Aan welke regeling bent u onderworpen als u tijdelijk werkloos wordt in de bouwsector?

T79

Laatste update : 18.03.2025

Welke controlekaart wordt gebruikt in de bouwsector?

U moet altijd, vanaf de eerste dag van de maand, een controlekaart tijdelijke werkloosheid invullen.

Sinds 01.01.2025 moet de controlekaart tijdelijke werkloosheid (eC3.2) verplicht elektronisch worden ingevuld, via de portaalsite van de sociale zekerheid of via de app eC3.2 die beschikbaar is in de appstore van uw smartphone.

Hieruit volgt dat u geen gebruik meer kan maken van de papieren controlekaarten C3.2A-BOUW en dat uw werkgever u geen papieren controlekaarten meer mag overhandigen.

!!! Opmerking: tot en met 30.06.2025 geldt er evenwel een overgangsregeling. Tijdens die periode kan onder bepaalde voorwaarden aan de werkgever of de werknemer door de RVA een afwijking worden toegestaan om verder gebruik te maken van de papieren controlekaarten. Meer info daarover staat in het infoblad E2/T2 - Overgangsregeling.

Vanaf de eerste dag van de maand moet u de elektronische controlekaart eC3.2 invullen volgens de instructies vermeld in de legende, zelfs indien u niet tijdelijk werkloos wordt gesteld.

Belangrijk is dat u elke arbeid op uw controlekaart aanduidt, en dit vóór de aanvang van de arbeid.  De de dagen waarop u tijdelijk werkloos bent, laat u blanco.  

Meer uitleg over het invullen van de elektronische controlekaart, vindt u in het infoblad T71

Speciale situatie in geval van tijdelijke werklooshed wegens slecht weer: u moet de arbeid niet aanduiden wanneer u naar de werf vertrekt. Stelt u bij uw aankomst op de werf vast dat u niet kan beginnen werken wegens slecht weer, dan mag u die dag op de eC3.2 blanco laten. U hebt dan geen recht op gewaarborgd loon en uw werkgever kan u die dag nog tijdelijk werkloos stellen. De mobiliteitsvergoeding mag u cumuleren met uw uitkering.

Indien u tijdelijk werkloos bent gesteld, moet u, op het einde van de maand, de elektronische eC3.2 verzenden naar uw uitbetalingsinstelling (HVW, ACLVB, ACV, ABVV).
Indien u niet tijdelijk werkloos bent gesteld, moet u de kaart niet verzenden.

Indien u tijdelijk werkloos bent gesteld, verricht uw werkgever, na afloop van de maand, een elektronische aangifte (via www.socialsecurity.be, ASR scenario 5 ‘Maandelijkse aangifte van de uren tijdelijke werkloosheid of uren schorsing bedienden’ of via batch ) met vermelding van het aantal uren dat u tijdelijk werkloos bent gesteld. Hij overhandigt u, ter informatie, een print van de elektronische aangifte die u kunt bewaren.

Aan de hand van de verzonden elektronische controlekaart eC3.2 en de ASR scenario 5, kunnen de uitbetalingsinstelling en de RVA het aantal uitkeringen berekenen waarop u recht heeft.

En de elektronische aangifte – ASR scenario 2 “Aangifte vaststellen recht op tijdelijke werkloosheid of schorsing bedienden”?

Uw werkgever verricht een ASR scenario 2 via de portaalsite van de sociale zekerheid (www.socialsecurity.be) of per batch:

  • bij uw eerste tijdelijke werkloosheid in uw onderneming;
  • indien u opnieuw tijdelijk werkloos wordt gesteld na een onderbreking van uw uitkeringen tijdelijke werkloosheid van minstens 36 maanden;
  • indien u opnieuw tijdelijk werkloos wordt gesteld na een wijziging van uw contractuele arbeidsduur (bijv. indien u deeltijds gaat werken of in loopbaanonderbreking of tijdskrediet gaat);

  • bij de eerste tijdelijke werkloosheid na 30/09 (in functie van de eventuele jaarlijkse herziening van het bedrag van de uitkering).

Deze ASR doet dienst als uitkeringsaanvraag en laat toe het dagbedrag van uw uitkering te berekenen.

In geval van staking of lock-out, doet de werkgever de ASR op uw vraag.

De werkgever bezorgt u, ter informatie, een kopie van de elektronische aangifte.

U moet vervolgens zo snel mogelijk contact opnemen met uw uitbetalingsinstelling (HVW, ACLVB, ACV, ABVV) om een formulier C3.2-werknemer (aanvraag om uitkeringen tijdelijke werkloosheid) in te vullen. Deze aanvraag kan eventueel ook elektronisch gebeuren. De uitbetalingsinstelling zal de ASR scenario 2 ophalen.

De uitkeringsaanvraag moet op het werkloosheidsbureau toekomen uiterlijk op het einde van de tweede maand die volgt op de maand waarin u tijdelijk werkloos wordt gesteld.

In geval van staking of lock-out moet de uitkeringsaanvraag op het werkloosheidsbureau toekomen ten laatste op het einde van de zesde maand die volgt op de maand tijdens welke u tijdelijk werkloos werd gesteld.

Indien de aanvraag wordt ingediend door uw uitbetalingsinstelling (bij een facultatieve codeherziening of bij een wijziging van uw tewerkstellingsbreuk), moet de aanvraag toekomen op het werkloosheidsbureau op het einde van de 36ste maand die volgt op de maand waarin u tijdelijk werkloos wordt gesteld.

Zijn er nog andere verplichtingen?

Wijzigt er iets in uw persoonlijke toestand (adreswijziging, bijberoep, …), deel dit dan onmiddellijk aan uw uitbetalingsinstelling mee. Het bedrag van uw uitkering kan hierdoor beïnvloed worden.

Wanneer is er recht op loon?

Uw werkgever kan u slechts tijdelijk werkloos stellen wegens werkgebrek of slecht weer indien hij bepaalde formaliteiten respecteert (tijdige kennisgeving aan het personeel en de RVA, maandelijkse mededeling van de eerste werkloosheidsdag aan de RVA, werkhervatting na het bereiken van de maximumduur...). Indien de wetgeving niet gerespecteerd is, heeft u in principe recht op loon.  De eerste week (soms de eerste twee weken) heeft u recht op het normaal loon. Voor de werkloosheidsdagen tot het einde van de maand heeft u in principe recht op een begrensd loon. De brutogrens bedraagt 3.432,38 euro per maand.

U heeft ook recht op loon indien uw werkgever u onterecht tijdelijk werkloos heeft gesteld. U heeft in dit geval recht op loon voor de dagen waarop er geen sprake was van een geldige schorsing van de uitvoering van uw arbeidsovereenkomst. De RVA zal in dergelijk geval de onterecht betaalde uitkeringen tijdelijke werkloosheid die u heeft ontvangen terugvorderen bij uw werkgever.