Cijfers Loopbaanonderbreking, thematische verloven en tijdskrediet - april 2020

In totaal 249.240 onderbrekingsuitkeringen in april 2020 (1)

In april 2020 werden in totaal 249.240 onderbrekingsuitkeringen uitgekeerd in de verschillende stelsels van tijdskrediet (private sector), loopbaanonderbreking (publieke sector) en thematische verloven (private en publieke sector), d.i. 1.410 minder dan in april 2019 (-0,6%). Het gaat om 100.720 uitkeringen voor tijdskrediet (40,4%), 98.787 voor thematische verloven (39,6%) en 49.733 uitkeringen (20,0%) voor loopbaanonderbreking.

Bijna 2/3 van de uitkeringen in het kader van tijdskrediet en loopbaanonderbreking (95.017 eenheden, d.i. 63,2%) betreffen het eindeloopbaanstelsel, waarmee oudere werknemers vóór hun pensioen hun werkregime lichter maken teneinde langer tewerkgesteld te kunnen blijven. De thematische verloven betreffen voor meer dan 3/4 het ouderschapsverlof (77.574 eenheden, d.i. 78,5%).

Totaal

 

Dalingen bij het tijdskrediet en de loopbaanonderbreking, stijging bij de thematische verloven

Voor het tijdskrediet en de loopbaanonderbreking noteren we dalingen van respectievelijk 9.114 en 5.258 eenheden (d.i. -8,3% en -9,6%). In verband met het tijdskrediet dient men rekening te houden met de afschaffing van het recht op niet-gemotiveerd tijdskrediet sinds 1 april 2017. De evolutie van de loopbaanonderbreking wordt dan weer beïnvloed door de invoering van het zorgkrediet voor ambtenaren van de Vlaamse openbare sector vanaf 2 september 2016, nadat de bevoegdheid voor deze materie werd overgeheveld naar het gewestelijke niveau in het kader van de Zesde Staatshervorming.

Het aantal uitkeringen voor de thematische verloven neemt daarentegen toe met 15,1% (+12.962 eenheden). De grootste groep in de thematische verloven, het ouderschapsverlof, evolueert met +11.422 eenheden of +17,3% op jaarbasis. Voor de kleinere stelsels van de medische bijstand en het palliatief verlof noteren we evoluties van respectievelijk +1.589 en -49 eenheden, d.i. +8,2% en -15,5%.

Totaal

De vermindering van de werktijd met 1/5 betreft 64,0% van de onderbrekingsuitkeringen

De meerderheid van de onderbrekingsuitkeringen betreft een vermindering van het werkregime met 1/5: 159.579 eenheden, d.i. 64,0%. Vooral bij het tijdskrediet is de onderbreking met 1/5 populair. Het gaat er om 74.949 (74,4%) van de gevallen t.o.v. 58.332 (59,0%) bij de thematische verloven en 26.298 (52,9%) bij de loopbaanonderbreking.

Het aantal voltijdse onderbrekingen is daarentegen vrij beperkt: het gaat om 18.024 of 7,2% van de gevallen (4.044 of 4,0% bij het tijdskrediet, 11.913 of 12,1% bij de thematische verloven en 2.067 of 4,2% bij de loopbaanonderbreking).

Het aantal uitkeringstrekkers met een voltijdse onderbreking neemt in april 2020 echter toe met 9,1% op jaarbasis (+1.500) terwijl de onderbrekingen met 1/5 van de werktijd afnemen met 4,6% (-7.695).

Het aantal uitkeringstrekkers met een onderbreking van 1/10, het nieuwe stelsel binnen het ouderschapsverlof, bedraagt 7.960.

Totaal

Verdeling volgens geslacht en gewest

Vooral vrouwen nemen tijdskrediet, thematisch verlof of loopbaanonderbreking. In april 2020 ging het om 161.242 vrouwelijke uitkeringstrekkers (64,7%) tegenover 87.998 mannelijke (35,3%). Verder wordt vooral in het Vlaams Gewest gebruik gemaakt van tijdskrediet, thematische verloven en loopbaanonderbreking: in april 2020 gaat het om 175.158 uitkeringstrekkers (70,3%) tegenover 62.573 in het Waals en 11.509 in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (respectievelijk 25,1% en 4,6%).

 

TotaalTot slot

Ten slotte dienen wij er nog op te wijzen dat voor een volledig beeld op de onderbrekingen, de bovenstaande voorstelling van de onderbrekingsuitkeringen nog een tweetal aanvullingen vereist. In de eerste plaats is het vermeldenswaardig dat er ook een groot aantal onderbrekingen plaatsvindt, waarvoor de betrokkene geen uitkering van de RVA ontvangt. In april 2020 gaat het om 16.055 onderbrekingen zonder uitkering (waarvan 8.728 in het kader van het tijdskrediet, 6.357 bij thematische verloven en 970 bij loopbaanonderbreking).

Daarnaast wijkt de evolutie van het aantal tijdens de maand uitgekeerde onderbrekingen soms sterk af van de evolutie van het aantal bij de RVA ingediende aanvragen tot een onderbreking, welke ook op korte periodes tijdens de maand of op latere periodes dan de beschouwde maand betrekking kunnen hebben. Zo zijn er in april 2020 34.314 aanvragen ingediend, wat een daling is van 5,5% op jaarbasis. (2)

In het kader van de maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 tegen te gaan, heeft de federale regering beslist om een nieuwe vorm van ouderschapsverlof in het leven te roepen om ouders bij te staan met de combinatie van werk en kinderopvang. Dit kreeg de naam corona-ouderschapsverlof. Met dat verlof kunnen ouders met een kind jonger dan 12 jaar of jonger dan 21 jaar als het kind een handicap heeft (die leeftijdsgrens valt weg in sommige specifieke situaties voor kinderen met een handicap), tussen 1 mei en 30 juni 2020 hun prestaties verminderen met 1/2 of met 1/5. Hierover zullen pas vanaf volgende maand cijfers beschikbaar zijn.

Statistieken raadplegen

De federale cijfers - Loopbaanonderbreking / Tijdskrediet:  APRIL (PDF)

______________

 (1) Als federale instelling bevoegd voor de onderbrekingsuitkeringen publiceert de RVA statistieken over de loopbaanonderbreking, tijdskrediet en thematische verloven. Die statistieken zijn gebaseerd op de betalingen van onderbrekingsuitkeringen uitgevoerd tijdens de maand. 

(2) Deze ingediende aanvragen omvatten ook de aanvragen tot verlenging van een onderbreking. RVA ontwikkelt momenteel een statistiek die het onderscheid maakt tussen verlengingen en de overige nieuwe aanvragen.