Kan u als onderneming in herstructurering een terugbetaling van de inschakelingsvergoeding krijgen?

E44

Laatste update : 31.01.2023

Op wie is dit infoblad van toepassing?

Dit infoblad is op u van toepassing wanneer u:

  • een werkgever in herstructurering bent;
  • en een inschakelingsvergoeding hebt betaald aan werknemers die:
    • ontslagen zijn in het kader van de herstructurering;
    • zich hebben ingeschreven in een tewerkstellingscel;
    • en recht hadden op de inschakelingsvergoeding.

Wat is ...                      

... een werkgever in herstructurering?

Een werkgever is in herstructurering wanneer hij:

  • behoort tot de private sector;
  • en een collectief ontslag aankondigt.

Hoelang de werkgever in herstructurering is, wordt bepaald door de federale minister van Werk. Deze periode wordt de erkenningsperiode genoemd en wordt per brief meegedeeld aan de werkgever. 

... een werknemer ontslagen in het kader van de herstructurering?

Een werknemer is ontslagen in het kader van de herstructurering wanneer hij:

  • op de datum van de aankondiging van het collectief ontslag tewerkgesteld was in de onderneming waarvoor het collectief ontslag werd aangekondigd;
  • en tijdens de periode van de herstructurering werd ontslagen.

... een tewerkstellingscel?

Een tewerkstellingscel is een samenwerkingsverband tussen:

  • de werkgever in herstructurering;
  • één of meerdere vakbonden;
  • en de bevoegde dienst voor arbeidsbemiddeling en beroepsopleiding.

Ze wordt naar aanleiding van de herstructurering opgericht.

In een aantal gevallen is de werkgever verplicht een tewerkstellingscel op te richten, in andere gevallen heeft hij daar de mogelijkheid toe.

De deelname aan een regionaal alternatief (van Actiris, ADG, FOREM, VDAB) wordt gelijkgesteld met de oprichting van een tewerkstellingscel.

Wat is de inschakelingsvergoeding?

Een werknemer die:

  • ontslagen is in het kader van de herstructurering,
  • ingeschreven is in de  tewerkstellingscel
  • en op de dag van de aankondiging van het collectief ontslag minstens één jaar ononderbroken dienstanciënniteit bij u,

heeft tijdens de periode in de tewerkstellingscel recht op een vergoeding gelijk aan het lopend loon en de normale voordelen.

Deze vergoeding noemt men de inschakelingsvergoeding.               

De inschakelingsvergoeding is:

  • enkel verschuldigd tijdens de effectieve periode van inschrijving in de tewerkstellingscel;
  • en in elk geval beperkt tot:
    • 3 maanden als de werknemer op de dag van de aankondiging van het collectief ontslag jonger dan 45 jaar was;
    • 6 maanden als de werknemer op de dag van de aankondiging van het collectief ontslag minstens 45 jaar was.

Om de inschakelingsvergoeding te betalen gebruikt u de gewone opzegvergoeding waarop de werknemer recht zou hebben. Wanneer de gewone opzegvergoeding voldoende is, zal u geen bijkomende kosten hebben. Is de gewone opzegvergoeding onvoldoende, dan zal u een bijpassing moeten betalen.

Kan u een terugbetaling vragen en voor wie?

U kan een terugbetaling van de inschakelingsvergoeding vragen wanneer u een bijpassing heeft moeten betalen omdat de gewone opzegvergoeding voor de werknemer niet voldoende was om de inschakelingsvergoeding te betalen en indien de datum van de aankondiging van het collectief ontslag vóór 01.01.2023 valt.

U kan de terugbetaling van de inschakelingsvergoeding vragen voor:

  • arbeiders;
  • bedienden die werden ontslagen na 31.12.2013.

Welke terugbetaling kan u vragen?

Algemene regel

U kan de terugbetaling vragen van de totale bijpassing die u bovenop de normaal verschuldigde opzegvergoeding hebt moeten betalen.

De terugbetaling is dus beperkt tot de bijkomende kost die u moest betalen op grond van de reglementering inzake herstructureringen.

Afwijking voor collectieve ontslagen aangekondigd na 26.04.2015

Wanneer de laatste arbeidsovereenkomst van een werknemer (dit is de arbeidsovereenkomst waaraan door ontslag in het kader van de herstructurering een einde werd gemaakt) een aanvang nam vóór 01.01.2014, kan u een hogere terugbetaling vragen dan de effectieve bijpassing die u hebt betaald bovenop de effectief verschuldigde opzegvergoeding.

Meer uitleg over deze afwijking vindt u hierna in het hoofdstuk ‘opmaken van een excelbestand’.

Hoe berekent u het bedrag?

De opzegvergoeding laat u niet toe om voor elke maand in de tewerkstellingscel een bedrag te betalen dat gelijk is aan het normale loon en de lopende voordelen. Om die reden wordt ze opgesplitst in maandelijkse bedragen.

Dat maandelijkse deel van de opzegvergoeding noemen we ‘deel A’. Bij onvolledige maanden moet het deel A geproportioneerd worden.

Voorbeeld

Een werknemer schrijft zich in van 01.01.2016 tot en met 30.06.2016. Hij zal 6 gelijke delen A hebben. Een andere werknemer schrijft zich in van 15.01.2016 tot en met 14.07.2016. Hij zal voor de 5 volle maanden een gelijk deel A ontvangen, en voor de twee halve maanden telkens een half deel A.    

U moet vervolgens maandelijks boven op dit deel A een bijpassing betalen tot aan het normale loon en de lopende voordelen.

Deze bijpassing noemen we ‘deel B’. Ook dat deel B zal bij onvolledige maanden worden geproportioneerd.

Gedurende de hele periode in de tewerkstellingscel (maar beperkt tot de verplichte periode van 3 of 6 maanden) ontvangt de werknemer dus maandelijks een deel A en een deel B. De beide delen samen vormen dan de inschakelingsvergoeding voor die maand.

De totale bijkomende kost die u kan terugvragen, is gelijk aan de som van alle delen B die u tijdens de periode in de tewerkstellingscel hebt betaald aan een werknemer.

Het gaat om het brutobedrag vermeerderd met de RSZ-werkgeversbijdragen en verminderd met de RSZ-bijdrageverminderingen. Deze bijdragen en verminderingen worden op kwartaalbasis berekend zodat u deze wel eerst moet omrekenen naar een maandbedrag.

Voorbeeld

Een werknemer (52 jaar) wordt ontslagen op 31.05.2016 en heeft recht op een opzegvergoeding van 3 maanden. Hij schrijft zich in bij de tewerkstellingscel op 01.06.2016. Hij blijft gedurende 6 maanden ingeschreven en heeft gedurende die 6 maanden recht op een inschakelingsvergoeding. De opzegvergoeding van 3 maanden is onvoldoende en wordt dus verdeeld in 6 maandelijkse delen. Maandelijks krijgt de werknemer 1/6 van de opzegvergoeding, ter waarde van een half maandloon. Elke maand moet de werkgever dus een half maandloon bijpassen als deel B. Hij kan nadien de terugbetaling vragen van de som van de 6 delen B die hij heeft betaald.

Binnen welke termijn kan u de terugbetaling vragen?

De termijn verschilt naargelang u een collectieve of een niet-collectieve aanvraag indient.

U doet een “collectieve” aanvraag?

Bij een collectieve aanvraag dient u één aanvraag tot terugbetaling in voor alle werknemers die bij het collectief ontslag betrokken zijn, nadat u de laatste inschakelingsvergoeding voor deze werknemers hebt betaald.

U kan een collectieve aanvraag indienen:

  • ten vroegste na de laatste maand waarin u nog een inschakelingsvergoeding moest betalen;
  • en ten laatste 6 maanden na de laatste maand waarin u nog een inschakelingsvergoeding verschuldigd was.

Een vroegtijdige collectieve aanvraag tot terugbetaling zal niet behandeld worden. U moet uw aanvraag opnieuw indienen van zodra de termijn begint te lopen.

Een laattijdige collectieve aanvraag tot terugbetaling zal geweigerd worden.

Voorbeeld

Een werkgever in herstructurering ontslaat 99 arbeiders, die zich op 01.01.2016 inschrijven in de tewerkstellingscel en ingeschreven blijven tot 30.06.2016. Op 30.06.2016 wordt nog 1 arbeider ontslagen in het kader van dezelfde herstructurering. Hij schrijft zich op 01.07.2016 in bij de tewerkstellingscel en blijft ingeschreven tot 31.12.2016. De werkgever kan voor de 100 arbeiders een collectieve aanvraag indienen tussen 01.01.2017 en 30.06.2017.

U doet een “niet-collectieve” aanvraag?

Bij een niet-collectieve aanvraag dient u een aanvraag in voor één of meer werknemers maar niet voor alle bij het collectief ontslag betrokken werknemers tegelijk.

U kan een niet-collectieve aanvraag indienen:

  • ten vroegste op het einde van de totale periode waarop de inschakelingsvergoeding voor de werknemer(s) in kwestie betrekking heeft;
  • en uiterlijk op het einde van de zesde maand na het einde van de totale periode gedekt door de inschakelingsvergoeding voor de werknemer(s) in kwestie.

Een vroegtijdige niet-collectieve aanvraag tot terugbetaling zal niet behandeld worden. U moet uw aanvraag opnieuw indienen van zodra de termijn begint te lopen.

Een laattijdige niet-collectieve aanvraag tot terugbetaling zal niet aanvaard worden. Had u voordien nog geen tijdige niet-collectieve aanvraag ingediend, dan kan u de laattijdige niet-collectieve aanvraag wel nog integreren in een collectieve aanvraag.

Voorbeeld

Een werkgever in herstructurering ontslaat 2 arbeiders die zich inschrijven van 01.02.2016 tot en met 31.07.2016 en 2 bedienden die zich inschrijven van 01.04.2016 tot en met 30.09.2016. Hij wil voor de 2 arbeiders en voor de 2 bedienden aparte aanvragen indienen. Voor de arbeiders kan hij een aanvraag indienen van 01.08.2016 tot en met 31.01.2017, voor de bedienden kan hij een aanvraag indienen van 01.10.2016 tot en met 31.03.2017.

Hoe vraagt u een terugbetaling aan?

Procedure

U moet uw aanvraag schriftelijk indienen, per aangetekende brief én per mail.

Per mail

U stuurt een mail met als onderwerp “naam bedrijf – aanvraag terugbetaling inschakelingsvergoeding” naar het adres reglement@rva.be.

In die mail voegt u toe:

  • een Excelbestand dat alle gegevens bevat die nodig zijn om het terug te betalen bedrag te berekenen;
  • een kopie van de brief die u verstuurt. Zie hieronder.
Schriftelijk

U stuurt een aangetekende brief naar het hoofdbestuur van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening, Directie Werkloosheidsreglementering, Keizerslaan 7, 1000 Brussel.

De brief moet ondertekend zijn door een verantwoordelijke van het bedrijf en het totale bedrag weergeven van de terug te betalen inschakelingsvergoedingen (één globaal bedrag voor alle werknemers in de aanvraag). U deelt ook uw rekeningnummer mee, en de naam en het adres van de titularis van dit nummer.

Het is niet nodig een print toe te voegen van het Excelbestand.

Excel-bestand

Aanvraag terugbetaling inschakelingsvergoeding (Excelbestand .xlsx)

Algemeen

U maakt alle gegevens over aan de hand van het modeldocument dat u vindt op onze website, toegevoegd aan dit infoblad. Dat document is bruikbaar ongeacht de datum van aankondiging van het collectief ontslag.

U maakt in dat Excelbestand een apart werkblad aan voor elke kalendermaand en vermeldt op elk werkblad de gegevens van alle werknemers voor wie u voor die maand een terugbetaling vraagt.

Voorbeeld

U vraagt de terugbetaling voor twee werknemers. Werknemer 1 zat in de tewerkstellingscel van 01.01.2016 tot en met 30.06.2016, werknemer 2 van 01.03.2016 tot en met 31.08.2016. Uw Excelbestand bevat dan 8 tabbladen. Op de eerste 2 tabbladen komt enkel werknemer 1 voor, de volgende 4 tabbladen vermelden de beide werknemers en de laatste twee enkel werknemer 2.

U verandert niets aan de volgorde van de kolommen. U voegt geen kolommen toe en u verbergt ook geen kolommen.

Lees vooraleer u de gevens invult, alle richtlijnen goed na. U vindt deze in het eerste werkblad van het modeldocument.  

Eén bestand per aanvraag

U gebruikt per aanvraag een nieuw Excelbestand. Vraagt u een volgende keer een nieuwe terugbetaling (voor andere werknemers), dan maakt u een nieuw Excelbestand over met enkel de gegevens van de nieuwe werknemers waarvoor u de terugbetaling vraagt. U brengt dus geen aanvulingen of wijzigingen aan in een eerder overgemaakt Excelbestand.

Eén aanvraag

U kunt per werknemer slechts één aanvraag indienen. U kan dus niet eerst de terugbetaling vragen voor enkele maanden en vervolgens een terugbetaling vragen voor de resterende maanden.

Uitzondering

Diende u al een aanvraag in en kan u nu pas de RSZ-bijdrage jaarlijkse vakantie terugvorderen die u nog niet had betaald op het moment van de eerste aanvraag? In dat geval wordt de aanvraag tot terugbetaling van die bijdrage niet beschouwd als een nieuwe aanvraag en mag u opnieuw een Excelbestand indienen met nieuwe gegevens.

Hoe het Excelbestand invullen

U maakt een werkblad voor elke maand waarin u voor minstens één werknemer een terugbetaling vraagt.

Op het eerste werkblad vult u bovenaan de datum in van de aankondiging van het collectief ontslag.

Op elk werkblad vult u onderaan de kalendermaand in waarvoor de terugbetaling wordt gevraagd.

Vervolgens vult u op elk werkblad per werknemer (voor wie u voor die maand een terugbetaling vraagt) de volgende gegevens in:

  • kolom A: de naam van de werknemer;
  • kolom B: het rijksregisternummer van de werknemer;
  • kolom E: de datum van aanvang van de laatste ononderbroken arbeidsovereenkomst (dit is de arbeidsovereenkomst die in het kader van de herstructurering werd beëindigd);
  • kolom F: de datum van verbreking van de arbeidsovereenkomst (de periode die gedekt is door de inschakelingsvergoeding loopt vanaf de dag die volgt op deze datum);
  • kolom G: het aantal kalenderdagen gedekt door de effectieve opzegvergoeding (dit aantal moet overeenkomen met de periode vermeld op de C4);
  • kolom H: het totaal bedrag van de effectieve opzegvergoeding (dit bedrag dekt de periode in kolom G en moet dus overeenkomen met het bedrag vermeld op de C4);
  • kolom I: het totaal bedrag van de inschakelingsvergoeding
  • kolom L: het aantal kalenderdagen gedekt door de fictieve opzegvergoeding zoals berekend volgens de regels die golden op 31.12.2013 (in het paritair comité waarin de werknemer zich bevond op het moment van ontslag).

U vult deze kolom enkel in wanneer de laatste arbeidsovereenkomst van deze werknemer een aanvang nam vóór 01.01.2014, op voorwaarde dat het collectief ontslag werd aangekondigd na 26.04.2015.

U vult hier een fictief aantal kalenderdagen in, namelijk het aantal kalenderdagen waarop hij recht zou hebben als de opzegregels van 31.12.2013 zouden gelden. U berekent de opzeg op de totale anciënniteit, dus ook die van na 31.12.2013.

Opgelet: limieten respecteren

De opzeg, berekend volgens de regels die golden op 31.12.2013, moet een bepaald minimum respecteren. Als de opzeg niet aan dat minimum voldoet, moet u het aantal kalenderdagen optrekken tot het toepasselijke minimum. 

Hiervoor kijkt u naar de totale dienstanciënniteit (dus ook de anciënniteit na 31.12.2013) en past u de onderstaande tabel toe. 

 

Anciënniteit

Minimum opzegtermijn

< 3 maanden

2 weken

≥ 3 maanden en < 6 maanden

4 weken

≥ 6 maanden en < 5 jaar

5 weken

≥ 5 jaar en < 10 jaar

6 weken

≥ 10 jaar en < 15 jaar

8 weken

≥ 15 jaar en < 20 jaar

12 weken

≥ 20 jaar

16 weken

 

Voorbeeld

Een arbeider met 18 jaar anciënniteit wordt ontslagen op 31.07.2016, het collectief ontslag is aangekondigd op 01.06.2016. Hij schrijft zich op 01.08.2016  in bij de tewerkstellingscel en ontvangt 6 maanden inschakelingsvergoeding. Hij heeft normaal gezien recht op een opzeg van 3 maanden en 10 weken. Volgens de regels die golden op 31.12.2013 zou hij maar recht hebben op 4 maanden opzegvergoeding.

De werkgever kan de terugbetaling vragen van het verschil tussen de 6 maanden inschakelingsvergoeding en de 4 maanden opzeg (het minimum van de tabel, 12 weken, is immers gerespecteerd). 

  • kolom N: het totaal bedrag van de fictieve opzegvergoeding berekend volgens de regels die golden op 31.12.2013 (in het paritair comité waarin de werknemer zich bevond op het moment van ontslag).

    U vult deze kolom enkel in wanneer u kolom L moest invullen. Dit bedrag dekt immers het fictief aantal kalenderdagen vermeld in kolom L.

  • kolom P: het brutobedrag van deel A voor de kalendermaand in kwestie.

    U berekent deel A op grond van:

    • ofwel het bedrag vermeld in kolom H indien de laatste arbeidsovereenkomst aangevat is na 31.12.2013;

    • ofwel het bedrag vermeld in kolom N indien de laatste arbeidsovereenkomst aangevat is vóór 01.01.2014;

  • kolom S: het bedrag van de RSZ-werkgeversbijdrage op deel A (verminderd met het bedrag van de eventuele RSZ-bijdragevermindering) voor de kalendermaand in kwestie;
  • kolom U: het brutobedrag van deel B voor de kalendermaand in kwestie (1);
  • kolom V: het bedrag van de RSZ-werkgeversbijdrage op deel B voor de kalendermaand in kwestie (zie kolom U) (2);
  • kolom X: het bedrag van de eventuele RSZ-bijdragevermindering voor de werkgever op het bedrag van de RSZ-werkgeversbijdrage (zie kolom V) (3);
  • kolom Y: de totale kost van het deel B = (1) + (2) – (3).
Voorbeeld 1

U kondigde een collectief ontslag aan op 30.11.2015 en ontsloeg op 01.04.2016 een werknemer die sinds 01.01.1999 met een contract van onbepaalde duur werkte.

U hebt de effectieve opzeg (zonder inschakelingsvergoeding) berekend door de opzegregels van 31.12.2013 toe te passen op de anciënniteit van 01.01.1999 tot en met 31.12.2013 en de opzegregels van 2014 op de anciënniteit van 01.01.2014 tot en met 31.03.2016.

Het aantal kalenderdagen gedekt door die effectieve opzeg (som van beide delen) zet u in kolom G van het modeldocument. In kolom H zet u het totale bedrag van die effectieve opzeg (som van beide delen). Deze gegevens komen uiteraard overeen met de gegevens die u op de C4 hebt ingevuld.

Omdat u het collectief ontslag aankondigde na 26.04.2015 en de laatste arbeidsovereenkomst was aangevat voor 01.01.2014, kan u ook een fictieve opzeg berekenen alsof de oude opzegregels van 31.12.2013 golden voor de volledige anciënniteit van 01.01.1999 tot en met 31.03.2016.

U controleert of die fictieve opzeg, berekend volgens de regels van 31.12.2013, het wettelijk minimum respecteert dat voor die anciënniteit vereist wordt. Ligt de fictieve opzeg onder het minimum voor die totale anciënniteit, dan trekt u de fictieve opzeg op tot dat minimum. Is de fictieve opzeg minstens gelijk aan het minimum, dan behoudt u de berekende fictieve opzeg.

Het aantal kalenderdagen gedekt door die (desgevallend tot het minimum opgetrokken ) fictieve opzeg zet u in kolom L van het modeldocument. In kolom N zet u het totale bedrag van die (desgevallend tot het minimum opgetrokken) fictieve opzeg.

Voor de verdere berekening van de terugbetaling van de inschakelingsvergoeding rekent u enkel nog met de (desgevallend tot het minimum opgetrokken) fictieve opzeg. U houdt dus geen rekening meer met de effectieve opzeg.

Voorbeeld 2

U kondigde een collectief ontslag aan op 30.06.2016 en ontsloeg op 01.12.2016 een werknemer die van 01.01.2012 tot 30.11.2013 met een contract van bepaalde duur werkte en sinds 01.12.2013 met een contract van onbepaalde duur werkte.

U hebt de effectieve opzeg (zonder inschakelingsvergoeding) berekend door de opzegregels van 31.12.2013 toe te passen op de anciënniteit van 01.01.2012 tot en met 31.12.2013 en de opzegregels van 2014 op de anciënniteit van 01.01.2014 tot en met 30.11.2016.

Het aantal kalenderdagen gedekt door die effectieve opzeg (som van beide delen) zet u in kolom G van het modeldocument. In kolom H zet u het totale bedrag van die effectieve opzeg (som van beide delen). Deze gegevens komen uiteraard overeen met de gegevens die u op de C4 hebt ingevuld.

Omdat u het collectief ontslag aankondigde na 26.04.2015 en de laatste arbeidsovereenkomst was aangevat voor 01.01.2014 kan u ook een fictieve opzeg berekenen alsof de oude opzegregels van 31.12.2013 golden voor de volledige anciënniteit van 01.01.2012 tot en met 30.11.2016.

U controleert of die fictieve opzeg, berekend volgens de regels van 31.12.2013, het wettelijk minimum respecteert dat voor die anciënniteit vereist wordt. Ligt de fictieve opzeg onder het minimum voor die totale anciënniteit, dan trekt u de fictieve opzeg op tot dat minimum. Is de fictieve opzeg minstens gelijk aan het minimum, dan behoudt u de berekende fictieve opzeg.

Het aantal kalenderdagen gedekt door die (desgevallend tot het minimum opgetrokken ) fictieve opzeg zet u in kolom L van het modeldocument. In kolom N zet u het totale bedrag van die (desgevallend tot het minimum opgetrokken) fictieve opzeg.

Voor de verdere berekening van de terugbetaling van de inschakelingsvergoeding rekent u enkel nog met de (desgevallend tot het minimum opgetrokken) fictieve opzeg. U houdt dus geen rekening meer met de effectieve opzeg.

Voorbeeld 3

U kondigde een collectief ontslag aan op 30.06.2016 en ontsloeg op 01.12.2016 een werknemer die van 01.01.2013 tot 30.11.2014 met een contract van bepaalde duur werkte en sinds 01.12.2014 met een contract van onbepaalde duur werkte.

Gelet op de aanvangsdatum van het contract van onbepaalde duur berekent u de effectieve opzeg (zonder inschakelingsvergoeding) door de nieuwe regels van 2014 toe te passen op de volledige anciënniteit van 01.01.2013 tot en met 30.11.2016.

Het aantal kalenderdagen gedekt door die effectieve opzeg zet u in kolom G van het modeldocument. In kolom H zet u het totale bedrag van die effectieve opzeg. Deze gegevens komen uiteraard overeen met de gegevens die u op de C4 hebt ingevuld.

Het collectief ontslag was wel aangekondigd na 26.04.2015 maar omdat de laatste arbeidsovereenkomst was aangevat na 31.12.2013 wordt er geen fictieve opzeg berekend alsof de oude opzegregels van 31.12.2013 golden op de totale anciënniteit.

U vult de kolommen L en N dus niet in. De verdere berekening van de terugbetaling van de inschakelingsvergoeding gebeurt op basis van de effectieve opzeg.

Voorbeeld 4

U kondigde een collectief ontslag aan op 25.04.2015 en ontsloeg op 01.01.2016 een werknemer die van 01.01.2012 tot 30.11.2013 met een contract van bepaalde duur werkte en sinds 01.12.2013 met een contract van onbepaalde duur werkte.

U hebt de effectieve opzeg (zonder inschakelingsvergoeding) berekend door de opzegregels van 31.12.2013 toe te passen op de anciënniteit van 01.01.2012 tot en met 31.12.2013 en de opzegregels van 2014 op de anciënniteit van 01.01.2014 tot en met 31.12.2015.

Het aantal kalenderdagen gedekt door die effectieve opzeg (som van beide delen) zet u in kolom G van het modeldocument. In kolom H zet u het totale bedrag van die effectieve opzeg (som van beide delen). Deze gegevens komen uiteraard overeen met de gegevens die u op de C4 hebt ingevuld.

Het collectief ontslag was aangekondigd voor 27.04.2015, dus wordt er geen fictieve opzeg berekend alsof de oude opzegregels van 31.12.2013 golden op de totale anciënniteit.

U vult de kolommen L en N dus niet in. De verdere berekening van de terugbetaling van de inschakelingsvergoeding gebeurt op basis van de effectieve opzeg.

Wenst u meer informatie?

De RVA is enkel bevoegd voor de terugbetaling van de inschakelingsvergoeding, niet voor de reglementering inzake de inschakelingsvergoeding.

Voor alle vragen over de inschakelingsvergoeding moet u dan ook contact opnemen met de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg.

U kan de website consulteren: www.werk.belgie.be => Thema’s => Herstructurering.

U kan ook rechtstreeks contact opnemen met deze dienst:

Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg
Ernest Blerotstraat 1 te 1070 Brussel
Telefoon: 02 233 41 11 (algemeen oproepnummer)
Fax: 02 233 44 88 (algemeen faxnummer)
E-mail: fod@werk.belgie.be