een activeringsprogramma, die de vakantieregeling geniet van de "privé-sector". Na uitputting van zijn betaalde vakantie kan hij seniorvakantiedagen nemen.

De seniorvakantie heeft geen invloed op de berekening van de activeringsuitkering.