Cijfers Loopbaanonderbreking, thematische verloven en tijdskrediet - december 2019
In totaal 240.879 onderbrekingsuitkeringen in december 2019 (1)
In december 2019 werden in totaal 240.879 onderbrekingsuitkeringen uitgekeerd in de verschillende stelsels van tijdskrediet (private sector), loopbaanonderbreking (publieke sector) en thematische verloven (private en publieke sector), d.i. 5.393 minder dan in december 2018 (-2,2%). Het gaat om 102.037 uitkeringen voor tijdskrediet (42,4%), 87.392 voor thematische verloven (36,3%) en 51.450 uitkeringen (21,4%) voor loopbaanonderbreking.
Bijna 2/3 van de uitkeringen in het kader van tijdskrediet en loopbaanonderbreking (96.002 eenheden, d.i. 62,5%) betreffen het eindeloopbaanstelsel, waarmee oudere werknemers vóór hun pensioen hun werkregime lichter maken teneinde langer tewerkgesteld te kunnen blijven. De thematische verloven betreffen voor meer dan 3/4 het ouderschapsverlof (67.665 eenheden, d.i. 77,4%).
Dalingen bij het tijdskrediet en de loopbaanonderbreking, stijging bij de thematische verloven
Voor het tijdskrediet en de loopbaanonderbreking noteren we dalingen van respectievelijk 9.613 en 5.038 eenheden (d.i. -8,6% en -8,9%). In verband met het tijdskrediet dient men rekening te houden met de afschaffing van het recht op niet-gemotiveerd tijdskrediet sinds 1 april 2017. De evolutie van de loopbaanonderbreking wordt dan weer beïnvloed door de invoering van het zorgkrediet voor ambtenaren van de Vlaamse openbare sector vanaf 2 september 2016, nadat de bevoegdheid voor deze materie werd overgeheveld naar het gewestelijke niveau in het kader van de Zesde Staatshervorming.
Het aantal uitkeringen voor de thematische verloven neemt daarentegen toe met 11,9% (+9.258 eenheden). De grootste groep in de thematische verloven, het ouderschapsverlof, evolueert met +7.118 eenheden of +11,8% op jaarbasis. Voor de kleinere stelsels van de medische bijstand en het palliatief verlof noteren we evoluties van respectievelijk +2.132 en +8 eenheden, d.i. +12,3% en +2,8%.
De vermindering van de werktijd met 1/5 betreft 65,0% van de onderbrekingsuitkeringen
De meerderheid van de onderbrekingsuitkeringen betreft een vermindering van het werkregime met 1/5: 156.557 eenheden, d.i. 65,0%. Vooral bij het tijdskrediet is de onderbreking met 1/5 populair. Het gaat er om 76.187 (74,7%) van de gevallen t.o.v. 53.167 (60,8%) bij de thematische verloven en 27.203 (52,9%) bij de loopbaanonderbreking.
Het aantal voltijdse onderbrekingen is daarentegen vrij beperkt: het gaat om 16.044 of 6,7% van de gevallen (3.937 of 3,9% bij het tijdskrediet, 9.994 of 11,4% bij de thematische verloven en 2.113 of 4,1% bij de loopbaanonderbreking).
Het aantal uitkeringstrekkers met een voltijdse onderbreking neemt in december 2019 echter toe met 1,7% op jaarbasis (+271) terwijl de onderbrekingen met 1/5 van de werktijd afnemen met 4,3% (-7.037).
Het aantal uitkeringstrekkers met een onderbreking van 1/10, het nieuwe stelsel binnen het ouderschapsverlof, bedraagt 4.553.
Verdeling volgens geslacht en gewest
Aanvullende informatie
Wij dienen er nog op te wijzen dat voor een volledig beeld op de onderbrekingen, de bovenstaande voorstelling van de onderbrekingsuitkeringen nog een tweetal aanvullingen vereist. In de eerste plaats is het vermeldenswaardig dat er ook een groot aantal onderbrekingen plaatsvindt, waarvoor de betrokkene geen uitkering van de RVA-ontvangt. In december 2019 gaat het om 15.839 onderbrekingen zonder uitkering (waarvan 9.258 in het kader van het tijdskrediet, 5.585 bij thematische verloven en 996 bij loopbaanonderbreking).
Daarnaast wijkt de evolutie van het aantal tijdens de maand uitgekeerde onderbrekingen soms sterk af van de evolutie van het aantal bij de RVA ingediende aanvragen tot een onderbreking, welke ook op korte periodes tijdens de maand of op latere periodes dan de beschouwde maand betrekking kunnen hebben. Zo zijn er in december 2019 41.339 aanvragen ingediend, wat een stijging is van 17,3% op jaarbasis. (2)
Tot slot
Met de onderbrekingsgegevens voor de maand december, zijn ten slotte ook de jaarcijfers voor 2019 vanaf nu beschikbaar. In 2019 telden we gemiddeld 249.367 uitkeringsgerechtigden in een onderbrekingsstelsel per maand. Dit is een daling van 5.174 eenheden of 2,0% t.o.v. 2018. De dalingen doen zich voor bij zowel het tijdskrediet (-3,6%) als de loopbaanonderbreking (-9,3%), maar de thematische verloven laten een toename van 5,1% noteren. Voor het maandgemiddelde van alle onderbrekingsuitkeringen samen zakt het peil voor het eerst sinds 2008 onder de 250.000.
Een uitgebreide presentatie en analyse van de jaargegevens voor 2019 worden opgenomen in het RVA-jaarverslag, dat wordt gepubliceerd in maart 2020.
Statistieken raadplegen
De federale cijfers - Loopbaanonderbreking / Tijdskrediet: DECEMBER 2019 (PDF)
______________
(1) Als federale instelling bevoegd voor de onderbrekingsuitkeringen publiceert de RVA statistieken over de loopbaanonderbreking, tijdskrediet en thematische verloven. Die statistieken zijn gebaseerd op de betalingen van onderbrekingsuitkeringen uitgevoerd tijdens de maand.
(2) Deze ingediende aanvragen omvatten ook de aanvragen tot verlenging van een onderbreking. RVA ontwikkelt momenteel een statistiek die het onderscheid maakt tussen verlengingen en de overige nieuwe aanvragen.