De gewone loopbaanonderbreking - Reglementering voor contractuele en statutaire werknemers van de lokale en provinciale besturen en voor contractuele werknemers bij de andere overheidsbesturen
Inhoud van deze pagina
T12
Laatste update : 1.10.2024
Belangrijke opmerking
Sinds 2 december 2016 zijn de reglementering en de uitbetaling van de uitkeringen loopbaanonderbreking voor personeelsleden van de administraties en de openbare instellingen die vallen onder de Vlaamse overheid geregionaliseerd (gevolg van de zesde staatshervorming). Werkt u voor een administratie of openbare instelling die valt onder de Vlaamse overheid, dan is dit infoblad niet meer op u van toepassing. Informatie over het Vlaams zorgkrediet vindt u op de website: www.werk.be.
Wat is "gewone" loopbaanonderbreking?
In de openbare sector hebben ambtenaren dankzij een ‘gewone’ loopbaanonderbreking de mogelijkheid om hun arbeidsprestaties volledig of gedeeltelijk te onderbreken. Ze ontvangen dan een uitkering van de RVA. Die uitkering varieert naargelang het gevraagde type onderbreking (volledige of gedeeltelijke), de onderbroken arbeidsregeling en eventueel het aantal kinderen en hun leeftijd.
Vanaf 55 jaar (of 50 jaar in bepaalde uitzonderingen) kunnen werknemers met een landingsbaan ook een gedeeltelijke onderbreking verkrijgen. Zo kunnen ze hun prestaties verminderen tot aan hun pensioen.
Een 'gewone' loopbaanonderbreking hoeft niet te worden gerechtvaardigd bij de werkgever en ook niet bij de RVA. Die onderbreking kan dus worden gevraagd voor om het even welke reden, behalve om een activiteit in loondienst aan te vatten bij een andere werkgever of om een activiteit als zelfstandige in bijberoep aan te vatten tijdens een gedeeltelijke onderbreking.
Welke reglementering is van toepassing?
De reglementaire basis voor contractuele en statutaire werknemers in lokale en provinciale besturen en van de diensten die eronder vallen, en voor contractuele werknemers bij de andere overheidsbesturen, is de herstelwet van 22.01.1985 en het koninklijk besluit van 02.01.1991 betreffendede toekenning van onderbrekingsuitkeringen.
In het RVA-jargon gaat het om de ‘residuaire reglementering’.
Op wie is die reglementering van toepassing?
Het koninklijk besluit van 02.01.1991 is van toepassing op:
- de contractuele en statutaire personeelsleden van de plaatselijke en provinciale besturen en van de diensten die daaronder vallen (OCMW’s …);
- de contractuele personeelsleden van de openbare diensten, de ministeries en de instellingen die daaronder vallen (federaal / gewest / gemeenschap / rechterlijke orde / federale en lokale politie);
- de contractuele personeelsleden van het onderwijs en de psycho-medisch-sociale centra;
- de personeelsleden van de gemeenschapsuniversiteiten betaald door het patrimonium;
- de personeelsleden van de kinderdagverblijven van de basisscholen van het gemeenschapsonderwijs;
- de contractuele en statutaire personeelsleden van de Vlaamse Gemeenschapscommissie.
NB Leerlingen worden uitgesloten.
Let op! Sinds 02.09.2016 is die reglementering niet langer van toepassing op personeelsleden van de openbare besturen en diensten van de Vlaamse overheid.
Welke vormen van ‘gewone’ loopbaanonderbreking zijn er?
- Een volledige onderbreking
- Een gedeeltelijke loopbaanonderbreking in het ‘algemeen stelsel’
- Een gedeeltelijke loopbaanonderbreking in het ‘eindeloopbaanstelsel’
Kan er u een ‘gewone’ loopbaanonderbreking worden geweigerd?
Algemene regel
In principe is loopbaanonderbreking enkel mogelijk wanneer de werkgever een schriftelijk akkoord heeft gegeven. Dat betekent dat de werkgever de gevraagde onderbreking zou kunnen weigeren.
Uitzonderingen
In de situaties die hieronder staan, is de 'gewone' loopbaanonderbreking een recht dat de werkgever niet kan weigeren.
Recht voor contractuelen van de federale overheid
Contractuele personeelsleden van de federale overheid die minstens 12 maanden anciënniteit hebben bij dezelfde werkgever hebben recht op de volledige onderbreking en de halftijdse onderbreking.
Recht voor personeelsleden van de gemeenten, provincies en diensten die daaronder vallen
Statutaire en contractuele personeelsleden van de lokale of provinciale besturen en van de diensten die daaronder vallen (OCMW's ...) hebben recht op een volledige onderbreking, een gedeeltelijke onderbreking tot een halftijdse en een onderbreking met 1/5.
Bepaalde personeelscategorieën kunnen zijn uitgesloten van dat recht op basis van interne bepalingen bij de gemeentelijke of provinciale overheden. In dat geval is het akkoord van de werkgever nodig om de gewenste onderbreking te verkrijgen.
Wat met contractuelen van de gewesten en de gemeenschappen?
De residuaire reglementering rond loopbaanonderbreking voorziet niet expliciet in een recht voor contractuelen van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest en voor het Waalse Gewest. En ook niet voor contractuelen van de Fédération Wallonie-Bruxelles en van de Duitstalige Gemeenschap. Het is wel mogelijk dat de overheid in rechten heeft voorzien in haar eigen reglementering. In dat geval is dat recht verbonden aan de wetgeving van de gewestelijk of gemeenschapsoverheid en niet aan de reglementering rond loopbaanonderbreking.
Werkt u bij een gewest of een gemeenschap? Neem dan contact op met uw personeelsdienst om te weten of het recht op volledige of gedeeltelijke loopbaanonderbreking bestaat.
Volledige onderbreking
Als voltijdse of deeltijdse werknemer kunt u een volledige onderbreking nemen, om uw prestaties volledig te schorsen.
Wat is de duur van de volledige onderbreking?
U kunt periodes van minimum 3 maanden en maximum 12 maanden aanvragen.
Over uw hele loopbaan mag u in totaal maximum 60 maanden volledige loopbaanonderbreking nemen. Periodes van volledige onderbreking die u bij een andere werkgever (overheid of privésector) zou hebben genomen, moeten van die duur worden afgetrokken. Periodes van volledige onderbreking in een thematisch verlof (ouderschapsverlof, verlof voor medische bijstand, palliatief verlof en mantelzorgverlof) worden niet afgetrokken van die maximumduur.
De maximumduur van een volledige onderbreking blijft dezelfde, ongeacht uw leeftijd.
Opmerking: Als u uw loopbaan met volledige maanden wilt onderbreken, dan moet u een periode aanvragen die loopt van datum tot de dag voor datum. Bijvoorbeeld: 3 maanden van 1 maart tot en met 31 mei (en niet tot en met 1 juni) of 10 maanden van 15 mei tot en met 14 maart van het jaar erop (en niet tot en met 15 maart).
Op welke uitkeringen hebt u recht?
Het bedrag van de onderbrekingsuitkeringen vindt u in de rubriek 'Barema's' op onze website.
Opmerking: Het bedrag van de uitkering is forfaitair. De uitkeringen variëren niet in functie van uw loon. Maar als u minstens twee kinderen hebt, en het jongste kind jonger is dan 3 jaar, dan hebt u recht op een verhoogde uitkering.
Gedeeltelijke onderbreking in het algemeen stelsel
Wat is het algemeen stelsel?
Dat is een stelsel van gedeeltelijke onderbreking waarin u als voltijdse of deeltijdse werknemer uw arbeidsprestaties kunt verminderen vóór de leeftijd van 55 jaar.
Op welke manieren kunt u uw loopbaan gedeeltelijk onderbreken?
Als voltijds werknemer kunt u uw prestaties verminderen:
- met 1/5 om 4/5 te blijven werken;
- met 1/4 om 3/4 te blijven werken;
- met 1/3 om 2/3 te blijven werken;
- met 1/2 om 1/2 te blijven werken.
Als deeltijdse werknemer met een arbeidsregeling van minstens 3/4 van een voltijdse betrekking, kunt u uw prestaties enkel verminderen tot 1/2, dus tot de helft van een voltijdse betrekking.
Hoe lang mag u in het algemeen stelsel uw loopbaan gedeeltelijk onderbreken?
Sinds 01.01.2012 mag u uw prestaties in het algemeen stelsel gedurende minstens 3 maanden en hoogstens 60 maanden verminderen.
Die maximumduur van 60 maanden geldt voor alle vormen van prestatievermindering (1/5, 1/4, 1/3, 1/2), vóór de leeftijd van 55 jaar.
Periodes van gedeeltelijke onderbreking die u bij een andere werkgever (overheid of privésector) zou hebben genomen, moeten van die maximumduur van 60 maanden worden afgetrokken. Periodes van gedeeltelijke onderbreking in een thematisch verlof (ouderschapsverlof, verlof voor medische bijstand, palliatief verlof en mantelzorgverlof) worden niet afgetrokken van die maximumduur.
Op welke uitkeringen hebt u recht?
Het bedrag van de onderbrekingsuitkeringen vindt u in de rubriek 'Barema's' op onze website.
Opmerking: Het bedrag van de uitkering is forfaitair. De uitkeringen variëren niet in functie van uw loon. Maar als u minstens twee kinderen hebt, en het jongste kind jonger is dan 3 jaar, dan hebt u recht op een verhoogde uitkering.
Welke leeftijd moet u bereikt hebben om te worden toegelaten tot het eindeloopbaanstelsel?
Algemene regel
Om recht te hebben op een prestatievermindering in het eindeloopbaanstelsel moet u minstens 55 jaar zijn.
Uitzondering
Als u voldoet aan de afwijkende voorwaarden kunt u al vanaf 50 jaar toegang krijgen tot het eindeloopbaanstelsel.
Let op! Die voorwaarden verschillen afhankelijk van welke prestatievermindering u wenst.
Voorwaarden om het eindeloopbaanstelsel te verkrijgen vanaf 50 jaar
Bij een prestatievermindering met 1/5
U kunt vanaf de leeftijd van 50 jaar toegang krijgen tot het eindeloopbaanstelsel in de vorm van een prestatievermindering met 1/5, als u zich in een van de volgende 2 situaties bevindt:
1. U hebt een 'zwaar beroep' uitgeoefend
Let op! U moet dat zware beroep minstens 5 jaar hebben uitgeoefend in de loop van de voorbije 10 jaar of minstens 7 jaar in de loop van de voorbije 15 jaar.
Er zijn drie categorieën van zware beroepen:
- werk in wisselende ploegen
- werk in onderbroken diensten
- werk met nachtprestaties
U vindt hieronder meer uitleg over die drie categorieën van zware beroepen.
2. U hebt een beroepsloopbaan van minimum 28 jaar.
Wat telt er mee voor de berekening van de beroepsloopbaan van minstens 28 jaar?
- Elk kalenderjaar van tewerkstelling in het stelsel van de privésector, waarvoor minstens 285 dagen voltijds loon werd uitbetaald, gerekend in een zesdagenweek.
- Elk kalenderjaar van tewerkstelling in het stelsel van de publieke sector, waarvoor minstens 237 dagen voltijds werkelijk gepresteerde dagen werden vastgesteld, gerekend in een vijfdagenweek.
Voor de kalenderjaren in de privésector met minder dan 285 dagen tewerkstelling, wordt het totale aantal dagen gedeeld door 285. Het resultaat, afgerond naar beneden, geeft het aantal bijkomende jaren.
Voor de kalenderjaren in de openbare sector met minder dan 237 dagen tewerkstelling, wordt het totale aantal dagen gedeeld door 237. Het resultaat, afgerond naar beneden, geeft het aantal bijkomende jaren.
Voor de kalenderjaren met respectievelijk meer dan 285 of 237 dagen tewerkstelling tellen de dagen die de 285 of de 237 dagen overschrijden, niet mee.
De som van de jaren van punten 1° en 2° wordt afgerond naar de hogere eenheid.
Voor de jaren van tewerkstelling in de privésector, worden de volgende dagen gelijkgesteld met voltijds vergoede dagen:
- moederschapsverlof;
- verlof genomen naar aanleiding van de geboorte van een kind;
- adoptieverlof;
- moederschapsbescherming en de preventieve werkverwijdering van zwangere vrouwen;
- ouderschapsverlof in het kader van de onderbreking van de beroepsloopbaan.
Voor de jaren van tewerkstelling in de openbare sector, worden de volgende dagen gelijkgesteld met dagen voltijds werkelijk gepresteerde diensten:
- verlof met behoud van wedde;
- moederschapsverlof;
- verlof genomen naar aanleiding van de geboorte van een kind;
- adoptieverlof;
- moederschapsbescherming en de preventieve werkverwijdering van zwangere vrouwen;
- ouderschapsverlof in het kader van de onderbreking van de beroepsloopbaan.
De 28 jaar beroepsloopbaan geeft u aan op de aanvraag om onderbrekingsuitkeringen (zie de vraag 'Wat moet u doen om recht te hebben op loopbaanonderbreking?').
Bij een prestatievermindering met 1/3, met 1/4 of tot 1/2
U hebt recht op het eindeloopbaanstelsel vanaf de leeftijd van 50 jaar in de vorm van een prestatievermindering met 1/3, met 1/4 of tot 1/2 als u een zwaar beroep hebt uitgeoefend waarvoor er een significant tekort aan arbeidskrachten bestaat.
Let op! U moet dat zware beroep minstens 5 jaar hebben uitgeoefend in de loop van de voorbije 10 jaar of minstens 7 jaar in de loop van de voorbije 15 jaar.
Er zijn drie categorieën van zware beroepen:
- werk in wisselende ploegen
- werk in onderbroken diensten
- werk met nachtprestaties
U vindt hieronder meer uitleg over die drie categorieën van zware beroepen.
Momenteel tellen er voor loopbaanonderbreking slechts twee categorieën van zware knelpuntberoepen mee. Het gaat om:
- verpleegkundigen en verzorgend personeel in ziekenhuizen;
- verpleegkundigen en verzorgend personeel in rusthuizen en rust- en verzorgingstehuizen.
De volgende drie beroepen worden beschouwd als verzorgend personeel:
- zorgkundigen;
- kinesisten;
- ergotherapeuten.
NB Bij die twee categorieën van knelpuntberoepen komen ook nog de beroepen die op een lijst van knelpuntberoepen staat, die is opgemaakt op basis van de gewestelijke lijsten van knelpuntberoepen, die jaarlijks moet worden opgesteld bij een in de ministerraad overlegd besluit, na onderhandeling met het gemeenschappelijk comité voor het geheel van de openbare diensten, na unaniem advies van het beheerscomité van de RVA en na het advies van het comité overheidsbedrijven. Die lijst bestaat nog niet! Bijgevolg worden enkel de categorieën van personeelsleden die worden vermeld in die documentatie beschouwd als knelpuntberoepen.
Wat zijn de zware beroepen die het mogelijk maken om vanaf 50 jaar aanspraak te maken op het eindeloopbaanstelsel?
Er zijn drie categorieën van zware beroepen:
- arbeid in wisselende ploegen, dat wil zeggen arbeid in minstens twee ploegen van minstens twee werknemers, die hetzelfde werk doen, zowel qua inhoud als qua omvang en die elkaar in de loop van de dag opvolgen, zonder dat er een onderbreking is tussen de opeenvolgende ploegen en zonder dat de overlapping meer bedraagt dan 1/4 van hun dagtaak, op voorwaarde dat de werknemer van ploegen wisselt.
Voorbeelden van tewerkstelling die geen arbeid in wisselende ploegen is:
- een ploeg van 5 werknemers werkt van 5 u. tot 8 u. om de werkplaats voor te bereiden voor een productieploeg die van 8 u. tot 16 u. werkt. Het gaat dus niet om wisselende ploegen, want ze doen niet hetzelfde werk;
- een eerste ploeg van 8 werknemers werkt van 10 u. tot 18 u., een tweede ploeg van 14 u. tot 22 u. Ze doen hetzelfde werk, maar het gaat niet om wisselende ploegen omdat er een overlapping is van 4 u. (van 14 u. tot 18 u.), wat de helft en dus meer dan 1/4 van de dagtaak is;
- Bart doet hetzelfde werk als zijn collega. De ene werkt van 6 u. tot 13.30 u., de andere van 13 u. tot 18.30u. Zij wisselen elke dag af. Er zijn geen andere collega's die hetzelfde werk doen. Het gaat dus niet om wisselende ploegen, want elke ploeg bestaat uit één werknemer;
- Er zijn 2 ploegen van elk 10 personen. De ene ploeg werkt van 6 u. tot 14 u., de tweede van 14 u. tot 22 u. De betrokken werknemer is tewerkgesteld in de ploeg van 6 u. tot 14 u. Het gaat niet om arbeid in wisselende ploegen. De werknemer werkt namelijk altijd in dezelfde ploeg en wisselt dus niet.
- arbeid in ononderbroken diensten: deze arbeidsregeling impliceert dat werknemers permanent werken in dagprestaties en dat er minstens 11 uur ligt tussen het begin en het einde van de arbeidstijd, met een onderbreking van minstens 3 uur en met minimum 7 uur arbeidsprestaties. Een onderbroken dienst moet de gewone – en niet de occasionele – arbeidsregeling zijn van de werknemer.
Voorbeeld:
An is permanent tewerkgesteld als onderhoudsarbeidster vóór en na de normale werkuren van haar collega's en ze werkt van 6.30 u. tot 9 u. en van 16 u. tot 20.30 u. Het gaat hier dus wel degelijk om arbeid in onderbroken diensten, want:
- het gaat om dagprestaties (tussen 6 uur 's morgens en middernacht);
- er ligt 14 uur tussen het begin en het einde (van 6.30 u. tot 20.30 u. = minstens 11 uur);
- er is een onderbreking van 9 u. tot 16 u. = 7 uur = minstens 3 uur;
- de prestaties bedragen in totaal 7 uur (van 6.30 u. tot 9 u. = 2,5 uur en van 16 u. tot 20.30 u. = 4,5 uur).
- arbeidsregeling met nachtarbeid: die regeling omvat gewoonlijk prestaties tussen 20 uur en 6 uur, met uitzondering van werknemers van wie de arbeidsprestaties uitsluitend liggen tussen 6 uur en 22 uur en werknemers van wie de prestaties gewoonlijk beginnen vanaf 5 uur.
Op welke uitkeringen hebt u recht?
Het bedrag van de uitkeringen vindt u in de rubriek 'Barema's' op onze website.
Opmerking: Het bedrag van de uitkering is forfaitair. De uitkeringen variëren niet in functie van uw loon. Maar als u minstens twee kinderen hebt, en het jongste kind jonger is dan 3 jaar, dan hebt u recht op een verhoogde uitkering.
Wat als u niet voldoet aan de voorwaarden voor een gedeeltelijke loopbaanonderbreking in het eindeloopbaanstelsel?
Als u nog geen 55 bent of als u niet voldoet aan de uitzonderingsvoorwaarden voor een gedeeltelijke onderbreking in het eindeloopbaanstelsel vóór de leeftijd van 55 jaar (zie de vraag 'Wat zijn de toegangsvoorwaarden voor het eindeloopbaanstelsel?'), kunt u een gedeeltelijke onderbreking aanvragen in het algemeen stelsel, op voorwaarde dat u de maximale periode van 60 maanden nog niet hebt opgebruikt.
Opgelet: het algemeen stelsel kunt u slechts voor een beperkte periode verkrijgen (en niet tot aan de pensioenleeftijd) en het bedrag van de uitkeringen van de RVA is minder hoog.
Kunt u overstappen van een gedeeltelijke onderbreking in het algemene stelsel naar een gedeeltelijke onderbreking in het eindeloopbaanstelsel?
Ja. Maar aangezien het om twee verschillende prestatieverminderingen gaat (met een andere duur en andere uitkeringen), verloopt de overgang van een gedeeltelijke onderbreking in het algemene stelsel naar een gedeeltelijke onderbreking in het eindeloopbaanstelsel niet automatisch.
Met andere woorden: als u de leeftijd bereikt die toegang geeft tot het eindeloopbaanstelsel tijdens een periode van gedeeltelijke loopbaanonderbreking in het algemeen stelsel, worden uw uitkeringen niet automatisch verhoogd.
Om recht te hebben op de voordelen van het eindeloopbaanstelsel, moet u dus een aanvraag indienen (zie de vraag 'Wat moet u doen om recht te hebben op loopbaanonderbreking").
Die nieuwe aanvraag kunt u indienen wanneer de gedeeltelijke onderbreking in het algemene stelsel is afgelopen.
Uitzondering
Als u aanspraak wilt maken op de voordelen van het eindeloopbaanstelsel terwijl er een gedeeltelijke loopbaanonderbreking in het algemeen stelsel bezig is, zal u de lopende periode vervroegd moeten beëindigen. Dat vervroegde einde is enkelmogelijk als uw werkgever daarmee akkoord gaat.
Daarna moet u een nieuwe aanvraag indienen voor een gedeeltelijke loopbaanonderbreking in het eindeloopbaanstelsel (zie de vraag 'Wat moet u doen om recht te hebben op loopbaanonderbreking?').
Kunt u overgaan van een gedeeltelijke loopbaanonderbreking naar een volledige onderbreking en omgekeerd?
U kunt zonder het werk te hervatten overschakelen van een deeltijdse onderbreking naar een volledige en omgekeerd.
Als u voltijds werkt, kunt u ook overstappen van het ene naar het andere type van prestatievermindering (bijvoorbeeld van een vermindering met 1/5 naar een vermindering met 1/3). Beide periodes samen moeten in totaal 3 maanden bedragen.
U kunt een gewone onderbreking ook laten volgen door een thematisch verlof en omgekeerd.
Wat moet u doen om recht te hebben op loopbaanonderbreking?
Wat moet u doen ten aanzien van uw werkgever?
Om loopbaanonderbreking te kunnen aanvragen, moet u ofwel het akkoord van uw werkgever krijgen, ofwel een recht laten gelden (zie de vraag 'Kan er u loopbaanonderbreking worden geweigerd?’).
Die aanvraag moet schriftelijk en 3 maanden op voorhand gebeuren. Bij sommige besturen kan die termijn anders zijn. Neem contact op met uw personeelsdienst om te weten wat u moet doen om de aanvraag bij uw werkgever in te dienen.
Wat is de aanvraagprocedure bij de RVA?
Sinds 1 juli 2024 moeten de aanvragen om uitkeringen voor loopbaanonderbreking verplicht elektronisch worden ingediend bij de RVA.
(...)
Heb je een vraag of een probleem bij het invullen, raadpleeg dan de handleiding en instructiefilmpjes op de RVA-website. Lukt het toch niet om de aanvraag online in te vullen, neem dan contact op met het contactcenter van de RVA op 02/515.44.44. Je kan er een afspraak maken met een digicoach in één van de RVA-kantoren om de aanvraag samen in te vullen.
Aangezien de werkgever een deel van de aanvraag moet invullen, kan het handig zijn om de aanvraag samen in te vullen en meteen in te dienen bij de RVA.
Nuttige links en instructievideo’s: rva.be/breakatwork
(...)
Via deze link kunt u snel en eenvoudig uw aanvraag indienen, uw dossier raadplegen, uw werkgever op de hoogte brengen van uw intentie om uw loopbaan te onderbreken en het aantal maanden berekenen waarop u recht hebt:
Break@work - Dossier loopbaanonderbreking en tijdskrediet (burgers) (rva.be)
U vindt er ook video's en documenten met uitleg over hoe u zich online kunt identificeren, uw e-Box kunt activeren en de procedure voor een online indiening.
(…)
Bewijsstukken die u moet bijvoegen als u verhoogde uitkeringen aanvraagt
Hebt u minstens 2 kinderen, van wie het jongste jonger is dan 3 jaar of minder dan 3 jaar geleden geadopteerd is, dan hebt u recht op verhoogde uitkeringen.
Om die te verkrijgen, moet u bij uw aanvraag een attest voegen van het kinderbijslagfonds met het aantal kinderen voor wie er kinderbijslag wordt uitgekeerd.
In geval van adoptie moet u een kopie van het vonnis bijvoegen dat de adoptie-akte gehomologeerd heeft, en ook een attest van het kinderbijslagfonds.
Doet u een aanvraag voor verhoogde uitkeringen tijdens een lopende loopbaanonderbreking, dan geldt de indiening van die bewijsstukken als aanvraag. Het is dan niet nodig een nieuwe aanvraag in te dienen. In dat geval ontvangt u de verhoogde uitkeringen vanaf de 1ste van de maand na de maand waarin u de bewijsstukken hebt bezorgd.
Waar moet u wonen tijdens de loopbaanonderbreking?
Tijdens de periodes van loopbaanonderbreking moet u wonen:
- in België;
- in een ander land van de Europese Economische Ruimte (dat wil zeggen de 28 landen van de Europese Unie + Noorwegen, IJsland en Liechtenstein);
- of in Zwitserland.
Uitzondering
Als u uw huwelijkspartner of uw wettelijk samenwonende partner volgt die tijdelijk en beroepshalve voor rekening van de werkgever naar een land vertrekt buiten de Europese Economische Ruimte of Zwitserland, dan mag u voor de duur van die opdracht daar gedomicilieerd zijn.
Wettelijke samenwoning is de samenlevingsvorm van 2 personen die een verklaring van wettelijke samenwoning hebben afgelegd bij de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeenschappelijke woonplaats.
U moet een attest van de werkgever van uw huwelijkspartner of van de werkgever van uw wettelijk samenwonende partner toevoegen en uit dat attest moet blijken dat de professionele opdracht niet vereist dat u zich definitief in het buitenland vestigt.
[…]
Waar worden onderbrekingsuitkeringen uitbetaald?
Onderbrekingsuitkeringen worden met een bankoverschrijving betaald. De uitkeringen kunnen worden betaald op financiële rekeningen in:
- België
- of een land dat behoort tot de gemeenschappelijke betalingsruimte voor de euro, SEPA (= Single Euro Payments Area).
NB Het gaat om de volgende landen: Frankrijk, Guadeloupe, Martinique, Frans-Guyana, La Réunion, Oostenrijk, Bulgarije, Zwitserland, Cyprus, Tsjechische Republiek, Duitsland, Denemarken, Estland, Spanje (met inbegrip van de Canarische Eilanden, Ceuta & Melilla), Finland, Verenigd Koninkrijk (met inbegrip van Gibraltar en Noord-Ierland), Griekenland, Hongarije, Ierland, IJsland, Italië, Liechtenstein, Litouwen, Luxemburg, Letland, Malta, Noorwegen, Polen, Portugal (met inbegrip van de Azoren en Madeira), Roemenië, Zweden, Slovenië, Nederland.
Als u geen bankrekening hebt, kunt u bij uw RVA-kantoor een aanvraag indienen voor een uitbetaling met een circulaire cheque.
Opgelet: de reglementering wijzigt vanaf 01.10.2024: de betaling met een circulaire cheque is niet meer mogelijk.
Enkel de betaling met een bankoverschrijving is mogelijk.
Met welke inkomsten of activiteiten mag u uw onderbrekingsuitkeringen cumuleren?
Raadpleeg infoblad T1 over cumulatie op www.rva.be.
Wat doet de directeur van uw RVA-kantoor?
De directeur:
- kent u het recht op onderbrekingsuitkeringen toe en stuurt u de beslissing C62 waarop uw persoonlijke gegevens, het soort onderbreking, het bedrag van uw uitkeringen en de betrokken periode vermeld staan.
De RVA betaalt u elke maand achteraf uw uitkering.
- of weigert de onderbrekingsuitkeringen en brengt u daarvan op de hoogte met een beslissing C62.
De beslissing C62 belandt in uw e-Box als die geactiveerd is. Is dat niet het geval, dan krijgt u de beslissing met de post toegestuurd.
NB De e-Box is de onlinedienst van de sociale zekerheid. Het is een persoonlijke en beveiligde mailbox waarmee elke burger op een gecentraliseerde manier officiële documenten kan ontvangen, waaronder documenten van de RVA.
Meer informatie over de e-Box vindt u op www.myebox.be.
Kunt u de beslissing van de RVA betwisten?
Ja, u kunt in beroep gaan tegen de beslissing van de RVA bij de bevoegde arbeidsrechtbank.
Meer informatie over de procedure vindt u in infoblad T110, op www.rva.be.(...)
Hoe kunt u uw dossier opvolgen?
U kunt uw dossier raadplegen op de portaalsite van de sociale zekerheid www.socialsecurity.be en op onze website Burgers | Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening (rva.be).
U kunt de volgende informatie online raadplegen:
- de status van uw dossier
- betalingen
- beslissingen C62
- fiscale fiches
- attesten tijdskrediet
Wanneer verliest u het recht op onderbrekingsuitkeringen?
U verliest het recht op onderbrekingsuitkeringen:
- aan het einde van de maximale vergoedbaarheidstermijn of aan het einde van de termijn vermeld in de overeenkomst met uw werkgever, tenzij die termijn in onderling overleg wordt verlengd;
- vanaf de dag waarop u het werk hervat bij dezelfde of bij een andere werkgever;
- vanaf de dag waarop uw arbeidsovereenkomst eindigt;
- vanaf de dag waarop u een pensioen ontvangt;
- vanaf de dag waarop u gedurende meer dan 12 maanden een volledige loopbaanonderbreking cumuleert met een zelfstandige activiteit;
- vanaf de dag waarop u gedurende meer dan 24 maanden een halftijdse onderbreking of gedurende meer dan 60 maanden een onderbreking met 1/5 cumuleert met een zelfstandige activiteit;
- vanaf de dag waarop u een zelfstandige activiteit aanvat tijdens een periode van prestatievermindering;
- vanaf de dag waarop u start met een nevenactiviteit in loondienst;
- vanaf de dag waarop u het aantal uren van uw nevenactiviteit in loondienst uitbreidt.
Wanneer worden uw onderbrekingsuitkeringen teruggevorderd?
Alle onrechtmatig ontvangen onderbrekingsuitkeringen worden teruggevorderd. Dat gebeurt (...) wanneer u uw RVA-kantoor niet vooraf en schriftelijk op de hoogte brengt van de start of uitbreiding van een nevenactiviteit of van de uitoefening van een zelfstandige activiteit.
Als u bewijst dat u de uitkeringen waarop u geen recht had, met goede trouw hebt ontvangen, wordt de terugvordering beperkt tot de laatste 150 dagen waarop u onrechtmatig uitkeringen ontving. Die beperking telt niet als er sprake is van cumulatie met een prestatie toegekend op basis van een stelsel van de sociale zekerheid.
Worden de onderbrekingsuitkeringen betaald tijdens een periode van gevangenzetting?
Nee. De betaling van onderbrekingsuitkeringen wordt geschorst tijdens een periode van gevangenzetting. Daardoor bent u, als u gevangengezet wordt tijdens een periode waarin u onderbrekingsuitkeringen ontvangt, verplicht om dat schriftelijk te melden aan uw RVA-kantoor. Als u onderbrekingsuitkeringen ontvangt terwijl u al opgesloten zit, dan moet u die terugbetalen.
Als de periode van opsluiting korter is dan die van uw onderbreking of van uw prestatievermindering, moet u aan het RVA-kantoor een officieel document bezorgen met daarop de datum waarop uw gevangenneming afloopt. Zo kan uw recht op onderbrekingsuitkeringen worden heropend.
Kunt u uw loopbaanonderbreking vroegtijdig stopzetten?
Akkoord van de werkgever
U kan uw periode van loopbaanonderbreking vroegtijdig stopzetten, mits akkoord van je werkgever.
Dat akkoord moet zowel gaan over de vervroegde stopzetting zelf als over de datum ervan. Als je werkgever akkoord gaat, breng je de RVA daar schriftelijk van op de hoogte. Daarvoor kun je het formulier 'aangifte van wijziging van gegevens' gebruiken. Dat vind je op onze website. Het ingevulde en ondertekende formulier stuur je dan naar het RVA-kantoor dat je dossier beheert.
Impact op de uitkeringen en op het krediet
Als de loopbaanonderbreking wordt stopgezet tijdens de minimumduur hoef je de onderbrekingsuitkeringen die je ontving niet terug te betalen aan de RVA.
Opgelet: de niet-opgenomen dagen om tot de minimumduur te komen worden wel in mindering gebracht van het totale krediet.
Voorbeeld: u vraagt 3 maanden 1/5 loopbaanonderbreking en stopt na 2 maanden met akkoord van de werkgever. U moet de 2 maanden uitkeringen die u ontvangen heeft niet terugbetalen maar de 1 maand krediet om tot de minimumduur te komen zal in mindering worden gebracht van het totale krediet.
Verzaking aan deze kredietverrekening omwille van uitzonderlijke omstandigheden
Als je wegens uitzonderlijke omstandigheden die minimumduur niet hebt gerespecteerd, kun je een gemotiveerde aanvraag indienen tot verzaking aan deze kredietverrekening.
Je moet die aanvraag opsturen naar de directeur van het RVA-kantoor, die ze zal overmaken aan de administrateur-generaal. De administrateur-generaal kan afzien van de verrekening van het krediet, als hij de omstandigheden als uitzonderlijk beschouwt.
Bent u beschermd tegen ontslag tijdens loopbaanonderbreking?
Zowel bij volledige als bij gedeeltelijke loopbaanonderbreking bent u beschermd tegen ontslag als u met een arbeidsovereenkomst bent tewerkgesteld.
Die bescherming gaat in op de dag van het akkoord of, als u uw rechten doet gelden, op de dag van de schriftelijke kennisgeving aan de werkgever. Ze eindigt 3 maanden na de loopbaanonderbreking.
Tijdens die beschermde periode mag uw werkgever uw arbeidsovereenkomst niet eenzijdig beëindigen, tenzij om dringende of voldoende redenen.
Een voldoende reden is een door de rechter als zodanig erkende reden waarvan de aard en de oorzaak vreemd zijn aan de loopbaanonderbreking.
Ontslag wegens conventioneel brugpensioen geldt onder meer als voldoende reden.
Als uw werkgever u toch ontslaat tijdens een volledige onderbreking, dan kan de opzeggingstermijn pas beginnen na het einde van uw onderbreking. De opzeggingstermijn kan wel beginnen lopen tijdens een periode van prestatievermindering (ongeacht de breuk).
Bij een onmiddellijke verbreking van de overeenkomst (zonder dat de opzeggingstermijn wordt gepresteerd), is de verbrekingsvergoeding gelijk aan de duur van de opzeggingstermijn (berekend alsof de werknemer de prestaties niet verminderd had) en in functie van het laatste loon (dus op basis van het verschuldigd loon voor verminderde prestaties).
Ontslaat uw werkgever u tijdens de beschermde periode zonder dringende of voldoende reden, dan moet uw werkgever u – bovenop de normale opzeggings- of verbrekingsvergoeding – een forfaitaire vergoeding betalen die gelijk is aan 6 maanden loon op basis van het verminderd loon in geval van prestatievermindering.
Bij ontslag moet u uw RVA-kantoor daar onmiddellijk schriftelijk van op de hoogte brengen.
Welke invloed hebben onderbrekingsuitkeringen op uw belastingen?
Onderbrekingsuitkering zijn belastbaar. Fiscaal gezien wordt ze beschouwd als een vervangingsinkomen.
Bedrijfsvoorheffing
Alle onderbrekingsuitkeringen zijn sinds 01.01.2004 onderworpen aan een bedrijfsvoorheffing.
Door deze inhouding aan de bron daalt het nettobedrag van de onderbrekingsuitkering, maar het voordeel ervan is dat na de definitieve berekening u minder belastingen zult moeten bijbetalen.
Het percentage van de bedrijfsvoorheffing varieert afhankelijk van het type loopbaanonderbreking.
- Volledige onderbreking: 10,13%
- Prestatievermindering met 1/5, 1/4, 1/3: 17,15%
- Prestatievermindering tot 1/2:
- 17,15% als u alleenwonende bent.
Ongeacht uw leeftijd wordt u als alleenwonende beschouwd als:
- u alleen woont;
- u enkel samenwoont met een of meer kinderen die u ten laste hebt vanuit fiscaal oogpunt;
- 30% als u jonger bent dan 50 jaar en u niet alleenwonend bent;
- 35% als u 50 jaar of ouder bent en niet alleenwonend bent.
Franse grensarbeiders
Als u een Franse grensarbeider bent en de RVA daarvan het bewijs levert aan de hand van het document 276 FRONT./GRENS. uitgereikt door de Franse belastingadministratie, kunt u worden vrijgesteld van de bedrijfsvoorheffing op de onderbrekingsuitkeringen.
Als u dat statuut tijdens uw loopbaanonderbreking verliest, dan moet u uw RVA-kantoor daarvan op de hoogte brengen. U bent dan namelijk niet meer vrijgesteld van de bedrijfsvoorheffing.
Belastingaangifte
Met de fiche 281.18, waarop het totaal van de ontvangen uitkeringen staat en eventueel ook het totaal van de bedrijfsvoorheffing ingehouden tijdens het belastingjaar, kunt u uw belastingaangifte invullen.
Bij een laattijdige betaling zullen de ontvangen sommen vermeld staan op de fiche 281.18 van het jaar van de betaling.
Die fiche wordt u elektronisch toegestuurd. U kunt die fiche raadplegen in uw e-Box, via uw dossier ‘loopbaanonderbreking/tijdskrediet’ of via Tax-on-web / My Minfin.
De e-Box is de onlinedienst van de sociale zekerheid. Het is een beveiligde en persoonlijke elektronische mailbox waarmee elke burger op een gecentraliseerde manier officiële documenten kan ontvangen van de verschillende instellingen van de sociale zekerheid, waaronder de RVA.
Meer informatie over de e-Box vindt u op www.myebox.be.
Wilt u toch nog een papieren exemplaar van uw fiscale fiche ontvangen? Dan kunt u dat opvragen bij uw RVA-kantoor.
Bijkomende informatie
Voor alle bijkomende vragen over de invloed van onderbrekingsuitkeringen op de berekening van uw belastingen, kunt u terecht bij uw belastingadministratie.
U vindt de contactgegevens van uw belastingadministratie op de website van de Federale Overheidsdienst Financiën : https://financien.belgium.be.
Welke invloed heeft een loopbaanonderbreking op uw pensioen?
Hebt u vragen over de gelijkstelling van periodes van loopbaanonderbreking voor uw pensioen, surf dan naar www.mypension.be of neem contact op met de gratis pensioenlijn 1765.
Heeft u recht op een aanmoedigingspremie?
In sommige gevallen en onder bepaalde voorwaarden betaalt de Vlaamse Gemeenschap, naast de uitkering van de RVA, een aanmoedigingspremie.
U vindt alle informatie over de aanmoedigingspremie op www.vlaanderen.be.
Voor meer inlichtingen en voor info over de voorwaarden kunt u terecht op het gratis nummer van de Vlaamse Infolijn 1700 of neemt u contact op via e-mail : aanmoedigingspremie@vlaanderen.be.
Bestaan er andere mogelijkheden van loopbaanonderbreking dan die van het ‘gewone’ stelsel?
Ja. Naast de verschillende vormen van ‘gewone’ loopbaanonderbreking, die in dit document staan beschreven, bestaan er nog 4 specifieke vormen van loopbaanonderbreking. Dat is het thematisch verlof.
De 4 vormen van thematisch verlof zijn:
- Ouderschapsverlof. Ouderschapsverlof is een vorm van loopbaanonderbreking waarmee u kunt zorgen voor uw kinderen jonger dan 12 jaar (of jonger dan 21 jaar bij kinderen met een handicap van minstens 66%). In infoblad T19 vindt u meer informatie over dit onderwerp.
- Verlof voor medische bijstand. Verlof voor medische bijstand is een vorm van loopbaanonderbreking om te kunnen zorgen voor een zwaar ziek gezins- of familielid. In infoblad T18 vindt u meer informatie over dit onderwerp.
- Palliatief verlof. Palliatief verlof is een vorm van loopbaanonderbreking om personen met een ongeneeslijke ziekte die terminaal zijn, bij te staan. In infoblad T20 vindt u meer informatie over dit onderwerp.
- Mantelzorgverlof. Mantelzorgverlof is een vorm van loopbaanonderbreking om naasten te helpen of te ondersteunen die hun onafhankelijkheid verliezen. Die naasten hoeven geen familie- of gezinsleden te zijn. In infoblad T164 vindt u meer informatie over dit onderwerp.
Met die 4 vormen van thematisch verlof kunt u uw arbeidsprestaties volledig of gedeeltelijk onderbreken.