Ouderschapsverlof

Het ouderschapsverlof kan worden bekomen met of zonder uitkeringen:

  • gedurende een periode van 40 maanden, in de vorm van een gedeeltelijke onderbreking van 1/10. Die periode kan worden opgesplitst in periodes van 10 maanden of een veelvoud daarvan.
  • gedurende een periode van 4 maanden, onder de vorm van een volledige onderbreking van de prestaties. Die periode kan worden opgesplitst in periodes van 1 maand of een veelvoud (1, 2, 3 of 4 maanden);
  • gedurende een periode van 8 maanden, onder de vorm van een halftijdse onderbreking van de prestaties. Die periode kan worden opgesplitst in periodes van 2 maanden of een veelvoud (2, 4, 6 of 8 maanden);
  • gedurende een periode van 20 maanden, in de vorm van een gedeeltelijke onderbreking van 1/5. Die periode kan worden opgesplitst in periodes van 5 maanden of een veelvoud (5, 10, 15 of 20 maanden).

De uitkeringen worden altijd toegekend voor 3 maanden volledig ouderschapsverlof, 6 maanden halftijds ,15 maanden 1/5 en 30 maanden 1/10. Het is daarentegen enkel mogelijk om onderbrekingsuitkeringen te bekomen voor de volledige 4de maand ouderschapsverlof, de 7de en 8ste maand halftijds, de 16de tot de 20ste maand 1/5 en de 31ste tot de 40ste maand 1/10 als het kind is geboren of werd geadopteerd vanaf 8 maart 2012. Voor de kinderen die vóór die datum zijn geboren, kun je voor die periode ouderschapsverlof geen uitkeringen bekomen.

Zie infoblad T14

Je kunt voltijdse prestaties op verschillende manieren met 1/10 verminderen (een dag om de twee weken, een halve dag per week, of nog helemaal anders). Er is maar één voorwaarde: je moet tijdens je ouderschapsverlof 9/10 van het voltijdse werkrooster blijven werken

Pas op: voor 1/10 ouderschapsverlof heb je het akkoord nodig van je werkgever. Hij moet niet alleen zijn akkoord geven over de onderbreking maar ook over de manier waarop de prestaties worden verminderd. Als je 1/10 ouderschapsverlof vraagt aan je werkgever, is hij niet verplicht daarmee akkoord te gaan.

Niet als je dat vraagt voor hetzelfde kind. De  40 maanden 1/10 ouderschapsverlof komen namelijk niet bovenop de andere vormen van loopbaanonderbreking.

Als je nog een ander kind hebt dat nog geen 12 jaar is (of nog geen 21 jaar als het kind een handicap heeft), kun je het 1/10 ouderschapsverlof voor dat kind aanvragen als je krediet voor dat kind nog niet op is.

In het onderwijs wordt het recht op onderbreking of vermindering van de prestaties bepaald door de reglementering van de bevoegde gemeenschap. Het hangt dus af van de Vlaamse Gemeenschap, de Fédération Wallonie-Bruxelles, of de Duitstalige Gemeenschap.

Federaal worden enkel de voorwaarden geregeld voor het toekennen van onderbrekingsuitkeringen. Die kunnen ook enkel worden toegekend als het recht op ouderschapsverlof werd toegekend door de bevoegde gemeenschap.

Het 1/10 ouderschapsverlof is sinds 01.08.2019 van kracht geworden in de openbare sector en het onderwijs. Die reglementering maakt het de RVA enkel mogelijk om een maandelijkse onderbrekingsuitkering te betalen voor die vorm van ouderschapsverlof. Die wijziging in de federale reglementering over de toekenning van uitkeringen, betekent niet dat de regels van de gemeenschap ook worden aangepast. Het hangt dus van de bevoegde gemeenschap af of het 1/10 ouderschapsverlof voor personeelsleden van het onderwijs en de CLB's wordt ingevoerd.

Als je dus in een school of CLB werkt, moet je bij je personeelsdienst of bij de bevoegde gemeenschap navragen of je recht hebt op 1/10 ouderschapsverlof en indien ja, onder welke voorwaarden.

Nee. De reglementering van ouderschapsverlof bepaalt enkel dat je over een voltijds uurrooster dient te beschikken maar preciseert niet hoe dat uurrooster er dient uit te zien.

Dus als je beschikt over een voltijds uurrooster is het mogelijk om halftijds, 1/5 of 1/10 ouderschapsverlof aan te vragen zelfs als je tewerkgesteld bent in een voltijds uurrooster in een vierdagenweek of in elk ander voltijds arbeidsregime.

Ja. het ouderschapsverlof moet niet noodzakelijk beginnen op de eerste dag van een kalendermaand. Het mag op eender welke dag van de maand beginnen.

Afhankelijk van de gevraagde duur, eindigt het verlof X maanden na de begindatum, min 1 dag.

Voorbeelden:

  • als je een maand volledige onderbreking vraagt vanaf 20.08, zal de einddatum 19.09 zijn;
  • als je 2 maanden halftijdse onderbreking vraagt vanaf 01.01, zal de einddatum 28.02 zijn;

Nee. Je moet per kind een formulier C61 - ouderschapsverlof indienen. Bovendien is het ook zo dat wanneer je voor eenzelfde kind verschillende vormen van onderbreking (volledig, 1/2, 1/5 of 1/10) wil combineren of als je het ouderschapsverlof opdeelt (d.w.z. als je de maximumduur niet in één keer wil aanvragen), je een formulier moet indienen voor elke vorm en voor elke opgedeelde periode van het ouderschapsverlof.

Ja, je kunt 1/5 ouderschapsverlof aanvragen vanaf 09.2017 voor 20 maanden voor je dochter die op 30.09.2005 is geboren. Het ouderschapsverlof moet immers ingaan ten laatste de dag vóór de 12de verjaardag van het kind dat het recht opent.

De RVA zal enkel uitkeringen toekennen voor de eerste 15 maanden aangezien je dochter geboren is vóór 8 maart 2012 en bijgevolg kunnen er vanaf de 16de tot en met de 20ste maand geen uitkeringen worden betaald.

Je kunt later het saldo van het aangevatte en niet beëindigde blok in hetzelfde type ouderschapsverlof vragen (volledig, halftijds, 1/5 of 1/10) en dat voor zover alle voorwaarden voor het ouderschapsverlof zijn vervuld (voorwaarde qua leeftijd, anciënniteit en arbeidsregime) op het ogenblik van de indiening van de aanvraag.

Opmerking: Het saldo van het blok mag, maar moet niet noodzakelijk, opgenomen worden na het verlof voor medische bijstand/palliatief verlof/verlof voor mantelzorg.

Mits de werkgever akkoord gaat, zijn volgende kortere periodes mogelijk:

  • bij voltijdse onderbreking: 1 week of een veelvoud ervan.
  • bij onderbreking tot 1/2: in periodes van een maand of een veelvoud ervan.

Verdere informatie over de flexibelere opname kan je terugvinden op het infoblad van ouderschapsverlof T19.

Let op! Om als personeelslid van een school of CLB recht te hebben op die flexibilisering, moet ze voorzien zijn door de reglementering van de bevoegde gemeenschap. Als je dus in het onderwijs werkt, moet je bij je personeelsdienst of de bevoegde gemeenschap navragen of je recht hebt op deze maatregel en onder welke voorwaarden.

In principe moet je het vrijgekomen saldo aanvragen voor een aaneengesloten periode.

U kan enkel het saldo in meerdere periodes vragen als deze periodes, eens opgesplitst voldoen aan de minimumduur of de blokken zoals voorzien  door de reglementering aangaande het tijdskrediet, de loopbaanonderbreking of de thematisch verloven.

Voorbeeld: u had een 1/5 ouderschapsverlof voor de periode van 01.03.2020 tot en met 31.07.2020 (= laatste blok van 5 maanden). U heeft dit geschorst van 1.05.2020 tot en met 30.06.2020 voor de opname van een ½ corona-ouderschapsverlof. Vanaf 01.07.2020 herneemt uw gewone 1/5 ouderschapsverlof tot en met 31.07.2020.

Het saldo van 2 maanden dat is vrijgekomen kan enkel in een aaneengesloten periode worden opgenomen omdat dit lager is dan het wettelijke voorziene blok van 5 maanden.