Het tijdskrediet - Toepasbare reglementeringen

T139

Laatste update : 1.07.2023

Wat is het toepassingsgebied van het tijdskrediet ?

Het tijdskrediet is enkel van toepassing voor de loontrekkenden tewerkgesteld bij een werkgever uit de privésector.

Voor de toepassing van de wetgeving inzake tijdskrediet zijn de werkgevers uit de privésector diegenen die onder het toepassingsgebied vallen van de wet van 05.12.1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités.

Zo valt u onder het toepassingsgebied van die wet, indien u:

  • werknemer bent in een onderneming (nv, bv, enz.);
  • werknemer bent in een vzw;
  • niet-gesubsidieerd contractueel personeelslid bent van het vrij onderwijs;
  • werknemer bent van een gemengde intercommunale voor gas- en elektriciteitsdistributie;
  • werknemer bent van de gewestelijke en plaatselijke openbare vervoersmaatschappijen = tram, bus en metro (MIVB, De Lijn of TEC);
  • personeelslid bent van de vrije universiteiten (KUL, VUB, UCL, ULB, KUB, enz.) met uitzondering van het academisch personeel van de Vlaamse Gemeenschap;
  • personeelslid bent van ‘Brussels Airport company’ (luchthaven Brussel-Nationaal, Zaventem), van ‘Brussels South Airport-Security’ (luchthaven Brussel-Zuid, Charleroi) en van ‘Liège Airport-Security’ (luchthaven van Luik-Bierset);
  • personeelslid bent van een sociale huisvestingsmaatschappij;
  • administratief, technisch contractueel personeelslid bent of in dienst bent bij een diplomatieke zending in België;
  • contractueel personeelslid bent bij een consulaire post in België, voor zover u geen geprivilegieerd statuut geniet krachtens het Verdrag van Wenen van 24 april 1963 inzake consulair verkeer;
  • contractueel personeelslid bent bij een zending van een internationale organisatie met zetel in België (bv. NAVO, VN, Europese Unie).

Deze lijst is niet exhaustief.

De RVA is niet bevoegd om te bepalen of uw werkgever onder het toepassingsgebied valt van de wet van 05.12.1968. Voor meer informatie hierover kunt u zich wenden tot de ‘Algemene Directie Collectieve Arbeidsbetrekkingen’ van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal overleg: http://www.werk.belgie.be/.

Opmerking voor de werknemers van de openbare sector

Indien u werkt in de openbare sector (een administratie of een dienst die ervan afhangt, de rechterlijke orde, enz.), in het onderwijs en de PMS-centra of in een autonoom overheidsbedrijf (Belgacom, B-Post, NMBS en Skeyes), is de reglementering van het tijdskrediet niet op u van toepassing.

U kunt de informatie die voor u belangrijk is, terugvinden in de andere infobladen van de RVA. U vindt ze op website van de RVA, in de verschillende RVA-kantoren en bij de afdeling tijdskrediet van het hoofdbestuur van de RVA.

Welke reglementering geldt op het niveau van de werkgever ?

De bepalingen van toepassing op de werkgever werden door de sociale partners (werkgeversfederaties en vakbonden) overeengekomen in de Nationale Arbeidsraad.

Zij bepalen :

  • de toegangsbeginselen en -voorwaarden om recht te hebben op tijdskrediet;
  • de minimum- en maximumduur van de verschillende vormen van tijdskrediet (algemeen stelsel met motief, eindeloopbaanstelsel);
  • de regels inzake aanvraag, uitoefening, uitstel en stopzetting van het tijdskrediet;
  • de regels inzake organisatie;
  • de waarborgen omtrent de uitoefening van het recht.

Die bepalingen staan in de collectieve arbeidsovereenkomst (cao) nr. 103 van 27.06.2012 tot invoering van een stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en landingsbanen.

De cao nr. 103 werd bindend verklaard door het koninklijk besluit van 25.08.2012, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 31.08.2012.

De cao nr. 103 werd gewijzigd door de:

  • cao nr. 103/6 van 27.09.2022. Die cao wijzigt art 11 §2 van cao 103 om te voorzien de neutralisatie van bepaalde periodes en zo de overgang van een flexibele werkformule (cfr cao nr.  162 van 27.09.2022) naar het tijdskrediet mogelijk te maken;
  • cao nr. 103/5 van 07.10.2020. Die cao heeft corona-ouderschapsverlof, corona-tijdskrediet en de corona-landingsbaan toegevoegd aan de lijst met geneutraliseerde periodes voor de verificatie van de tewerkstellingsvoorwaarde;
  • cao nr. 103/4 van 29.01.2018. Die cao heeft een van de toegangsvoorwaarden gewijzigd voor het tijdskrediet met motief 'zorgen voor zijn gehandicapte kind dat jonger is dan 21 jaar';
  • cao nr. 103ter van 20.12.2016. Die cao heeft:
    • het recht op tijdskrediet zonder motief afgeschaft;
    • de maximale duur van het tijdskrediet met motief 'zorg' verlengd van 36 tot 51 maanden;
    • de modaliteiten gewijzigd voor het verrekenen van de periodes van tijdskrediet die in het verleden werden bekomen om het saldo te bepalen van het tijdskrediet met motief dat nog kan worden bekomen;
    • het recht geopend op een gedeeltelijke onderbreking met een vijfde in geval van voltijdse tewerkstelling bij 2 verschillende werkgevers;
    • het begrip en de berekeningswijze voor de 25 jaar beroepsloopbaan gewijzigd, die nodig zijn om het recht op tijdskrediet landingsbaan te bekomen;
  • cao nr. 103bis van 27.04.2015.  Die cao heeft de gelijkstelling bepaald van de dagen gedekt door een ontslagcompensatievergoeding voor de verificatie van de tewerkstellingsvoorwaarde die vereist is in geval van tijdskrediet onder de vorm van een onderbreking tot de helft of met een vijfde.

Datum van inwerkingtreding

  • Cao nr. 103/6 is in werking getreden op 01.10.2022;
  • Cao nr. 103/5 is met terugwerkende kracht in werking getreden op 01.05.2020;
  • De cao nr. 103/4 is van toepassing op alle aanvragen om tijdskrediet waarvoor de schriftelijke kennisgeving aan de werkgever werd overgemaakt vanaf 01.04.2018;
  • De cao nr. 103ter is van toepassing op alle aanvragen om tijdskrediet waarvoor de schriftelijke kennisgeving aan de werkgever werd overgemaakt vanaf 01.04.2017;
  • De cao nr. 103bis is van toepassing op alle aanvragen om tijdskrediet waarvoor de schriftelijke kennisgeving aan de werkgever werd overgemaakt vanaf 01.01.2015;
  • De cao nr. 103 is van toepassing op alle aanvragen om tijdskrediet waarvoor de schriftelijke verwittiging aan de werkgever werd overgemaakt vanaf 01.09.2012.
Overgangsmaatregelen

Vóór de inwerkingtreding van de cao nr. 103 werden de bepalingen van toepassing voor de werkgever geregeld door de collectieve arbeidsovereenkomst (cao) nr. 77bis van 19.12.2001, tot vervanging van de cao nr. 77 van 14.02.2001 tot invoering van een stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking.

De bepalingen van de cao nr. 77bis blijven van toepassing:

  • op de werknemers van 50 jaar of ouder die reeds een tijdskrediet in het eindeloopbaanstelsel genoten vóór 01.09.2012 en die een eerste aanvraag tot verlenging indienen bij hun werkgever na 31.08.2012;
  • op de werknemers die vóór 01.09.2012 een halftijds tijdskrediet of een tijdskrediet 1/5 genoten in het algemeen stelsel en die na 31.08.2012 een tijdskrediet aanvragen in het eindeloopbaanstelsel vanaf 50 jaar, op voorwaarde dat:
    • hierover een overeenkomst is gesloten tussen de werknemer en de werkgever;
    • de werkgever schriftelijk werd geïnformeerd vóór 28.11.2011;
    • het tijdskrediet eindeloopbaan onmiddellijk volgt op het tijdskrediet in het algemeen stelsel en dat het om dezelfde vorm van vermindering van prestaties gaat (halftijds of 1/5).

De sectorale of ondernemings-cao's, de arbeidsreglementen en de akkoorden in toepassing van de cao nr. 77bis blijven van kracht:

  • wat de verlenging betreft van de stelsels van volledig of halftijds tijdskrediet na 12 maanden in het algemeen stelsel, om een bijkomend recht op volledig of op halftijds tijdskrediet te openen gedurende 26 maanden, overeenkomstig de bepalingen van de cao nr. 103;
  • wat de categorieën werknemers betreft die uitgesloten zijn van het recht op tijdskrediet, de modaliteiten voor de organisatie van het werk in geval van aanvraag om 1/5 tijdskrediet, de modaliteiten die afwijken van de drempel van 5% gelijktijdige afwezigheden en het voorkeurs- en planningsmechanisme van de afwezigheden, voor de toepassing van de cao nr. 103.

Welke reglementering geldt op het niveau van de RVA ?

Toekenning van de onderbrekingsuitkeringen

De bepalingen die van toepassing zijn voor de RVA hebben betrekking op de toekenning van de onderbrekingsuitkeringen en op de regels die daaruit voortvloeien (maximale vergoedbaarheidsduur, aanvraagprocedure, cumulatie met andere activiteiten en/of inkomsten, voorwaarde m.b.t. de woonplaats, enz.).

Zij zijn voorzien in:

  • de wet van 10.08.2001 betreffende de verzoening van werkgelegenheid en kwaliteit van het leven;
  • het koninklijk besluit van 12 december 2001 tot uitvoering van de wet van 10.08.2001, zoals gewijzigd door:
    • het koninklijk besluit van 08.06.2007 (Belgisch Staatsblad: 15.06.2007 – IW: 01.06.2007);
    • het koninklijk besluit van 21.02.2010 (Belgisch Staatsblad: 01.03.2010 – IW: 01.03.2010);
    • het koninklijk besluit van 28.12.2011 (Belgisch Staatsblad: 30.12.2011 – IW: 01.01.2012);
    • het koninklijk besluit van 25.08.2012 (Belgisch Staatsblad: 31.08.2012 – IW: 01.09.2012);
    • het koninklijk besluit van 30.12.2014 (Belgisch Staatsblad: 31.12.2014 – IW: 01.01.2015);
    • het koninklijk besluit van 23.05.2017 (Belgisch Staatsblad van 01.06.2017 – IW: 01.06.2017).
    • het koninklijk besluit van 26.01.2023 (Belgisch Staatsblad van 31.01.2023.- IW : 01.02.2023)

Bepalingen die van kracht zijn vanaf 01.06.2017

Het koninklijk besluit van 23.05.2017 tot wijziging van het koninklijk besluit van 12.12.2001 heeft het recht op de onderbrekingsuitkeringen afgestemd op het recht op het tijdskrediet dat werd bepaald door de cao nr. 103ter.  Dat besluit heeft bijgevolg:

  • de duur van de uitkering voor het tijdskrediet met motief 'zorg' verlengd van 36 tot 51 maanden;
  • de verrekeningswijze van de periodes die werden genomen in het verleden gewijzigd; 
  • de toekenning mogelijk gemaakt van uitkeringen aan de werknemers die hun prestaties verminderen met een vijfde in geval van voltijdse tewerkstelling bij 2 verschillende werknemers.

Dat besluit heeft ook verduidelijkt welke bewijzen de werknemer moet bezorgen aan de RVA voor de voorwaarde van 25 jaar beroepsverleden als loontrekkende, vereist om onderbrekingsuitkeringen te bekomen in het kader van het tijdskrediet landingsbaan.

Dat besluit is van toepassing op alle eerste aanvragen en op alle aanvragen om verlenging, waarvan de schriftelijke kennisgeving aan de werkgever werd overgemaakt na 31.05.2017.

De schriftelijke kennisgevingen aan de werkgever vóór 01.06.2017 blijven onder het toepassingsgebied vallen van de vorige versie van het koninklijk besluit die geldig was tussen 01.01.2015 en 31.05.2017 (zie hieronder).

Bepalingen die geldig zijn vanaf 01.01.2015 

De werknemers die vanaf 01.01.2015 voor het eerst onderbrekingsuitkeringen aanvragen:

  • ofwel in toepassing van de bepalingen van het tijdskrediet, voorzien door de cao nr. 77bis (in het kader van de overgangsmaatregelen die bij de vorige vraag werden uitgelegd);
  • ofwel in toepassing van de bepalingen van het tijdskrediet, voorzien door de cao nr. 103;

vallen onder het toepassingsgebied van de reglementering voorzien door het koninklijk besluit van 12.12.2001, zoals gewijzigd door het koninklijk besluit van 30.12.2014, in werking getreden op 01.01.2015.

De bepalingen van die reglementering vloeien voort uit het federaal regeerakkoord van 09.10.2014. Ze voorzien dat het tijdskrediet zonder motief wordt toegekend zonder onderbrekingsuitkeringen en dat de toegangsleeftijd voor toekenning van onderbrekingsuitkeringen in het eindeloopbaanstelsel wordt opgetrokken naar 60 jaar, of 55 jaar in geval van een aantal voorziene uitzonderingen.

Deze reglementering is ook van toepassing op alle werknemers die onderbrekingsuitkeringen vragen die geen ononderbroken verlenging zijn onder dezelfde vorm van onderbreking of vermindering van de prestaties en in hetzelfde systeem van tijdskrediet als een uitkeringsperiode die al liep op 31.12.2014.

Behoud van de bepalingen die van kracht waren tussen 01.09.2012 en 31.12.2014 (‘vroegere reglementering’ genoemd)

De regels voor het toekennen van onderbrekingsuitkeringen voorzien door het koninklijk besluit van 12.12.2001, zoals gewijzigd door het KB van 25.08.2012 (Belgisch Staatsblad van 31.08.2012 – IW 01.09.2012) blijven van toepassing op:

  • aanvragen tot verlengingen van tijdskrediet die al liepen vóór 01.01.2015.

NB: onder verlenging moet een hernieuwing worden verstaan van het tijdskrediet van datum tot datum, in dezelfde vorm van onderbreking of vermindering van prestaties (voltijds, halftijds of 1/5) en in hetzelfde systeem (zonder motief, met motief of eindeloopbaan).

  • de eerste uitkeringsaanvragen

om onderbrekingsuitkeringen in het eindeloopbaanstelsel van tijdskrediet voor de werknemers van minstens 50 jaar die zijn tewerkgesteld in een onderneming die erkend is als onderneming in herstructurering of in moeilijkheden, voor zover:

  • de onderneming heeft aangetoond dat haar aanvraag tot erkenning gedaan wordt in het kader van een herstructureringsplan en het mogelijk maakt ontslagen te vermijden;
  • de onderneming heeft aangetoond dat haar aanvraag tot erkenning het mogelijk maakt het aantal werknemers die overstappen naar het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag te beperken;
  • de datum van inwerkingtreding van de erkenning van de onderneming als onderneming in herstructurering of in moeilijkheden vóór 09.10.2014 is gelegen.

Als aan die voorwaarden voldaan is, wordt het recht op onderbrekingsuitkeringen toegekend op basis van de reglementering die geldig was vóór 01.01.2015.

Inhoudingen op de bijkomende vergoedingen

In bepaalde gevallen betaalt de werkgever of een sectoraal fonds een of meerdere bijkomende vergoedingen bovenop de onderbrekingsuitkeringen toegekend door de RVA. Die vergoedingen kunnen het voorwerp vormen van inhoudingen.

De bepalingen daarover zijn opgenomen in het koninklijk besluit van 29.03.2010 tot uitvoering van het hoofdstuk 6 van Titel XI van de wet van 27.12.2006 houdende diverse bepalingen, betreffende socialezekerheidsbijdragen en inhoudingen verschuldigd op brugpensioenen, op aanvullende vergoedingen bij sommige socialezekerheidsuitkeringen en op invaliditeitsuitkeringen.

Bijzondere bepalingen betreffende het tijdskrediet landingsbaan

Sinds januari 2015 kunnen de uitkeringen tijdskrediet landingsbaan enkel nog worden toegekend aan de werknemers van 60 jaar en ouder.

Sommige uitzonderingen maken het echter mogelijk om de uitkeringen te bekomen vanaf 55 jaar. De toegangsleeftijd voor de uitkeringen volgens die voorwaarden wordt echter geleidelijk opgetrokken tot 56 jaar op 01.01.2016; tot 57 jaar op 01.01.2017; tot 58 jaar op 01.01.2018 en tot 60 jaar vanaf 01.01.2019. Voor meer informatie daarover, zie het infoblad T162.

De sociale partners hebben echter de volgende cao's afgesloten:

  • de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 118 van 27.04.2015 tot vaststelling voor 2015-2016 van het interprofessioneel kader voor de verlaging van de leeftijdsgrens naar 55 jaar, voor wat de toegang tot het recht op uitkeringen voor een landingsbaan betreft, voor werknemers met een lange loopbaan, zwaar beroep of uit een onderneming in moeilijkheden of herstructurering.   Om die leeftijdsgrens te kunnen toepassen, moet het bevoegde paritaire (sub)comité voor de geldigheidsduur van de cao nr. 118 een collectieve arbeidsovereenkomst hebben afgesloten, verbindend verklaard bij koninklijk besluit, die uitdrukkelijk stelt dat ze is afgesloten in toepassing van de cao nr. 118.
  • de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 127 van 21.03.2017 tot vaststelling voor 2017-2018 van het interprofessioneel kader voor de verlaging van de leeftijdsgrens naar 55 jaar, voor wat de toegang tot het recht op uitkeringen voor een landingsbaan betreft, voor werknemers met een lange loopbaan, zwaar beroep of uit een onderneming in moeilijkheden of in herstructurering.  Die wijziging trad in werking met terugwerkende kracht op 01.01.2017.  Om die tot 55 jaar verlaagde leeftijdsgrens te kunnen toepassen moet het bevoegde paritaire (sub)comité voor de geldigheidsduur van de cao nr. 127 een collectieve arbeidsovereenkomst hebben afgesloten, verbindend verklaard bij koninklijk besluit, die uitdrukkelijk stelt dat ze is afgesloten in toepassing van de cao nr. 127.
  • de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 137 van 23.04.2019 tot vaststelling voor 2019-2020 van het interprofessioneel kader voor de verlaging van de leeftijdsgrens naar 55 jaar, voor wat de toegang tot het recht op uitkeringen voor een landingsbaan betreft, voor werknemers met een lange loopbaan, zwaar beroep of uit een onderneming in moeilijkheden of herstructurering (bekrachtigd door het KB van 28 april 2019, BS 8 mei 2019). Om die tot 55 jaar verlaagde leeftijdsgrens voor een onderbreking met 1/5 en tot 57 jaar voor een halftijdse onderbreking te kunnen toepassen, moet het bevoegde paritaire (sub)comité voor de geldigheidsduur van cao nr. 137 een collectieve arbeidsovereenkomst hebben afgesloten, verbindend verklaard bij koninklijk besluit, die uitdrukkelijk stelt dat ze is afgesloten in toepassing van de cao nr. 137.
  • de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 156 van 15.07.2021 maakt het voor de periode 2021-2022 mogelijk om de leeftijd voor toegang tot onderbrekingsuitkeringen te verlagen tot 55 jaar voor werknemers die voldoen aan de afwijkende voorwaarden (lange loopbaan, zwaar beroep of beroep in een onderneming in moeilijkheden of in herstructurering).
  • de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 157 van 15.07.2021 voorziet dezelfde bepalingen als cao nr. 156 voor de periode van 01.01.2023 tot 30.06.2023. 
  • de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 170 van30.05.2023 maakt het voor de periode van 1 juli 2023 tot en met 30 juni 2025, mogelijk om de leeftijd voor toegang tot onderbrekingsuitkeringen te verlagen tot 55 jaar voor werknemers die voldoen aan de afwijkende voorwaarden (lange loopbaan, zwaar beroep of beroep in een onderneming in moeilijkheden of in herstructurering)

Welke reglementering is van toepassing op de gelijkstelling van het tijdskrediet voor het pensioen ?

Op voorwaarde dat tijdens het tijdskrediet onderbrekingsuitkeringen werden toegekend, kan de periode die het voorwerp vormt van de schorsing of de vermindering van prestaties eventueel worden gelijkgesteld voor het pensioen.

De bepalingen die in dat verband gelden, staan in de artikelen 122 tot 126 van hoofdstuk 5 van de wet van 28.12.2011 houdende diverse bepalingen.

Belangrijke opmerking

De gelijkstelling voor het pensioen van de periodes tijdskrediet is geen bevoegdheid van de RVA.  Indien u daarover vragen hebt (toepassing van de reglementering ...), moet u contact opnemen met de Federale Pensioendienst (FPD).

FPD: Zuidertoren te 1060 BRUSSEL // // Tel. (speciale pensioenlijn): 1765 – Internet: http://www.sfpd.fgov.be.

Wenst u meer informatie over het tijdskrediet ?

De procedure voor het aanvragen van tijdskrediet met motief en tijdskrediet landingsbaan staat beschreven in het infoblad T159.  In dat infoblad staat ook informatie over de behandeling van uw dossier door de RVA.

Infoblad T160 geeft informatie over de bepalingen van het tijdskrediet met motief (recht bij de werkgever en recht op uitkeringen van de RVA).

Meer informatie over de bepalingen van het tijdskrediet landingsbaan vindt u in:

  • het infoblad T161 (info over het recht bij de werkgever)
  • het infoblad T162 (info over het recht op onderbrekingsuitkeringen).