Tijdelijke werkloosheid - overmacht

E24

Laatste update : 27.12.2023

Waarom dit infoblad?

Om u te informeren over de voorwaarden waaraan moet voldaan zijn en de formaliteiten die u moet vervullen voor het invoeren van een regeling van tijdelijke werkloosheid wegens overmacht.

De schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst ingevolge overmacht is voorzien in artikel 26 van de wet van 03.07.1978 op de arbeidsovereenkomsten.

Indien u uw personeel door overmacht niet kan tewerkstellen, kunt u hen, met naleving van bepaalde formaliteiten, tijdelijk werkloos stellen ingevolge overmacht. Gedurende die periode kunnen de werknemers in principe een uitkering ontvangen van de RVA.

Welke werknemers kunt u tijdelijk werkloos stellen?

U kan tijdelijke werkloosheid wegens overmacht invoeren voor:

  • arbeiders en bedienden;
  • uitzendkrachten op voorwaarde dat ze na de periode van overmacht bij dezelfde gebruiker tewerkgesteld worden;
  • leerlingen die een alternerende opleiding volgen beoogd in artikel 1bis van het KB van 28.11.1969 tot uitvoering van de wet van 27.06.1969 tot herziening van de besluitwet van 28.12.1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders  met name de leerlingen met een alternerende overeenkomst in de Franse Gemeenschap en met een overeenkomst van alternerende opleiding in de Vlaamse Gemeenschap…).

En studenten?

Studenten kunnen niet tijdelijk werkloos worden gesteld zolang ze studies met volledig leerplan volgen (behalve tijdens de maanden juli, augustus en september volgend op het einde van hun studies, indien ze nog verbonden zijn door een studentenovereenkomst).

Wat wordt verstaan onder “overmacht”?

Overmacht veronderstelt een plotse, onvoorzienbare gebeurtenis, onafhankelijk van de wil van de partijen die de uitvoering van de overeenkomst tijdelijk volledig onmogelijk maakt.

Bij zijn beslissing zal de directeur van het werkloosheidsbureau van de RVA rekening houden met de volgende criteria die gelijktijdig vervuld moeten zijn:

  • het moet gaan om een plotse en onvoorzienbare gebeurtenis (de gebeurtenis mag normaal gezien niet te verwachten zijn geweest);
  • de feiten moeten zich voordoen buiten de wil (“schuld”) van de partijen. Zowel de werkgever als de werknemer worden hiermee bedoeld;
  • de overmacht maakt de verdere uitvoering van de arbeidsovereenkomst volledig onmogelijk. Het is dus niet voldoende dat de uitvoering ervan enkel bemoeilijkt wordt of duurder uitvalt;
  • de onmogelijkheid tot werken moet een tijdelijk karakter hebben. Indien de gebeurtenis van die aard is dat de uitvoering van de overeenkomst definitief onmogelijk wordt, kan geen tijdelijke werkloosheid ingevolge overmacht worden ingeroepen. De arbeidsovereenkomst moet dan eventueel worden beëindigd wegens overmacht.

De volgende gebeurtenissen vormen op zichzelf geen gevallen van overmacht die een einde maken aan de verplichtingen van de partijen (beëindiging van de arbeidsovereenkomst zonder opzegvergoeding):

  • het faillissement of kennelijk onvermogen van de werkgever;
  • de tijdelijke of definitieve sluiting van de onderneming die voortvloeit uit maatregelen getroffen bij toepassing van de wetgeving op de reglementering betreffende de vrijwaring van het leefmilieu. Indien het gaat om een tijdelijke sluiting, kan dat eventueel wel aanleiding geven tot tijdelijke werkloosheid ingevolge overmacht indien aan alle criteria van overmacht voldaan is (bv. een tijdelijke sluiting van een zwembad wegens aanpassing aan nieuwe milieunormen).

Kan bv. wel als overmacht worden beschouwd:

  • een brand waardoor de onderneming verwoest wordt;
  • een elektriciteitspanne als de panne zich voordeed in de elektriciteitscentrale buiten het bedrijf.  Wanneer de oorzaak van de panne daarentegen te wijten is aan een gebrekkig onderhoud van de leidingen, wordt geen overmacht aanvaard;
  • de uitvoering van wegenwerken voor zover deze de uitvoering van de arbeidsovereenkomst volledig onmogelijk maken.  De onmogelijkheid tot het uitvoeren van de arbeidsovereenkomst moet voor iedere arbeidsovereenkomst afzonderlijk bekeken worden.
    Wanneer ten gevolge van wegenwerken de winkel moeilijker toegankelijk wordt voor het publiek, kan dat leiden tot een daling van het cliënteel en de verkoop. Die daling kan ertoe leiden dat een aantal personeelsleden nog onmogelijk kan tewerkgesteld worden. Voor die personeelsleden kan tijdelijke werkloosheid wegens overmacht aanvaard worden. De personeelsleden voor wie nog werk beschikbaar is, zij het slechts deeltijds, kunnen niet tijdelijk werkloos gesteld worden aangezien voor hen de uitvoering van de arbeidsovereenkomst niet volledig onmogelijk is..
    Wanneer de winkel volledig ontoegankelijk zou worden, zowel voor het cliënteel als voor het personeel, kan het voltallige personeel gedurende de duur van de wegenwerken tijdelijk werkloos gesteld worden wegens overmacht.

De directeur van het werkloosheidsbureau van de RVA zal een beslissing nemen, eventueel na de werkgever uitgenodigd te hebben of na een controleonderzoek. Die beslissing is niet tijdsgebonden, maar de RVA zal altijd proberen zo snel mogelijk uitsluitsel te geven.

Speciale situatie: tijdelijke werkloosheid ingevolge overmacht veroorzaakt door medische redenen

Wanneer de werknemer arbeidsongeschikt is, heeft hij geen recht op werkloosheidsuitkeringen. Om recht te hebben op werkloosheidsuitkeringen moet de werknemer arbeidsgeschikt zijn in de zin van de ziekte- en invaliditeitswetgeving.

Tijdens de periode van arbeidsongeschiktheid is de uitvoering van de arbeidsovereenkomst geschorst en heeft de werknemer, in principe, recht op het gewaarborgd loon en vervolgens op ziekte-uitkeringen.

In de volgende situaties kan de werknemer die arbeidsgeschikt is verklaard in de zin van de ziekte-en invaliditeitsverzekering maar nog verder ongeschikt is voor de uitoefening van zijn functie uitkeringen tijdelijke werkloosheid wegens medische overmacht ontvangen (op voorwaarde dat hij de leeftijd van 65 jaar niet bereikt heeft):

1.        De werknemer betwist de arbeidsgeschiktheidsverklaring voor de arbeidsrechtbank

Als de werknemer door de adviserend arts van het ziekenfonds of het RIZIV arbeidsgeschikt is verklaard, maar hij deze beslissing van arbeidsgeschiktheid voor de arbeidsrechtbank betwist, kan hij gedurende de gerechtelijke procedure provisionele uitkeringen ontvangen.

  • Indien hij in het gelijk wordt gesteld (d.w.z. indien de arbeidsongeschikt wordt bevestigd), betaalt de ziekteverzekering het bedrag van de ontvangen uitkeringen terug aan de RVA.
  • Indien hij in het ongelijk wordt gesteld (d.w.z. de beslissing van arbeidsgeschiktheid wordt bevestigd), dan moet de werknemer het werk hervatten en kan hij de ontvangen uitkeringen behouden.

 

2.        De werknemer betwist de arbeidsgeschiktheidsverklaring niet maar is nog arbeidsongeschikt voor het uitoefenen van zijn werk

Algemene voorwaarden

Om recht te hebben op tijdelijke werkloosheid wegens medische overmacht, moeten de volgende voorwaarden gelijktijdig vervuld zijn:

  • de werknemer mag geen recht hebben op gewaarborgd loon van zijn werkgever
  • de werknemer mag geen recht hebben op ziekte-uitkeringen
  • de arbeidsongeschiktheid is vastgesteld door de arbeidsarts of door de RVA-arts
  • er is geen gepast vervangingswerk beschikbaar bij de werkgever
  • de aanvraag mag niet gelegen zijn in de eerste 6 maanden van de arbeidsongeschiktheid (in die periode wordt de werknemer in principe ten laste genomen door de ziekteverzekering)

Volgende situaties kunnen zich voordoen:

Tijdelijke werkloosheid wegens medische overmacht BUITEN een re-integratietraject

  • Indien de arbeidsarts beslist (formulier voor gezondheidsbeoordeling) dat de werknemer tijdelijk niet in staat is om het overeengekomen werk uit te voeren, kan hij uitkeringen tijdelijke werkloosheid medische overmacht ontvangen indien hij wordt opgevolgd door de erkende arts van de RVA
  • Indien de arbeidsarts beslist (formulier voor gezondheidsbeoordeling) dat de werknemer definitief ongeschikt is voor het uitoefenen van zijn functie met aanbevelingen voor ander werk/aangepast werk, kan hij enkel uitkeringen tijdelijke werkloosheid medische overmacht ontvangen in het kader van een re-integratietraject.

Tijdelijke werkloosheid wegens medische overmacht IN een re-integratietraject

Indien de werknemer tijdelijk of definitief ongeschikt is om het overeengekomen werk uit te voeren, dan kan hij uitkeringen tijdelijke werkloosheid medische overmacht ontvangen vanaf de aanvraag om re-integratie tot aan de beslissing (formulier voor re-integratiebeoordeling) genomen door de arbeidsarts, met een termijn van maximum 49 kalenderdagen (de arbeidsarts moet binnen deze termijn een beslissing nemen).

De werknemer moet bij zijn uitkeringsaanvraag het formulier C27 re-integratie voegen waaruit blijkt dat hij uitkeringen tijdelijke werkloosheid vraagt in het kader van een re-integratietraject. Met dit formulier verbindt de werknemer er zich ook toe om elke nieuwe inlichting betreffende de opvolging van het re-integratietraject, zo snel mogelijk mee te delen aan de RVA of zijn uitbetalingsinstelling.

 

a)      Indien de arbeidsarts beslist dat de werknemer tijdelijk arbeidsongeschikt is, maar dat hij een aangepast of ander werk kan uitvoeren (beslissing A), kan de werknemer tijdelijke werkloosheid genieten gedurende maximum 63 kalenderdagen (de werkgever moet binnen deze termijn een re-integratieplan of een verslag opstellen).

  • Indien de werkgever een gemotiveerd verslag bezorgt waarin hij vaststelt dat hij niet in staat is een ander werk/aangepast werk voor te stellen, eindigt het re-integratietraject en kan de werknemer tijdelijke werkloosheid blijven genieten mits hij wordt opgevolgd door de erkende arts van de RVA.
  • Indien de werkgever een re-integratieplan voorstelt en de werknemer het plan aanvaardt, wordt het re-integratietraject beëindigd en kunnen er geen uitkeringen tijdelijke werkloosheid meer worden toegekend in het kader van het re-integratietraject.

    Opmerking: de werknemer heeft 14 kalenderdagen de tijd om het plan te aanvaarden. Tijdens die periode kan hij uitkeringen tijdelijke werkloosheid blijven genieten.
  • Indien de werkgever een re-integratieplan voorstelt met een tewerkstellingsbreuk die lager is dan diegene die oorspronkelijk werd voorzien in de arbeidsovereenkomst, kan de werknemer tijdelijke werkloosheid genieten tijdens de uren dat hij geen arbeidsprestaties uitoefent en mits hij wordt opgevolgd door de erkende arts van de RVA. De ongeschiktheid moet tijdelijk blijven en de werknemer mag niet ongeschikt worden in de zin van de ziekte- en invaliditeitswetgeving.
  • Indien de werkgever een re-integratieplan voorstelt en de werknemer het plan weigert, eindigt het re-integratietraject en kan hij uitkeringen tijdelijke werkloosheid blijven genieten mits hij wordt opgevolgd door de erkende arts van de RVA.

 

b)      Indien de arbeidsarts beslist dat de werknemer definitief arbeidsongeschikt is, maar dat hij een aangepast of ander werk kan uitvoeren (beslissing B), kan de werknemer tijdelijke werkloosheid genieten gedurende maximum 6 maanden (de werkgever moet binnen deze termijn een re-integratieplan of een verslag opstellen).

  • Indien de werknemer het plan aanvaardt en het werk hervat, eindigt het re-integratietraject en kunnen geen uitkeringen tijdelijke werkloosheid meer worden toegekend in het kader van het re-integratietraject.

    Opmerking: de werknemer heeft 14 kalenderdagen de tijd om het plan te aanvaarden. Tijdens die periode kan hij uitkeringen tijdelijke werkloosheid blijven genieten.
  • Indien het plan in een aangepast of ander werk voorziet met een lagere tewerkstellingsbreuk dan die van de oorspronkelijke arbeidsovereenkomst, heeft de werknemer geen recht meer op uitkeringen tijdelijke werkloosheid. Indien hij het werk deeltijds hervat, kan hij echter het statuut van deeltijds werknemer met behoud van rechten vragen en, indien hij aan de voorwaarden hiervoor voldoet, onmiddellijk een inkomensgarantie-uitkering genieten op basis van zijn nieuwe arbeidsovereenkomst.
  • Indien de werkgever een gemotiveerd verslag bezorgt waarin hij vaststelt dat hij niet in staat is een ander werk/aangepast werk voor te stellen, eindigt het re-integratietraject en kunnen er geen uitkeringen tijdelijke werkloosheid meer worden toegekend in het kader van een re-integratietraject.
     

Opmerking: De werknemer kan enkel een beroep instellen tegen een beslissing B (definitieve ongeschiktheid). Er kunnen uitkeringen tijdelijke werkloosheid worden toegekend tijdens de beroepstermijn tegen de beslissing B (maximum 21 kalenderdagen) of tijdens de beroepsprocedure (maximum 42 kalenderdagen), indien de werknemer de beslissing van definitieve ongeschiktheid betwist.

 

c)      Indien de arbeidsarts nog geen beslissing kan nemen omdat de situatie van de werknemer nog kan evolueren (beslissing C), eindigt het re-integratietraject en kunnen er geen uitkeringen tijdelijke werkloosheid wegens medische overmacht meer worden toegekend in het kader van een re-integratietraject.

De werknemer kan verder tijdelijke werkloosheid genieten mits hij wordt opgevolgd door de erkende arts van de RVA en voor zover hij niet ongeschikt wordt in de zin van de ziekte- en invaliditeitswetgeving.

Tijdelijke werkloosheid wegens medische overmacht in het kader van de bijzondere procedure einde arbeidsovereenkomst medische overmacht
 

Artikel 34 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten bepaalt dat de werknemer en de werkgever de arbeidsovereenkomst kunnen beëindigen wegens medische overmacht wanneer de werknemer definitief ongeschikt is verklaard voor het overeengekomen werk en de bijzondere procedure einde arbeidsovereenkomst wegens medische overmacht werd doorlopen.

De werknemer kan gedurende deze bijzondere procedure einde arbeidsovereenkomst wegens medische overmacht uitkeringen tijdelijke werkloosheid wegens medische overmacht ontvangen.

De werknemer moet bij zijn uitkeringsaanvraag het formulier C27 einde arbeidsovereenkomst  voegen waaruit blijkt dat hij uitkeringen tijdelijke werkloosheid vraagt in het kader van de bijzondere procedure einde arbeidsovereenkomst medische overmacht. Met dit formulier verbindt de werknemer er zich ook toe om elke nieuwe inlichting betreffende de opvolging van de bijzondere procedure, zo snel mogelijk mee te delen aan de RVA of zijn uitbetalingsinstelling.

De werknemer kan uitkeringen tijdelijke werkloosheid ontvangen:

  • gedurende de periode gelegen tussen de aanvraag om opstart van de bijzondere procedure voor het beëindigen van de arbeidsovereenkomst wegens medische overmacht en het medisch onderzoek uitgevoerd door de arbeidsarts;
  • indien de arbeidsarts de definitieve arbeidsongeschiktheid van de werknemer vaststelt, tijdens de beroepstermijn tegen die beslissing (maximum 21 kalenderdagen) of tijdens de beroepsprocedure (maximum 42 kalenderdagen), indien de werknemer de beslissing van definitieve ongeschiktheid betwist;
  • indien de werknemer gevraagd heeft dat de voorwaarden en modaliteiten worden onderzocht van een ander werk of aangepast werk, tijdens de duur van de procedure met een maximum van 6 maanden (de werkgever moet binnen deze termijn een re-integratieplan of een gemotiveerd verslag opstellen).

Opmerkingen:

  • Als algemeen principe geldt dat tijdelijke werkloosheid maar kan worden ingevoerd indien de werkloosheid een ‘tijdelijk’ karakter vertoont. Dit principe geldt ook voor de tijdelijke werkloosheid wegens medische overmacht. Vandaar dat de tijdelijke werkloosheid wegens medische overmacht in principe maar wordt toegestaan voor 12 maanden.
  • Indien de arbeidsarts heeft vastgesteld dat de werknemer definitief arbeidsongeschikt is om zijn arbeidsovereenkomst verder uit te voeren en de werknemer een uitkeringsaanvraag volledige werkloosheid indient waarbij het attest van de arbeidsarts is gevoegd waaruit blijkt dat hij definitief arbeidsongeschikt is voor het uitvoeren van zijn functie, dan kan de werknemer vergoed worden als volledig werkloze indien hij aan de voorwaarden hiervoor voldoet (voldoende aantal arbeidsdagen gewerkt hebben, niet arbeidsongeschikt zijn in de zin van de RIZIV-wetgeving etc…) De werknemer zal niet gesanctioneerd worden voor een werkverlating indien hij zelf de arbeidsovereenkomst zou beëindigd hebben of indien de arbeidsovereenkomst zou beëindigd zijn in onderling akkoord tussen de werkgever of de werknemer.

Bij een aanvraag tijdelijke werkloosheid wegens medische overmacht moet u altijd een ASR-scenario 2 versturen (zie verder).

Voor elke maand van onmogelijkheid tot werken verstuurt u een ASR- scenario 5 (zie verder).  Als reden van tijdelijke werkloosheid vermeldt u medische overmacht (code 5.5).

Wie verricht de formaliteiten in geval van tijdelijke werkloosheid ?

U of uw sociaal secretariaat, als uw mandataris.

Indien u uitzendkrachten tewerkstelt, worden bepaalde formaliteiten verricht door het uitzendkantoor.

Welke formaliteiten moet u vervullen indien u uw werknemers tijdelijk werkloos wil stellen?

  • Stel de RVA in kennis van de ovemacht;
  • Overhandig maandelijks een controleformulier C 3.2A aan elke tijdelijk werkloos gestelde werknemer (behalve indien de werknemer gebruik maakt van een elektronische eC3.2);
  • Verricht een elektronische aangifte - ASR scenario 2, indien de werknemer een uitkeringsaanvraag moet doen;
  • Verricht maandelijks, na afloop van de maand, een elektronische aangifte - ASR scenario 5, voor de tijdelijk werkloos gestelde werknemers.

Die formaliteiten worden hieronder verder besproken.

Mededeling aan de RVA van de overmacht

De wet voorziet niet in een speciale mededelingsprocedure tegenover de RVA.

U heeft er nochtans alle belang bij de RVA zo snel mogelijk in te lichten via een elektronische mededeling. Daarnaast wordt best ook een papieren dossier ingediend met de nodige bewijsstukken waaruit de overmacht blijkt. Een snelle aangifte zorgt ervoor dat de werknemers sneller hun uitkeringen zullen ontvangen. 

Uitzondering:

Een elektronische mededeling aan de RVA is niet nodig indien het gaat om overmacht om medische redenen (ingevolge de verminderde lichamelijke geschiktheid van de werknemer).

Opmerking: voor de uitzendkrachten wordt de mededeling tijdelijke werkloosheid wegens overmacht verstuurd door het uitzendkantoor. Het uitzendkantoor vermeldt dan dat de mededeling verstuurd wordt voor uitzendkrachten, en vermeldt ook de naam en het KBO-nummer van uw onderneming.

Hoe kunt u een mededeling elektronisch versturen?

Via de portaalsite van de sociale zekerheid (www.socialsecurity.be > rubriek Onderneming > Sociale risico’s > Tijdelijke werkloosheid).

Om een elektronische aangifte te kunnen verrichten, moet u toegang hebben tot de beveiligde onlinediensten van de Sociale Zekerheid.

  • Indien u al over een toegang voor uw onderneming beschikt, kunt u zich aanmelden met uw elektronische identiteitskaart of uw gebruikersnaam en een wachtwoord (www.socialsecurity.be > rubriek Onderneming > aanmelden);
  • Indien u nog niet over een toegang voor uw onderneming beschikt, moet een verantwoordelijke van uw onderneming een elektronische aanvraag tot registratie indienen (www.socialsecurity.be > rubriek Onderneming > registreren) en:
    • ofwel die ondertekenen met zijn elektronische identiteitskaart en online versturen;
    • ofwel die afdrukken, ondertekenen en per post opsturen.

Als u problemen heeft in verband met de toegang, kunt u het contactcenter eranova contacteren (tel. 02 511 51 51, of via het contactformulier op de portaalsite).

U kunt de mededeling eventueel ook versturen via batch. U vindt alle nodige informatie voor het versturen van een gestructureerde boodschap op de portaalsite van de sociale zekerheid (www.socialsecurity.be > rubriek Onderneming > Sociale risico’s > Tijdelijke werkloosheid > Help > Helpcentrum).

U kunt de elektronische mededeling ook vervangen door:

  • een mededeling die aangetekend per post wordt verstuurd;
  • door een fax naar het werkloosheidsbureau van de RVA van de plaats waar de exploitatiezetel van de onderneming is gevestigd.

In dat geval vermeldt u in de aangetekende zending of in de fax nauwkeurig de feiten die tot de overmacht hebben geleid.

Indien de mededeling via een aangetekende brief gebeurt, moet ze bovendien de naam van de werkgever, het adres en het ondernemingsnummer vermelden.

Naar waar moet u de mededeling versturen?

U moet de mededeling versturen naar het werkloosheidsbureau van de plaats waar uw onderneming gevestigd is. Daarmee wordt de exploitatiezetel van de onderneming bedoeld en niet de maatschappelijke zetel.

Welke vermeldingen moet de mededeling bevatten?

De mededeling aan de RVA moet de volgende vermeldingen bevatten:

  • de datum waarop de gebeurtenis zich heeft voorgedaan;
  • een uiteenzetting van de gebeurtenis die de overmacht uitmaakt;
  • de voorziene werkloosheidsduur (maximum 3 maanden). Indien de werkloosheid langer aanhoudt, kan een nieuwe mededeling verzonden worden;
  • de identiteit van de betrokken werknemers.

Indien u eventueel een beurtsysteem wenst in te voeren of bv. enkele mensen tijdelijk terug aan het werk wil stellen, dan moet u dat ook melden aan de RVA. Het is niet mogelijk dat de arbeidsovereenkomst gedeeltelijk geschortst wordt.

Maandelijks afleveren van een controleformulier C3.2 A aan de werknemers

Wanneer moet u een formulier C 3.2A afleveren?

U moet een controleformulier C3.2A afleveren aan elke werknemer die u tijdelijk werkloos stelt wegens overmacht. Dat moet gebeuren uiterlijk de eerste effectieve werkloosheidsdag van de maand.

Indien de tijdelijke werkloosheid meerdere maanden duurt, moet u een nieuw formulier C3.2A overhandigen vóór de eerste effectieve werkloosheidsdag van elke maand.

Voordat u het formulier aflevert, vult u de identiteitsgegevens van de werknemer in.

Wie levert het formulier C3.2A af voor uitzendkrachten?

U of het uitzendkantoor.

Hoeveel formulieren C3.2A?

U mag per maand en per werknemer slechts één controleformulier C3.2A afleveren, zelfs indien er in de loop van de maand meerdere vormen van tijdelijke werkloosheid zijn.

Wat moet de werknemer doen met het formulier C3.2A?

De werknemer moet het formulier steeds in zijn bezit hebben vanaf de eerste effectieve werkloosheidsdag tot het einde van de maand en kunnen voorleggen aan de sociaal inspecteur wanneer die daarom vraagt.

Vanaf de eerste werkloosheidsdag tot het einde van de maand, moet de werknemer het formulier invullen volgens de instructies die erop vermeld staan. Zo moet hij o.a. (vóór de aanvang van de arbeid) alle arbeidsprestaties vermelden die hij verricht voor zichzelf of voor een derde, alsook de ziektedagen, de vakantiedagen en de niet-gepresteerde dagen gedekt door loon.

Op het einde van de maand moet hij zijn controleformulier C3.2A indienen bij zijn uitbetalingsinstelling (ABVV, ACLVB, ACV, HVW).

Wat als de werknemer zijn C3.2A verliest?

Als de werknemer het controleformulier C3.2A verliest, mag u hem geen nieuw formulier afleveren.

In geval van verlies moet hij zo vlug mogelijk aan het bevoegde werkloosheidsbureau een blanco controleformulier C3.2A vragen, waarop het werkloosheidsbureau zijn stempel zet en de vermelding ‘duplicaat’. De werknemer kan dat doen door persoonlijk langs te gaan of via zijn uitbetalingsinstelling. Dat duplicaat is vergoedbaar voor de periode die aanvangt op de dag waarop het bureau werd gecontacteerd. Voor de voorliggende periode zal de directeur van het werkloosheidsbureau oordelen of het duplicaat al dan vergoedbaar is. In principe kan één keer per jaar een duplicaat worden gevraagd.

Wat als de werknemer zich vergist bij het invullen van zijn C3.2A?

Als de werknemer doorhalingen heeft aangebracht op zijn controleformulier C3.2A, mag u hem geen nieuw formulier afleveren.

Als hij zich vergist heeft bij het invullen van zijn controleformulier, moet hij contact opnemen met het bevoegde werkloosheidsbureau (door zich persoonlijk aan te melden of via zijn uitbetalingsinstelling).  In principe zijn doorgehaalde, geschrapte, met typex verbeterde, foutief of op dubbelzinnige wijze ingevulde dagen op de controlekaart niet vergoedbaar. De directeur van het werkloosheidsbureau kan evenwel de dagen vergoedbaar verklaren als de werknemer te goeder trouw is en het enkel gaat om een materiële vergissing. Het is echter aan de werknemer om het bestaan van een materiële vergissing te bewijzen. 

Hij kan dat doen door bij zijn controlekaart een verklaring op eer toe te voegen. De directeur van het werkloosheidsbureau zal o.a. rekening houden met het al dan niet repetitief karakter van de aanvraag. Een aanvraag wordt beschouwd als repetitief als er in de loop van het jaar voorafgaand aan de nieuwe aanvraag voor afwijking reeds een afwijking werd toegestaan.

Waar kunt u blanco formulieren C3.2A bekomen?

De controleformulieren C3.2A zijn genummerd en kunnen niet worden afgedrukt. U kunt gratis blanco exemplaren van het formulier C3.2A bekomen bij de dienst Economaat van het werkloosheidsbureau van de RVA.

Onder bepaalde voorwaarden kan het sociaal secretariaat zelf het controleformulier C3.2A afdrukken op gewatermerkt papier (watermerk met het logo van de RVA). In dat geval draagt het controleformulier de benaming ‘C3.2A-S’. Het sociaal secretariaat moet op het controleformulier C3.2A-S een volgnummer vermelden alsook een toelatingsnummer dat het vooraf gekregen heeft van de directie Reglementering van de RVA.

Kan er gebruik gemaakt worden van een elektronisch controleformulier?

Vanaf 1 september 2023, beschikken alle werknemers over de mogelijkheid om gebruik te maken van een elektronisch controleformulier (eC3.2). Indien de werknemer voor een elektronisch controleformulier heeft gekozen, mag u aan die werknemer geen papieren controleformulieren meer afleveren. Voor meer informatie, zie volgend infoblad E74 (“De elektronische controlekaart eC3.2”).

Elektronische aangifte - ASR scenario 2 ‘Aangifte vaststellen recht tijdelijke werkloosheid of schorsing bedienden’

Wanneer moet u een ASR - scenario 2 verrichten?

Wanneer de werknemer een uitkeringsaanvraag moet indienen, d.w.z.:

  • bij de eerste tijdelijke werkloosheid van de werknemer in uw onderneming;
  • indien hij opnieuw tijdelijk werkloos wordt gesteld na een onderbreking van de uitkeringen tijdelijke werkloosheid van minstens 36 maanden;
  • indien hij opnieuw tijdelijk werkloos wordt gesteld na een wijziging van zijn contractuele arbeidsregeling (de factor Q of S) (bv. indien hij deeltijds gaat werken of in loopbaanonderbreking of tijdskrediet gaat);
  • bij de eerste tijdelijke werkloosheid na 30/09 (in functie van de mogelijke jaarlijkse herziening van het bedrag van de uitkering);
  • bij elke aanvraag om uitkeringen als tijdelijk werkloze wegens medische overmacht.

U moet bij de aanvang van de werkloosheid én op uw eigen initiatief, een ASR scenario 2 verrichten via de portaalsite van de sociale zekerheid (www.socialsecurity.be > Onderneming > Sociale risico’s > ASR > Werkloosheid > Scenario 2 ‘Aangifte vaststellen recht tijdelijke werkloosheid of schorsing bedienden’) of via batch. U overhandigt, ter informatie, een print van de elektronische aangifte aan de werknemer.

Voor meer informatie over de factoren Q en S en het theoretisch gemiddeld brutoloon, lees het infoblad Werkgevers ‘Het formulier C4 – werkloosheidsbewijs’ nr. E14.

Op grond hiervan kan de RVA het bedrag van de uitkering berekenen waarop de werknemer recht heeft.

Wie verricht het ASR scenario 2 voor uitzendkrachten?

Voor uitzendkrachten moet de ASR altijd verricht worden door het uitzendkantoor, met vermelding van uw KBO-nummer.

Wat moet de werknemer doen?

De werknemer houdt de afdruk van de elektronische aangifte die u hebt overhandigd bij en contacteert zo snel mogelijk zijn uitbetalingsinstelling (ABVV, ACLVB, ACV, HVW) om een formulier C3.2-werknemer (aanvraag om uitkeringen tijdelijke werkloosheid) in te vullen.

De uitbetalingsinstelling zal de ASR scenario 2 ophalen.

De aanvraag om uitkeringen moet uiterlijk op het einde van de tweede maand volgend op de maand waarin de werknemer tijdelijk werkloos werd gesteld door het werkloosheidsbureau worden ontvangen.

Voorbeelden

  • De werknemer wordt de eerste keer tijdelijk werkloos gesteld op 16 juni. De uitkeringsaanvraag moet door het werkloosheidsbureau uiterlijk op 31 augustus worden ontvangen.
  • De werknemer wordt de eerste keer tijdelijk werkloos gesteld op 1 juli. De uitkeringsaanvraag moet door het werkloosheidsbureau uiterlijk op 30 september worden ontvangen.
  • De werknemer wordt de eerste keer tijdelijk werkloos gesteld op 31 juli. De uitkeringsaanvraag moet door het werkloosheidsbureau uiterlijk op 30 september worden ontvangen.

Elektronische aangifte - ASR scenario 5 ‘Maandelijkse aangifte van de uren tijdelijke werkloosheid of uren schorsing bedienden’

Wanneer moet u een ASR - scenario 5 verrichten?

Na het einde van de maand en op uw eigen initiatief, verstuurt  u een ASR scenario 5.

Wie verricht de ASR scenario 5 voor uitzendkrachten?

Voor uitzendkrachten, moet de ASR altijd verricht worden door het uitzendkantoor, met vermelding van uw KBO-nummer.

Hoe en waarom moet u een ASR - scenario 5 verrichten?

U verricht de elektronische aangifte via de portaalsite van de sociale zekerheid (www.socialsecurity.be > Onderneming > Sociale risico’s > ASR > Werkloosheid > Scenario 5 ‘Maandelijkse aangifte van de uren tijdelijke werkloosheid of uren schorsing bedienden’) of via batch en u overhandigt een print van de elektronische aangifte aan de werknemer.

Voor meer informatie over het invullen van de factor Q en S en het theoretisch gemiddeld brutoloon, lees het infoblad Werkgevers ‘Het formulier C4 - werkloosheidsbewijs’, nr. E14.

U vermeldt het aantal uren dat de werknemer tijdelijk werkloos is geweest, voorafgegaan door de voor de aard van de tijdelijke werkloosheid te gebruiken code. In geval van tijdelijke werkloosheid wegens overmacht vermeldt u in het rooster de code 5.4 (overmacht) of 5.5 (overmacht medische reden).

Aan de hand van de controlekaart C 3.2A en de ASR scenario 5, kunnen de uitbetalingsinstelling en de RVA het aantal uitkeringen berekenen waarop de arbeider recht heeft.

Welke dagen mag u niet opgegeven als dagen tijdelijke werkloosheid?
  • de eerste dag van de overmacht indien voor die dag gewaarborgd dagloon verschuldigd is. De werknemers kunnen maar tijdelijk werkloos gesteld worden voor een volledige arbeidsdag zoals bepaald in het arbeidsreglement. Het is dus niet mogelijk de werknemers tijdelijk werkloos te stellen voor een halve dag indien zij normaal een hele dag werken.

Bv. In de loop van de voormiddag doet zich een electriciteitspanne voor waardoor verder werken onmogelijk wordt. De werknemers kunnen niet voor het resterend aantal uren van die dag tijdelijk werkloos gesteld worden.

  • de feestdagen gelegen in de periode van 14 dagen die volgt op de aanvang van de schorsing. Voor die dagen hebben de werknemers recht op loon.
  • dagen waarop de werknemers normaal niet werken (bv. de zaterdag indien dat de gebruikelijke inactiviteitsdag is of betaalde of niet-betaalde compenserende rustdagen toegekend in het kader van een regeling van arbeidsduurvermindering).
Hoeveel ASR’s scenario 5 moet u verrichten?

U moet in principe slechts één enkele ASR scenario 5 per maand verrichten, zelfs indien er in de loop van de maand verschillende vormen van tijdelijke werkloosheid waren.

Wat moet de werknemer doen?

De werknemer houdt, informatief, de door u bezorgde afdruk van de elektronische aangifte bij.

De werknemer moet enkel op het einde van de maand zijn controleformulier C3.2A indienen bij zijn uitbetalingsinstelling. De ASR scenario 5 wordt automatisch naar de uitbetalingsinstelling doorgestuurd.

Hebben de werknemers recht op uitkeringen tijdelijke werkloosheid?

Voor werknemers die tijdelijk werkloos worden gesteld wegens overmacht geldt een vrijstelling van wachttijd. Dat betekent dat zij onmiddellijk uitkeringen kunnen genieten, zonder dat zij eerst het bewijs van een aantal arbeids- of gelijkgestelde dagen moeten leveren. De normale vergoedbaarheidsvoorwaarden zijn van toepassing (o.a. arbeidsgeschiktheid, voorwaarden om een bijkomstige activiteit uit te oefenen, ...).

Tijdens de eerste drie maanden tijdelijke werkloosheid ingevolge overmacht, moet de tijdelijk werkloos gestelde werknemer niet beschikbaar zijn voor de arbeidsmarkt, noch zich laten inschrijven als werkzoekende.

Wat indien u werknemers tijdelijk werkloos stelt terwijl er geen sprake is van een geldige schorsing van de uitvoering van hun arbeidsovereenkomst op grond van werkgebrek wegens economische oorzaken?

In dat geval bent u verplicht om het normale loon te betalen aan de werknemers voor de dagen waarop de uitvoering van hun arbeidsovereenkomst niet geldig is geschorst.

U moet in dat geval het brutobedrag van de ten onrechte betaalde uitkeringen tijdelijke werkloosheid terugbetalen aan de RVA.

U mag het nettobedrag van de ten onrechte betaalde uitkeringen tijdelijke werkloosheid inhouden van het nettoloon dat u aan de werknemers moet betalen.

Die werkwijze is van toepassing op de ten onrechte betaalde uitkeringen die betrekking hebben op de periode vanaf 1 juli 2022.

 

Wat is het bedrag van de uitkering tijdelijke werkloosheid?

In geval van tijdelijke werkloosheid ontvangen de werknemers een bedrag gelijk aan 65% van hun begrensd gemiddeld loon (begrensd tot 3.299,11 euro per maand).

Op de uitkeringen tijdelijke werkloosheid wordt 26,75% bedrijfsvoorheffing ingehouden.

De leerlingen beoogd in artikel 1bis van het voormelde KB van 28 november 1969, ontvangen een  forfaitair bedrag.

Schematisch overzicht van de formaliteiten per type tijdelijke werkloosheid

 

 

Oorspronkelijke / voorafgaandelijke mededeling

Mededeling 1ste effectieve dag TW in de maand (*)

Afleveren C3.2A (****)

ASR 5
(uren werkloosheid)

ASR 2 (uitkerings-aanvraag-)

TW
overmacht
(zie infoblad E24)

JA
(administratieve praktijk)

NEEN

JA, uiterlijk de 1ste effectieve werkloosheidsdag in de maand

JA,
na het einde van de maand

JA, bij de eerste TW in de onderneming (***)

TW
overmacht medische redenen
(zie infoblad E24)

NEEN

NEEN

JA, uiterlijk de 1ste effectieve werkloosheidsdag in de maand

JA,
na het einde van de maand

JA, bij elke aanvraag omwille van overmacht medische redenen

TW economische redenen arbeiders
(zie infoblad E22)

JA,
7 kalenderdagen vooraf (behalve afwijkende regimes)

JA, tussen de 5de werkdag voorafgaand en de werkdag volgend (**)

JA, uiterlijk de 1ste effectieve werkloosheidsdag in de maand + inschrijving in validatieboek

JA,
na het einde van de maand

JA, bij de eerste TW in de onderneming (***)

TW economische redenen bedienden
(zie infoblad E55)

JA,
7 kalenderdagen vooraf + préliminaire voorwaarden 14 dagen vooraf

JA, tussen de 5de werkdag voorafgaand en de werkdag volgend (**)

JA, uiterlijk de 1ste effectieve werkloosheidsdag in de maand + inschrijving in validatieboek

JA,
na het einde van de maand

JA, bij de eerste TW in de onderneming (***)

TW economische redenen – bouwsector 
(zie infoblad E21)

JA, specifieke termijn
(zie infoblad E21)

JA, tussen de 5de werkdag voorafgaand en de werkdag volgend (**)

Specifieke controlekaart af te leveren voor het begin van de maand

JA,
na het einde van de maand

JA, bij de eerste TW in de onderneming (***)

TW
technische stoornis
(zie infoblad E27)

JA, 1ste werkdag volgend op technische stoornis

JA, tussen de werkdag voorafgaand en de werkdag volgend (**)

JA, uiterlijk de 1ste effectieve werkloosheidsdag in de maand

JA,
na het einde van de maand

JA, bij de eerste TW in de onderneming (***)

TW
slecht weer
(zie infoblad E26)

NEEN

JA, tussen de werkdag voorafgaand en de werkdag volgend (**)

JA, uiterlijk de 1ste effectieve werkloosheidsdag in de maand + inschrijving in validatieboek

JA,
na het einde van de maand

JA, bij de eerste TW in de onderneming (***)

TW
slecht weer – bouwsector
(zie infoblad E29)

NEEN

JA, tussen de werkdag voorafgaand en de werkdag volgend (**)

Specifieke controlekaart af te leveren voor het begin van de maand

JA,
na het einde van de maand

JA, bij de eerste TW in de onderneming (***)

TW
sluiting jaarlijkse vakantie
(zie infoblad E23)

NEEN

NEEN

JA, uiterlijk de 1ste effectieve werkloosheidsdag in de maand

JA,
na het einde van de maand

JA, bij de eerste TW in de onderneming (***)

TW
staking of
lock-out
(zie infoblad E25)

NEEN

Ja, geen termijn voorzien, per staking eenmalige mededeling van het begin van de werkloosheid

JA, op vraag van de werknemer

JA, op vraag van de werknemer

Ja, op vraag van de werknemer, bij de 1ste TW binnen de onderneming (***)

(*) Slechts één mededeling per maand en per werknemer

(**) Onder ‘voorafgaandelijke of volgende werkdag’ worden alle dagen van de week verstaan met uitzondering van de zondagen, de feestdagen, de vervangende feestdagen en de brugdagen

 (***) of wijziging van de factor Q/S of onderbreking van de uitkeringen TW ≥ 36 maanden 

(****) behalve als de werknemer de elektronische kaart eC3.2 gebruikt