Tijdelijke werkloosheid – Ontslag van beschermde werknemers
Inhoud van deze pagina
T73
Laatste update : 27.08.2025
Tijdelijke werkloosheid – Ontslag van een beschermde werknemer
Het doel van dit infoblad is om uit te leggen in welke situatie de personeelsafgevaardigde of kandidaat-personeelsafgevaardigde recht heeft op uitkeringen voor tijdelijke werkloosheid.
De (effectieve en plaatsvervangende) leden die het personeel in de ondernemingsraden en in de comités voor veiligheid, gezondheid en verfraaiing van de werkplaatsen vertegenwoordigen (hieronder de afgevaardigde), alsook de kandidaten voor de verkiezingen van de vertegenwoordigers van het personeel in diezelfde organen (hieronder de kandidaat-afgevaardigde) genieten een bijzondere bescherming tegen ontslag.1
Tijdens die periode van bescherming, mogen de personeelsafgevaardigden en de kandidaat-personeelsafgevaardigden enkel worden ontslagen omwille van economische of technische redenen die voorafgaandelijk door het bevoegde paritair comité zijn erkend, of bij gebrek daaraan, door de Nationale Arbeidsraad, of wegens dringende redenen, voorafgaandelijk erkend door het arbeidsgerecht.
119 MAART 1991. - Wet houdende bijzondere ontslagregeling voor de personeelsafgevaardigden in de ondernemingsraden en in de comités voor veiligheid, gezondheid en verfraaiing van de werkplaatsen alsmede voor de kandidaat-personeelsafgevaardigden
Ontslag omwille van economische of technische redenen?
Als het bevoegde paritair comité vooraf de ingeroepen economische of technische redenen heeft erkend, moet de werkgever de uitvoering van de arbeidsovereenkomst waarborgen tijdens de procedure voor de arbeidsgerechten.
Bijgevolg heeft de werknemer geen recht op uitkeringen voor tijdelijke werkloosheid gedurende die procedure.
Ontslag om dringende reden?
Als de werknemer een afgevaardigde is, heeft die recht op uitkeringen voor tijdelijke werkloosheid gedurende de procedure voor de erkenning van de dringende reden voor de arbeidsrechtbank als de voorzitter van de arbeidsrechtbank over de schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst beslist en zolang de werknemer voldoet aan de vergoedbaarheidsvoorwaarden.
Als de werknemer een kandidaat-afgevaardigde is, dan beslist de werkgever of de arbeidsovereenkomst zal worden geschorst tijdens de gerechtelijke procedure.
In voorkomend geval, als de werknemer voldoet aan de vergoedbaarheidsvoorwaarden, heeft die recht op uitkeringen voor tijdelijke werkloosheid tot die de in kracht van gewijsde gegane uitspraak over de ernst van de redenen krijgt betekend (of bij geen beroep, tot het verstrijken van de beroepstermijn).
Toelaatbaarheids- en vergoedbaarheidsvoorwaarden
De werknemer heeft onmiddellijk recht op uitkeringen zonder een aantal dagen arbeid in loondienst of gelijkgestelde dagen te hoeven bewijzen.
Om effectief uitkeringen te ontvangen, moet de werknemer aan de vergoedbaarheidsvoorwaarden voldoen (onder andere arbeidsgeschikt zijn, zonder loon zijn ...).
Lees voor meer informatie het infoblad T50 'Wat zijn uw verplichtingen als tijdelijk werkloze?' en, indien nodig, het infoblad T45 'Mag u een bijberoep uitoefenen tijdens uw tijdelijke werkloosheid?'.
Bedrag van de uitkering tijdelijke werkloosheid
In geval van tijdelijke werkloosheid (behalve voor tijdelijke werkloosheid wegens overmacht) krijgen de werknemers een bedrag dat gelijk is aan 60% van hun begrensd gemiddeld loon.
Op de uitkeringen tijdelijke werkloosheid wordt 26,75% bedrijfsvoorheffing ingehouden.
De leerlingen bedoeld in artikel 1bis van het KB van 28 november 1969, ontvangen een forfaitair bedrag.
Lees voor meer informatie over het bedrag van de uitkering voor tijdelijke werkloosheid het infoblad T66 'Hoeveel bedraagt uw uitkering bij tijdelijke werkloosheid?'.
Aanvullende vergoeding betaald door de werkgever
Tijdens de periode van schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst, waartoe de voorzitter van de arbeidsrechtbank of de werkgever heeft beslist, moet die laatste, na elke normale betalingsperiode, aan de werknemer een aanvullende vergoeding betalen bovenop de uitkeringen voor tijdelijke werkloosheid.
Die vergoeding is gelijk aan het verschil tussen het maandelijks bedrag van de uitkeringen voor tijdelijke werkloosheid en het nettoloon van de werknemer (na aftrek van de persoonlijke socialezekerheidsbijdragen en de fiscale inhouding).
De vergoeding zorgt voor een inkomen dat gelijk is aan het nettoloon van de werknemer en is cumuleerbaar met de uitkeringen voor tijdelijke werkloosheid.
De aanvullende vergoeding is verschuldigd totdat een in kracht van gewijsde gegane uitspraak over de ernst van de redenen wordt betekend (of bij geen beroep, tot het verstrijken van de beroepstermijn).
Die vergoeding blijft verworven, wat ook de beslissing mag zijn van de arbeidsrechtbank over het bestaan van een dringende reden.
Formaliteiten werknemer
- Een uitkeringsaanvraag indienen bij de uitbetalingsinstelling via het formulier C3.2-werknemer
- Het bewijs bijvoegen dat de werkgever of de voorzitter van de arbeidsrechtbank heeft beslist om de uitvoering van de arbeidsovereenkomst te schorsen
- Een formulier C1 voegen bij de aanvraag
- De elektronische controlekaart tijdelijke werkloosheid (eC3.2) invullen
- Vanaf 01.03.2026, zich na 3 maanden tijdelijke werkloosheid inschrijven als werkzoekende bij de bevoegde gewestelijke dienst voor arbeidsbemiddeling
- De RVA informeren over de stand van zaken van de gerechtelijke procedure en het resultaat ervan
Een aanvraag om uitkeringen voor tijdelijke werkloosheid indienen
Werknemers moeten pas bij de 1ste dag tijdelijke werkloosheid een uitkeringsaanvraag indienen.
De uitkeringsaanvraag moet op het werkloosheidsbureau toekomen uiterlijk op het einde van de 2de maand die volgt op de maand waarin de werknemer tijdelijk werkloos wordt gesteld.
Daarvoor moet de werknemer zo snel mogelijk contact opnemen met de eigen uitbetalingsinstelling (HVW, ACLVB, ACV of ABVV) om het volgende in te dienen:
- Het aanvraagformulier C3.2-werknemer;
- Het formulier C1 (Aangifte van de persoonlijke en familiale toestand) waarin, onder andere, bijkomende activiteiten of de ontvangst van inkomsten moeten worden aangegeven die een invloed kunnen hebben op het recht op de uitkeringen;
- Het bewijs dat de voorzitter van de arbeidsrechtbank (als de werknemer een afgevaardigde is) of de werkgever (als de werknemer een kandidaat-afgevaardigde is) heeft beslist om de uitvoering van de arbeidsovereenkomst te schorsen tijdens de gerechtelijke procedure.
De elektronische controlekaart tijdelijke werkloosheid (eC3.2) invullen
Sinds 01.01.2025 is de elektronische controlekaart C3.2A verplicht, behalve voor werkgevers en werknemers die onder PC nr. 327 vallen (maatwerkbedrijven).
De elektronische toepassing van de controlekaart eC3.2 bestaat in een pc-versie (Controlekaart tijdelijke werkloosheid - sociale zekerheid (socialsecurity.be) of via de app eC3.2 die beschikbaar is op smartphones.
Werknemers die tijdelijk werkloos worden gesteld, moeten vanaf de eerste effectieve werkloosheidsdag van elke maand de controlekaart invullen volgens de richtlijnen die erop vermeld staan:
- De dagen tijdelijke werkloosheid worden blanco gelaten.
- De niet-vergoedbare dagen (als gevolg van arbeid, arbeidsongeschiktheid, vakantie, andere beletsels ...) worden vermeld op de controlekaart.
Vanaf de laatste werkdag van de maand bevestigt de werknemer de kalender en verstuurt die de elektronische controlekaart naar de eigen uitbetalingsinstelling.
Een handleiding voor het gebruik van de elektronische controlekaart is ook beschikbaar op de portaalsite van de sociale zekerheid (www.socialsecurity.be).
Lees voor meer informatie over de elektronische controlekaart tijdelijke werkloosheid eC3.2 het infoblad T71 'De elektronische controlekaart eC3.2'.
Zich vanaf 01.03.2026 inschrijven als werkzoekende bij de bevoegde gewestelijke dienst voor arbeidsbemiddeling
Volgens de huidige reglementering is de werknemer vrijgesteld van inschrijving als werkzoekende.
Vanaf 01.03.2026 moet die zich na 3 maanden tijdelijke werkloosheid inschrijven als werkzoekende bij de bevoegde gewestelijke dienst voor arbeidsbemiddeling. Een periode van volledige werkhervatting tijdens 2 opeenvolgende weken doet een nieuwe periode van 3 maanden starten.
De RVA op de hoogte brengen
De werknemer moet de RVA informeren over de stand van zaken van de gerechtelijke procedure en het resultaat ervan.
Als de werkgever de arbeidsovereenkomst beëindigt wegens een dringende reden, blijven de uitkeringen voor tijdelijke werkloosheid verworven voor de werknemer.
De werknemer kan uitkeringen volledige werkloosheid ontvangen als die voldoet aan de toelaatbaarheids- en vergoedbaarheidsvoorwaarden.
Lees voor meer informatie de infobladen T31 'Hebt u recht op uitkeringen na een tewerkstelling?', T52 'Wat zijn uw verplichtingen tijdens uw werkloosheid?' en T47 'In welke gevallen kunt u een sanctie krijgen?'.
Formaliteiten werkgever
- Een aangifte van sociaal risico, scenario 2 (ASR 2) verrichten
- Op het einde van elke maand een aangifte van sociaal risico, scenario 5 (ASR 5) verrichten
- In voorkomend geval, een formulier C4 na afloop van de gerechtelijke procedure als de arbeidsrechtbank de dringende reden bevestigt
ASR 2 (aangifte vaststellen recht tijdelijke werkloosheid)
De werkgever doet op eigen initiatief een elektronische aangifte, ASR scenario 2 'Aangifte vaststellen recht op tijdelijke werkloosheid of schorsing bedienden' via de portaalsite van de sociale zekerheid (of via batch) als uitkeringsaanvraag.
De werkgever overhandigt, ter informatie, een kopie van de elektronische aangifte aan de werknemer.
De uitbetalingsinstelling zorgt dan voor het verkrijgen van de ASR scenario 2.
ASR 5 – Maandelijkse aangifte uren tijdelijke werkloosheid
Na het einde van de maand doet de werkgever een elektronische aangifte, ASR scenario 5 (via de portaalsite van de sociale zekerheid of via batch) en overhandigt die, ter informatie, een print van de elektronische aangifte aan de werknemer.
In die aangifte vermeldt de werkgever het aantal uren dat de werknemer in de maand tijdelijk werkloos is geweest (code 5.10).
Op basis van de controlekaart tijdelijke werkloosheid eC3.2 en de ASR scenario 5, kunnen de uitbetalingsinstelling en de RVA het aantal uitkeringen berekenen waarop de werknemer recht heeft voor die maand.