Tijdelijke werkloosheid - slecht weer

E26

Laatste update: 01.01.2024

Waarom dit infoblad?

Om u te informeren over de voorwaarden waaraan moet voldaan zijn en de formaliteiten die moeten worden vervuld wanneer u een systeem van tijdelijke werkloosheid wegens slecht weer wilt invoeren voor uw arbeiders.

De schorsing van uitvoering van de arbeidsovereenkomst wegens slecht weer is voorzien in artikel 50 van de wet van 03.07.1978 op de arbeidsovereenkomsten.

Voor de werknemers uit de bouwsector bestaat een specifieke regeling die niet wordt besproken in dit infoblad (zie infoblad ‘Tijdelijke werkloosheid – slecht weer - bouwsector’, nr. E29).

Welke werknemers kunt u tijdelijk werkloos stellen?

Tijdelijke werkloosheid wegens slecht weer kan worden ingevoerd voor:

  • arbeiders;
  • uitzendarbeiders;
  • de leerlingen arbeiders die een alternerende opleiding volgenbeoogd in artikel 1bis van het KB van 28.11.1969 tot uitvoering van de wet van 27.06.1969 tot herziening van de besluitwet van 28.12.1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders (met name de leerlingen met een alternerende overeenkomst in de Franse Gemeenschap en met een overeenkomst van alternerende opleiding in de Vlaamse Gemeenschap).

En studenten?

Studenten kunnen niet tijdelijk werkloos worden gesteld zolang ze studies met volledig leerplan volgen (behalve tijdens de maanden juli, augustus en september volgend op het einde van hun studies, indien ze nog verbonden zijn door een studentenovereenkomst). 

In welk geval kunt u een beroep doen op tijdelijke werkloosheid?

Wanneer de arbeiders door het slechte weer niet meer kunnen werken, kunt u hen, mits naleving van bepaalde formaliteiten, tijdelijk werkloos stellen wegens slecht weer.

Onder slecht weer worden de weersomstandigheden verstaan waarvan u in een mededeling aan de RVA aantoont dat deze, gezien de aard van het werk, de uitvoering van het werk onmogelijk maken.

De volgende voorwaarden moeten dus gelijktijdig vervuld zijn:

  • het moet gaan om ongunstige weersomstandigheden:  regen, vorst, hitte ...;
  • u moet het slecht weer melden aan de RVA (zie verder ‘Maandelijkse mededeling van de 1ste effectieve werkloosheidsdag aan de RVA’)
  • de weersomstandigheden moeten van die aard zijn dat zij de uitvoering van het werk onmogelijk maken. Wanneer de werkzaamheden door het slechte weer enkel bemoeilijkt worden of het rendement daalt, kunt u geen tijdelijke werkloosheid wegens slecht weer invoeren.

    Voorbeelden:
    vorst of hevige regenval waardoor metselwerken of ruwbouwwerken onmogelijk worden;
    regen waardoor een firma die wegmarkeringen doet, ten gevolge van een nat wegdek, niet kan werken;
    Ook zeer warm weer kan uitzonderlijk het werk onmogelijk maken.

  • Er moet een rechtstreeks oorzakelijk verband bestaan tussen het slechte weer en de in uitvoering zijnde werken. Wanneer het slechte weer een indirecte oorzaak is waardoor er niet gewerkt kan worden, kunt u eventueel een andere vorm van tijdelijke werkloosheid, zoals overmacht, aanvragen.

    Voorbeeld:
    Indien door het slechte weer bepaalde grondstoffen niet tijdig kunnen worden geleverd, kunnen de arbeiders die daardoor zonder werk vallen, tijdelijk werkloos gesteld worden wegens overmacht.

Wie verricht de verplichte formaliteiten in geval van tijdelijke werkloosheid ?

U of uw sociaal secretariaat, als uw mandataris.

Indien u uitzendkrachten tewerkstelt, worden bepaalde formaliteiten verricht door het uitzendkantoor.

Welke formaliteiten moet u vervullen VOOR de aanvang van de tijdelijke werkloosheid?

  • Verwittig de arbeiders dat zij zich niet op het werk moeten aanmelden.

Verwittiging van de arbeiders

Wanneer de arbeiders niet kunnen werken door het slechte weer, moet u hen op voorhand verwittigen dat zij zich niet op het werk moeten aanmelden. U kunt die verwittiging op om het even welke wijze doen (via de telefoon, per sms, per mail, per fax, per gewone brief ...). 

Zodra de weersomstandigheden een werkhervatting toelaten, moet u de arbeiders daarvan verwittigen. Die verwittiging kan op dezelfde wijze gebeuren als de eerste verwittiging.

Wat gebeurt er als u de arbeiders niet verwittigt?

Indien u de arbeiders niet tijdig verwittigt en zij zich toch op het werk aanbieden, bent u voor de hele dag loon verschuldigd (artikel 27 van de wet op de arbeidsovereenkomsten). Dat is eveneens het geval indien de arbeiders in de loop van de dag het werk ten gevolge van het slechte weer moeten onderbreken. U kunt hen dus niet voor het resterend aantal uren tijdelijk werkloos stellen. 

Welke formaliteiten moet u vervullen bij de AANVANG van de tijdelijke werkloosheid?

  • Lever maandelijks een controleformulier C3.2A af aan elke arbeider die u tijdelijk werkloos stelt wegens slecht weer.
  • Verstuur maandelijks aan de RVA voor elke arbeider, een mededeling van de 1ste effectieve werkloosheidsdag wegens slecht weer.
  • Doe een elektronische aangifte (ASR scenario 2) indien de arbeider een uitkeringsaanvraag moet indienen.

Deze formaliteiten worden hieronder verder besproken.

Maandelijks afleveren van een controleformulier C3.2A aan de arbeiders

Wanneer moet u het formulier C3.2A afleveren?

U moet, op eigen initiatief, ten laatste op de eerste effectieve werkloosheidsdag van de maand, vóór het normale aanvangsuur van het werk, aan elke arbeider die u tijdelijk werkloos stelt een controleformulier tijdelijke werkloosheid C3.2A afleveren.

Indien de tijdelijke werkloosheid de volgende maand doorloopt, moet u een nieuw formulier C3.2A overhandigen vóór de eerste effectieve werkloosheidsdag van die maand.

Wie levert het formulier C3.2A af voor de arbeiders uitzendkrachten?

U of het uitzendkantoor.

Hoe moet u het formulier C3.2A afleveren?

Vooraleer het formulier af te leveren, moet u de identiteitsgegevens en de betrokken maand invullen en moet u het nummer van het formulier inschrijven in het validatieboek.

U heeft de keuze tussen het bijhouden van een papieren validatieboek of het gebruik van een elektronisch validatieboek via de portaalsite van de sociale zekerheid (www.socialsecurity.be, rubriek Onderneming > Sociale risico’s > Validatieboek). Voor meer informatie, zie het infoblad ‘Het validatieboek’, nr. E20.

Indien u zelf het formulier C 3.2A aflevert aan de arbeiders uitzendkrachten, dan moet u voor hen een papieren validatieboek gebruiken.

Hoeveel formulieren C3.2A?

U mag per maand en per arbeider slechts ééncontroleformulier C3.2A afleveren, zelfs indien er in de loop van de maand meerdere vormen van tijdelijke werkloosheid zijn.

Wat moet de arbeider doen met het formulier C3.2A?

De arbeider moet het formulier steeds in zijn bezit hebben vanaf de eerste effectieve werkloosheidsdag tot het einde van de maand en kunnen voorleggen aan de sociaal inspecteur wanneer die daarom vraagt.

Vanaf de eerste werkloosheidsdag tot het einde van de maand, moet de arbeider het formulier invullen volgens de instructies die erop vermeld staan.Zo moet hij o.a. (vóór de aanvang van de arbeid) alle arbeidsprestaties vermelden die hij verricht voor zichzelf of voor een derde, alsook de ziektedagen, de vakantiedagen en de niet-gepresteerde dagen gedekt door loon.

Op het einde van de maand moet de arbeider zijn controleformulier C3.2A indienen bij zijn uitbetalingsinstelling (HVW, ACLVB, ACV, ABVV).

Wat als de arbeider zijn C3.2A verliest?

Als de arbeider het controleformulier C3.2A verliest, mag u hem geen nieuw formulier afleveren.

In geval van verlies moet de arbeider zo vlug mogelijk aan het bevoegde werkloosheidsbureau een blanco controleformulier C3.2A vragen, waarop het werkloosheidsbureau zijn stempel zet en de vermelding ‘duplicaat’. De arbeider kan dat doen door persoonlijk langs te gaan of via zijn uitbetalingsinstelling. Dat duplicaat is vergoedbaar voor de periode die aanvangt op de dag waarop het bureau werd gecontacteerd. Voor de voorliggende periode zal de directeur van het werkloosheidsbureau oordelen of het duplicaat al dan vergoedbaar is. In principe kan één keer per jaar een duplicaat worden gevraagd.

Wat als de arbeider zich vergist bij het invullen van zijn C3.2A?

Als de arbeider doorhalingen heeft aangebracht op zijn controleformulier C3.2A, mag u hem geen nieuw formulier afleveren.

Als hij zich vergist heeft bij het invullen van zijn controleformulier, moet hij contact opnemen met het bevoegde werkloosheidsbureau (door zich persoonlijk aan te melden of via zijn uitbetalingsinstelling). In principe zijn doorgehaalde, geschrapte, met typex verbeterde, foutief of op dubbelzinnige wijze ingevulde dagen op de controlekaart niet vergoedbaar. De directeur van het werkloosheidsbureau kan evenwel de dagen vergoedbaar verklaren als de arbeider te goeder trouw is en het enkel gaat om een materiële vergissing. Het is echter aan de arbeider om het bestaan van een materiële vergissing te bewijzen.

Hij kan dat doen door bij zijn controlekaart een verklaring op eer toe te voegen. De directeur van het werkloosheidsbureau zal o.a. rekening houden met het al dan niet repetitief karakter van de aanvraag. Een aanvraag wordt beschouwd als repetitief als er in de loop van het jaar voorafgaand aan de nieuwe aanvraag voor afwijking reeds een afwijking werd toegestaan.

Waar kunt u blanco formulieren C3.2A bekomen?

De controleformulieren C3.2A zijn genummerd en kunnen niet worden afgedrukt. U kunt gratis blanco exemplaren van het formulier C3.2A bekomen bij de dienst Economaat van het werkloosheidsbureau van de RVA.

Onder bepaalde voorwaarden kan het sociaal secretariaat zelf het controleformulier C3.2A afdrukken op gewatermerkt papier (watermerk met het logo van de RVA). In dat geval draagt het controleformulier de benaming ‘C3.2A-S’. Het sociaal secretariaat moet op het controleformulier C3.2A-S een volgnummer vermelden alsook een toelatingsnummer dat het vooraf gekregen heeft van de directie Reglementering van de RVA.

Kan er gebruik gemaakt worden van een elektronisch controleformulier?

Vanaf 1 september 2023, beschikken alle werknemers over de mogelijkheid om gebruik te maken van een elektronisch controleformulier (eC3.2). Indien de werknemer voor een elektronisch controleformulier heeft gekozen, mag u aan deze geen papieren controleformulieren meer afleveren. Voor meer informatie, zie volgend infoblad E74 (“De elektronische controlekaart eC3.2”).

Maandelijkse mededeling van de 1ste effectieve werkloosheidsdag aan de RVA

Wanneer moet u de maandelijkse mededeling doen?

U moet elke maand, voor elke arbeider die u tijdelijk werkloos stelt wegens slecht weer, aan de RVA de eerste effectieve werkloosheidsdag van de maand meedelen.

U bent daarvan vrijgesteld indien u gedurende de betrokken kalendermaand reeds een mededeling heeft gedaan van een eerste effectieve werkloosheidsdag wegens werkgebrek op grond van economische oorzaken of wegens technische stoornis voor de betrokken arbeider(s).

De mededeling moet worden verstuurd:

  • ofwel de eerste dag van de effectieve schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst;
  • ofwel de volgende werkdag (*);
  • ofwel, indien u met zekerheid weet dat de arbeider werkloos zal zijn, de werkdag (*) die voorafgaat aan de eerste effectieve werkloosheidsdag.

(*) Onder ‘werkdag’ worden alle dagen van de week verstaan met uitzondering van de zondag, de feestdagen, de vervangende feestdagen en de brugdagen.

Voorbeeld:
Woensdag is de eerste effectieve werkloosheidsdag ingevolge slecht weer: de mededeling kan verstuurd worden op dinsdag, woensdag of donderdag;

Opmerking: indien de voorafgaande werkdag of de volgende werkdag een zaterdag is, aanvaardt de RVA dat de mededeling verstuurd wordt de voorafgaande vrijdag of de volgende maandag.

Voorbeeld :
Vrijdag is de eerste effectieve werkloosheidsdag ingevolge slecht weer: de mededeling kan verstuurd worden op donderdag, vrijdag of ten laatste de volgende maandag.

Hieruit volgt o.a. dat voor een deeltijdse arbeider die gewoonlijk werkzaam is van maandag tot woensdag, de mededeling van de eerste werkloosheidsdag:

  • gelegen op maandag, ook mag verstuurd worden op de voorgaande vrijdag of op de volgende dinsdag;
  • gelegen op woensdag, ook mag verstuurd worden op de voorgaande dinsdag of op de volgende donderdag.

Wanneer de arbeiders het werk in de loop van de dag hebben moeten onderbreken ingevolge slecht weer, bent u voor die dag gewaarborgd dagloon verschuldigd. Indien u er zeker van bent dat de werknemers de volgende dag ook niet kunnen werken, kunt u de mededeling aan de RVA reeds versturen op de dag waarvoor u gewaarborgd loon verschuldigd bent.

De mededeling is maar één maand geldig (vanaf de dag van de tijdige mededeling tot de laatste kalenderdag van de maand). Wanneer het slechte weer de volgende maand voortduurt, moet u dus een nieuwe mededeling versturen, dat uiterlijk de tweede normale werkdag van die maand.

Wat met een feestdag, vervangende feestdag, brugdag?

Indien een feestdag in het weekend valt, dan wordt de volgende maandag in principe als de vervangende feestdag beschouwd.

Voorbeeld: 11.11 valt op een zaterdag. Indien de eerste dag slecht weer van de maand valt op vrijdag 09.11, moet u de mededeling ten laatste versturen op dinsdag 13.11 (maandag 12.11 wordt beschouwd als de vervangende feestdag).

De elektronische toepassing houdt in eerste instantie geen rekening met vervangingsdagen. Daarom krijgt u een waarschuwing indien u de mededeling elektronisch verstuurt op dinsdag 13.11. U mag die boodschap negeren door op ‘volgende’ te klikken. Indien de aangifte een dag later is wegens:

  • een vervangende feestdag gelegen op de maandag, indien de feestdag gelegen was in het weekend, moet u geen bijkomende informatie vermelden;
  • een vervangende feestdag in een andere hypothese, moet u in de zone opmerkingen het volgende vermelden: ##.##.#### = vervangende feestdag voor "##.##.####’. 

Hetzelfde geldt voor collectief vastgelegde brugdagen.

Voorbeeld: de feestdag van 01.11 valt op een donderdag. Vrijdag 02.11 is binnen het bedrijf een collectief vastgelegde brugdag. De eerste effectieve dag slecht weer valt op woensdag 31.10. U mag de mededeling ten laatste versturen op maandag 05.11. U vermeldt in de zone opmerkingen ’vrijdag 02.11.#### = collectieve brugdag’.

Wat indien u de mededeling niet of voortijdig verstuurt?

Een mededeling wordt als voortijdig beschouwd indien zij meer dan één werkdag gelegen is vóór de eerste effectieve werkloosheidsdag.

Een voortijdige mededeling wordt gelijkgesteld met geen mededeling en heeft tot gevolg dat er geen recht is op uitkeringen voor de beschouwde maand.

Voorbeeld: op maandag 08.10 stuurt u een mededeling ‘slecht weer’ waarin woensdag 10.10 wordt vermeld als eerste effectieve werkloosheidsdag. Dat is een voortijdige mededeling waarmee geen rekening wordt gehouden, zodat er geen uitkeringen mogen worden betaald.

Indien u geen mededeling heeft verstuurd of indien u een voortijdige mededeling heeft verstuurd, moet u:

  • voor de eerste 7 dagen vanaf de werkelijke schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst het normale loon betalen;
  • voor de rest van de maand: het begrensd loon (*) betalen.

Het begrensd loon bedraagt ten hoogste 3.299,11 euro per maand. Dat bedrag is gelijk aan het plafond dat geldt voor het berekenen van de werkloosheidsuitkeringen.

Wat indien u de mededeling laattijdig heeft verstuurd?

Een mededeling is laattijdig indien zij méér dan één werkdag gelegen is na de eerste effectieve werkloosheidsdag.

Indien u de maandelijkse mededeling van de eerste effectieve werkloosheidsdag laattijdig verstuurt, aanvaardt de RVA de tijdelijke werkloosheid vanaf de werkdag die voorafgaat aan de dag van verzending van de laattijdige mededeling.
In dergelijk geval moet u loon betalen vanaf de eerste dag van de werkelijke schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst tot en met de dag die voorafgaat aan het begin van de tijdelijke werkloosheid aanvaard door de RVA.
Voor de eerste 7 dagen is dat het normaal loon, voor de volgende werkloosheidsdagen is dat een begrensd loon (*).

(*) Het begrensd loon bedraagt ten hoogste 3.2ç9,11 euro per maand. Dat bedrag is gelijk aan het plafond dat geldt voor het berekenen van de werkloosheidsuitkeringen.

Voorbeeld: Wanneer u op maandag een mededeling verstuurt voor een periode van slecht weer beginnend de woensdag van de voorbije week, dan wordt die pas aanvaard vanaf de vrijdag van de voorbije week. U moet loon betalen voor woensdag en donderdag van de voorbije week.

Wat indien u zich vergist heeft?

Indien de werkgever zich vergist heeft en ten onrechte een mededeling van de eerste effectieve werkloosheidsdag heeft verstuurd, dan moet hij de mededeling aan de RVA (in principe via elektronische weg) zo snel mogelijk annuleren.

Stelt u de arbeiders later in de maand effectief tijdelijk werkloos, dan moet u een nieuwe mededeling van de eerste effectieve werkloosheidsdag versturen aan de RVA.

Indien u de eerste - foutieve - mededeling bent vergeten te annuleren vooraleer u een nieuwe mededeling verstuurt, dan zal de RVA u contacteren met de vraag welke mededeling moet worden geannuleerd. Indien u niet reageert, zal de RVA ervan uitgaan dat de tweede mededeling overbodig was. Omdat de eerst medegedeelde datum niet overeenstemt met de eerste werkloosheidsdag vermeld in de ASR scenario 5 (zie verder  Maandelijkse elektronische aangifte - ASR scenario 5 ‘Maandelijkse aangifte van de uren tijdelijke werkloosheid of schorsing bedienden’), mag de uitbetalingsinstelling voor die maand geen uitkeringen betalen. U moet dus loon betalen voor alle dagen tijdelijke werkloosheid tot het einde van de maand (zie hierboven).

Wat indien de arbeidsovereenkomst op de eerste effectieve werkloosheidsdag omwille van een andere reden geschorst is?

Indien op de eerste effectieve werkloosheidsdag de arbeidsovereenkomst gelijktijdig ook geschorst is omwille van een andere reden (bv. wegens ziekte, individuele vakantie of inhaalrust), dan wordt de mededeling ten aanzien van die arbeider als geldig beschouwd. De arbeider moet die gebeurtenis (ziekte, vakantie …) aanduiden op zijn controleformulier C3.2A en hij zal voor die dagen geen werkloosheidsuitkeringen ontvangen. In dat geval stemt de door u meegedeelde eerste effectieve werkloosheidsdag dus niet overeen met de eerste dag waarvoor werkloosheidsuitkeringen worden toegekend.

Wie moet de maandelijkse mededeling doen voor arbeiders uitzendkrachten?

Voor de uitzendkrachten worden de mededelingen tijdelijke werkloosheid verstuurd door het uitzendkantoor. Het uitzendkantoor vermeldt dan dat de mededelingen worden verstuurd voor uitzendkrachten, en vermeldt tevens de naam en het KBO-nummer van uw onderneming.

Naar waar moet de maandelijkse mededeling worden verstuurd?

De mededeling moet worden verstuurd naar het werkloosheidsbureau van de plaats waar de onderneming gevestigd is. Daarmee wordt de exploitatiezetel van de onderneming bedoeld en niet de maatschappelijke zetel.

Hoe moet u de maandelijkse mededeling doen?

De mededeling moet verplicht elektronisch worden verstuurd (via het web) of via een gestructureerde elektronische boodschap (via batch).

Via het web?

Ga naar de portaalsite van de sociale zekerheid (www.socialsecurity.be > rubriek Onderneming > Sociale risico’s > Tijdelijke werkloosheid).

Om een elektronische aangifte te kunnen verrichten, moet u toegang hebben tot de beveiligde onlinediensten van de Sociale Zekerheid.

  • Indien u al over een toegang voor uw onderneming beschikt, kunt u zich aanmelden met uw elektronische identiteitskaart of met uw gebruikersnaam en een wachtwoord (www.socialsecurity.be > rubriek Onderneming > aanmelden);
  • Indien u nog niet over een toegang voor uw onderneming beschikt, moet een verantwoordelijke van uw onderneming een elektronische aanvraag tot registratie indienen (www.socialsecurity.be > rubriek Onderneming > accountbeheer van mijn onderneming > registreren) en deze:
    • ofwel ondertekenen met zijn elektronische identiteitskaart en online versturen;
    • ofwel afdrukken, ondertekenen en per post opsturen.

Als u problemen heeft in verband met de toegang, kunt u het contactcenter eranova contacteren (tel. 02 511 51 51, of via het contactformulier op de portaalsite).

Via batch?

U vindt u alle nodige informatie voor het versturen van een gestructureerde boodschap op de portaalsite van de sociale zekerheid (www.socialsecurity.be > rubriek Onderneming > Sociale risico’s > Tijdelijke werkloosheid > Help > Helpcentrum).

Zijn er uitzonderingen op het elektronisch verzenden van de mededeling?

U kunt de elektronische mededeling vervangen door:

  • ofwel een mededeling die aangetekend per post wordt verstuurd;
  • ofwel door een fax naar het werkloosheidsbureau van de RVA van de plaats waar de exploitatiezetel van de onderneming is gevestigd.

Dat is enkel mogelijk in de volgende 3 gevallen:

Eerste mededeling:

U verricht voor het eerst een mededeling tijdelijke werkloosheid of u verricht opnieuw een mededeling tijdelijke werkloosheid na een periode van onderbreking van 24 maanden (berekend van datum tot datum).

Bij ontvangst van uw mededeling per aangetekend schrijven of per fax, zal het werkloosheidsbureau u een brief sturen met informatie over de verplichting om de mededeling elektronisch te verrichten en over de uitzonderingen op dat principe, zodat u zich bij een volgende mededeling kunt aanpassen.

Ontbreken van de nodige informaticamiddelen:

U beschikt niet over de nodige informaticamiddelen om een elektronische mededeling te verrichten en u heeft een vrijstelling van elektronische mededeling gekregen van de directeur van het werkloosheidsbureau van de RVA.

U kunt die vrijstelling aanvragen met een gewone brief gericht aan de dienst Tijdelijke Werkloosheid van het werkloosheidsbureau van de RVA van de plaats waar uw onderneming is gevestigd.

De aanvraag om vrijstelling bevat de volgende verklaring op eer: ‘Ik bevestig op eer dat ik niet over de nodige informaticamiddelen beschik voor het verzenden van een elektronische mededeling aangezien …’ (u vermeldt de redenen, bv. ‘…ik niet over een internetverbinding beschik’). Ik vraag dan ook een vrijstelling van het elektronisch verrichten van mijn mededelingen tijdelijke werkloosheid vanaf DD/MM/JJ, en dit voor een periode van 24 maanden, berekend van datum tot datum.’

De vrijstelling wordt toegekend voor een periode van 24 maanden en kan opnieuw worden toegekend mits indiening van een nieuwe aanvraag.

Technische problemen:

U kunt de mededeling niet elektronisch verrichten omwille van technische problemen (tijdelijk probleem met de internetverbinding, computerpanne ...).

In dat geval vermeldt u in de aangetekende zending of in de fax die de mededeling bevat met welk technisch probleem u geconfronteerd wordt.

Indien de mededeling via een aangetekende brief gebeurt, moet zij ook de naam van de werkgever, zijn adres en zijn ondernemingsnummer vermelden.

Welke vermeldingen moet de maandelijkse mededeling bevatten?

De maandelijkse mededeling aan de RVA moet de volgende vermeldingen bevatten:

  • uw naam, adres en ondernemingsnummer of van uw onderneming;
  • de naam, voornaam en het identificatienummer van de sociale zekerheid van de arbeider die werkloos wordt gesteld;
  • de eerste dag waarop de arbeidsovereenkomst van de betreffende arbeider(s) in de beschouwde maand geschorst wordt wegens slecht weer;
  • het volledig adres van de plaats waar de arbeiders die dag normaal zouden hebben gewerkt (indien de straatnaam of het huisnummer nog niet gekend is, moet in de zone voorzien voor de straat een voldoende duidelijke beschrijving gegeven worden om de werf te lokaliseren). Die verplichting maakt het de controlediensten mogelijk de echtheid van de werkloosheid te controleren;
  • de aard van het slechte weer op dat ogenblik;
  • de aard van het op dat ogenblik in uitvoering zijnde werk en de reden waarom de uitvoering van het werk onmogelijk is, gezien de aard van het slechte weer en de aard van het werk dat moest worden uitgevoerd.

U kunt meerdere arbeiders in één mededeling vermelden indien cumulatief voldaan is aan de volgende voorwaarden:

  • Het is voor alle arbeiders vermeld in de mededeling de eerste effectieve werkloosheidsdag;
  • het gaat om arbeiders die op dezelfde plaats zouden hebben gewerkt;
  • het gaat om arbeiders die hetzelfde werk uitvoeren of een werk dat in dezelfde mate onmogelijk wordt door het slechte weer.
Wat gebeurt er na verzending van de mededeling?

Van elke elektronische mededeling ontvangt u een ontvangstbericht met vermelding van een uniek nummer en de inhoud van de mededeling. U heeft de mogelijkheid om de elektronische mededelingen te consulteren (via de portaalsite van de sociale zekerheid of via batch, afhankelijk van de manier van communicatie die u heeft gebruikt). Indien nodig kunt u de mededeling annuleren (zie hoger ‘Wat indien u zich vergist heeft?’).

Het bevoegde werkloosheidsbureau verifieert of de mededeling conform de reglementering is (bv. of de termijn van mededeling van de 1ste effectieve dag werd nageleefd).

  • Indien de mededeling reglementair in orde is, wordt de inhoud ervan ingebracht in een databank die ter beschikking staat van de uitbetalingsinstellingen (HVW, ACLVB, ACV, ABVV). Zij raadplegen die gegevens met het oog op het correct uitbetalen van uitkeringen aan de tijdelijk werklozen;
  • Indien de mededeling reglementair niet in orde is, wordt u daarvan op de hoogte gebracht door het werkloosheidsbureau. U kunt uw situatie dan zo snel mogelijk regulariseren door een nieuwe mededeling te versturen of door de ontbrekende gegevens over te maken. Als de mededeling niet in orde is, voorziet de wet een loonsanctie (zie hierboven ‘Wat indien u de mededeling niet of voortijdig verstuurt?’ en ‘Wat indien u de mededeling laattijdig heeft verstuurd?’)

Elektronische aangifte – ASR scenario 2 ‘Aangifte vaststellen recht op tijdelijke werkloosheid of schorsing bediende’ 

Wanneer moet u een ASR scenario 2 doen?

Wanneer de arbeider een uitkeringsaanvraag moet indienen, d.w.z.:

  • bij de eerste tijdelijke werkloosheid van de arbeider in uw onderneming;
  • indien hij opnieuw tijdelijk werkloos wordt gesteld na een onderbreking van de uitkeringen tijdelijke werkloosheid van minstens 36 maanden;
  • indien hij opnieuw tijdelijk werkloos wordt gesteld na een wijziging van zijn contractuele arbeidsregeling (de factor Q of S) (bv. indien hij deeltijds gaat werken of in loopbaanonderbreking of tijdskrediet gaat).
  • bij de eerste tijdelijke werkloosheid na 30/09 (in functie van de mogelijke jaarlijkse herziening van het bedrag van de uitkering);

U moet bij de aanvang van de werkloosheid én op uw eigen initiatief, een ASR scenario 2 verrichten via de portaalsite van de sociale zekerheid (www.socialsecurity.be > Onderneming > Sociale risico’s > ASR > Werkloosheid > Scenario 2 ‘Aangifte vaststellen recht tijdelijke werkloosheid of schorsing bedienden’) of via batch.

U overhandigt, ter informatie, een print van de elektronische aangifte aan de werknemer.

Voor meer informatie over de factoren Q en S en het theoretisch gemiddeld brutoloon, lees het infoblad Werkgevers ‘Het formulier C4 – werkloosheidsbewijs’ nr. E14.

Aan de hand van de ASR scenario 2 kan de RVA het dagbedrag van de uitkering berekenen. 

Wie verricht de ASR scenario 2 voor uitzendarbeiders?

Voor uitzendarbeiders moet de ASR altijd verricht worden door het uitzendkantoor, met vermelding van het KBO-nummer. 

Wat moet de arbeider doen ?

De werknemer houdt ter informatie de afdruk bij van de elektronische aangifte die u hebt overhandigd en contacteert zo snel mogelijk zijn uitbetalingsinstelling (ABVV, ACLVB, ACV, HVW) om een formulier C3.2-werknemer (aanvraag om uitkeringen tijdelijke werkloosheid) in te vullen.

De uitbetalingsinstelling zal de ASR scenario 2 ophalen.

Voorbeelden:

  • De arbeider wordt voor het eerst tijdelijk werkloos gesteld op 16 juni. De uitkeringsaanvraag moet ten laatste op 31 augustus op het werkloosheidsbureau toekomen.
  • De arbeider wordt voor het eerst tijdelijk werkloos gesteld op 1 juli. De uitkeringsaanvraag moet ten laatste op 30 september op het werkloosheidsbureau toekomen.
  • De arbeider wordt voor het eerst tijdelijk werkloos gesteld op 31 juli. De uitkeringsaanvraag moet ook ten laatste op 30 september op het werkloosheidsbureau toekomen.

Welke formaliteiten moet u vervullen TIJDENS de periode van tijdelijke werkloosheid?

  • Overhandig een nieuw formulier C3.2A aan de arbeiders vóór de 1ste werkloosheidsdag van elke maand en deel aan de RVA de eerste effectieve werkloosheidsdag mee voor elke arbeider (zie hierboven ‘Maandelijks afleveren van een controleformulier C3.2A aan de arbeiders’ en ‘Maandelijkse mededeling van de 1ste effectieve werkloosheidsdag van de maand aan de RVA’);
  • Verricht maandelijks, na afloop van de maand, een elektronische aangifte (ASR scenario 5) voor de werkloos gestelde arbeiders;
  • Als de contractuele arbeidsduur wijzigt (de factor Q of S), verricht u een ASR scenario 2 (zie hierboven Elektronische aangifte - ASR scenario 2 ‘Aangifte vaststelling recht op tijdelijke werkloosheid en schorsing bedienden’).

De formaliteiten die nog niet zijn uitgelegd, worden hierna uitvoering beschreven.

Maandelijkse elektronische aangifte - ASR scenario 5 ‘Maandelijkse aangifte van de uren tijdelijke werkloosheid of uren schorsing bedienden’

Wanneer een ASR scenario 5 verrichten?

Na het einde van de maand en op eigen initiatief, doet u een ASR scenario 5

Wie verricht de ASR scenario 5 wanneer het gaat om arbeiders uitzendkrachten?

Voor arbeiders uitzendkrachten, moet de ASR altijd verricht worden door het uitzendkantoor, met vermelding van uw KBO-nummer.

Hoe en waarom een ASR scenario 5 verrichten?

U verricht de elektronische aangifte via de portaalsite van de sociale zekerheid (www.socialsecurity.be > Onderneming > Sociale risico’s > ASR > Werkloosheid > Scenario 5 ‘Maandelijkse aangifte van de uren tijdelijke werkloosheid of uren schorsing bedienden’) of via batch en u overhandigt een print van de elektronische aangifte aan de arbeider.

Voor meer informatie over het invullen van de factor Q en S, het rooster T en het theoretisch gemiddeld brutoloon, lees het infoblad Werkgevers ‘Het formulier C4 - WERKLOOSHEIDSBEWIJS’, nr. E14.

U vermeldt het aantal uren dat de werknemer tijdelijk werkloos geweest is voorafgegaan door een code toegekend volgens de aard van de tijdelijke werkloosheid.

Aan de hand van de controlekaart C 3.2A en de ASR scenario 5, kunnen de uitbetalingsinstelling en de RVA het aantal uitkeringen berekenen waarop de arbeider recht heeft. 

Welke dagen mag u niet opgeven als dagen tijdelijke werkloosheid?

U mag de arbeiders niet tijdelijk werkloos stellen op de volgende dagen:

  • wettelijke feestdagen (of de vervangingsdagen ervan) die gelegen zijn in een periode van tijdelijke werkloosheid. U bent loon verschuldigd voor die dagen. Voor een aantal feestdagen (afhankelijk van het aantal dagen tijdelijke werkloosheid tijdens het betrokken kalenderjaar), geniet u een vermindering van sociale bijdragen;
  • dagen waarvoor u loon moet betalen (bv. 7 dagen loon in geval van laattijdige mededeling zonder regularisatie) of gewaarborgd dagloon (in toepassing van artikel 27 van de wet op de arbeidsovereenkomsten);
  • de dagen waarop de arbeidernormaal niet werkt (bv. de zaterdag als dat de normale inactiviteitsdag is); 

volledig verworven inhaalrustdagen waarop de arbeider recht heeft als gevolg van arbeid op een zondag, een feestdag of het presteren van overuren. De arbeider moet eerst die dagen inhaalrust uitputten vooraleer hij tijdelijk werkloos kan worden gesteld wegens slecht weer (artikel 51bis van de wet op de arbeidsovereenkomsten). Dat principe geldt ook voor volledige inhaalrustdagen verworven ingevolge overschrijdingen van de arbeidsduur in het kader van de invoering van flexibele arbeidsregelingen.

De volgende inhaalrustdagen moeten niet eerst worden uitgeput:

    • inhaalrust die niet minstens een volledige dag bedraagt;
    • inhaalrust - al dan niet collectief vastgelegd - toegekend in het kader van arbeidsduurvermindering.

Opgepast: U kunt de arbeider slechts tijdelijk werkloos stellen voor een volledige arbeidsdag, d.w.z. voor het totaal aantal uren waarop hij normaal die dag zou hebben gewerkt. Zo kunt u de arbeider bijv. niet meer tijdelijk werkloos stellen voor het resterend aantal uren van de dag indien hij het werk in de loop van de dag heeft moeten onderbreken wegens slecht weer.  

Hoeveel ASR’s scenario 5 moet u verrichten?

U verricht slechts één ASR per maand en per arbeider, ook indien er in de loop van de maand meerdere vormen van tijdelijke werkloosheid zijn.

Wat moet de arbeider doen?

De arbeider houdt, ter informatie, de kopie bij van de ASR die u hem heeft overhandigd.

De arbeider moet enkel zijn controlekaart C3.2A indienen bij zijn uitbetalingsinstelling, na afloop van de maand. De ASR scenario 5 wordt automatisch verstuurd naar de uitbetalingsinstelling van de arbeider.

Hebben de arbeiders recht op uitkeringen tijdelijke werkloosheid?

De arbeiders die tijdelijk werkloos wegens slecht weer worden gesteld zijn vrijgesteld van wachttijd, d.w.z. dat ze onmiddellijk recht hebben op uitkeringen zonder dat ze een bepaald aantal arbeidsdagen in loondienst of daarmee gelijkgestelde dagen moeten bewijzen. De gewone vergoedbaarheidsvoorwaarden zijn op hen van toepassing (o.a. arbeidsgeschikt zijn, de voorwaarden voor het uitoefenen van een bijberoep …). 

Wat indien u werknemers tijdelijk werkloos stelt terwijl er geen sprake is van een geldige schorsing van de uitvoering van hun arbeidsovereenkomst op grond van werkgebrek wegens economische oorzaken?

In dergelijk geval bent u verplicht om het normale loon te betalen aan de werknemers voor de dagen waarop de uitvoering van hun arbeidsovereenkomst niet geldig is geschorst.

U moet in dergelijk geval het brutobedrag van de ten onrechte betaalde uitkeringen tijdelijke werkloosheid terugbetalen aan de RVA.

U mag het nettobedrag van de ten onrechte betaalde uitkeringen tijdelijke werkloosheid inhouden van het nettoloon dat u aan de werknemers moet betalen.

Deze werkwijze is van toepassing op de ten onrechte betaalde uitkeringen die betrekking hebben op de periode vanaf 1 juli 2022.

Hoeveel bedraagt de uitkering tijdelijke werkloosheid?

In geval van tijdelijke werkloosheid ontvangen de arbeiders een bedrag gelijk aan 60% van hun gemiddeld loon (begrensd tot 3.299,11 euro per maand).

Op de uitkeringen tijdelijke werkloosheid wordt 26,75% bedrijfsvoorheffing ingehouden.

De leerlingen beoogd in artikel 1bis van het voormelde KB van 28.11.1969, ontvangen een  forfaitair bedrag.

Hebben uw arbeiders recht op een supplement bovenop hun uitkering?

De wet voorziet twee supplementen:

  • Een supplement voorzien in de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten.

Bij tijdelijke werkloosheid wegens slecht weer hebben uw arbeiders recht op een supplement bovenop hun werkloosheidsuitkering voor elke dag waarop ze tijdelijk werkloos worden gesteld. Het minimumbedrag van het supplement bedraagt 2 euro per werkloosheidsdag.

U moet dit supplement betalen, tenzij de betaling ervan door een algemeen verbindend verklaarde cao ten laste wordt gelegd van een Fonds voor Bestaanszekerheid.

  • Daarnaast voorziet de wet van 5 november 2023 houdende diverse bepalingen (BS 23.11.2023) dat uw arbeiders vanaf 1 januari 2024 mogelijks (*) ook nog recht hebben op een bijkomende toeslag van 5 euro per dag voor elke dag die gedekt wordt door een tijdelijke werkloosheidsuitkering:
    • Indien het bruto maandloon van uw arbeiders niet hoger is dan 4.000 euro, hebben ze recht op deze toeslag vanaf de eerste werkloosheidsdag voor elke dag gedekt door een tijdelijke werkloosheidsuitkering;
    • Indien het bruto maandloon van uw arbeiders hoger is dan 4.000 euro, hebben ze recht op deze toeslag vanaf de 27ste dag tijdelijke werkloosheid in hetzelfde kalenderjaar bij dezelfde werkgever. Voor de telling van de tijdelijke werkloosheidsdagen wordt geen rekening gehouden met de dagen tijdelijke werkloosheid wegens overmacht.

Deze toeslag compenseert het feit dat het bedrag van de tijdelijke werkloosheidsuitkeringen (met uitzondering van tijdelijke werkloosheid wegens overmacht) vanaf 1 januari 2024 60 % van het gemiddelde dagloon bedraagt.

De toeslag is gekoppeld aan de spilindex die geldt op 1 januari 2024.
U moet deze toeslag betalen, tenzij de betaling ervan door een algemeen verbindend verklaarde cao ten laste wordt gelegd van het Fonds voor Bestaanszekerheid.

(*) Uitzondering: u moet deze toeslag niet betalen indien door een cao bij tijdelijke werkloosheid een percentage van het loon wordt gewaarborgd waardoor uw arbeiders een supplement ontvangen dat ten minste gelijk is aan de bijkomende toeslag.

Schematisch overzicht van de formaliteiten per type tijdelijke werkloosheid

 

 

Oorspronkelijke / voorafgaandelijke
mededeling

Mededeling 1ste effectieve
werkloosheidsdag
van de maand (*)

Aflevering C3.2A (****)

ASR 5 (werkloosheidsuren)

ASR 2  (uitkerings-aanvraag)

TW slecht weer (zie infoblad E26)

Nee

Ja, tussen de werkdag die eraan voorafgaat en de werkdag die daarop volgt (**)

Ja, ten laatste de 1ste effectieve werkloosheidsdag van de maand + inschrijving in validatieboek

Ja, na afloop van de maand

Ja, bij de 1ste TW binnen de onderneming (***)

TW slecht weer - bouwsector (zie infoblad E29) 

Nee

Ja, tussen de werkdag die eraan voorafgaat en de werkdag die daarop volgt (**)

Speciale controlekaart af te leveren voor de aanvraag van de maand

Ja, na afloop van de maand

 Ja, bij de 1ste TW binnen de onderneming (***)

TW  werkgebrek arbeiders (zie infoblad E22)

Ja, 7 kalenderdagen vooraf (uitgezonderd afwijkende regelingen)

Ja, tussen de 5de werkdag die eraan voorafgaat en de werkdag die daarop volgt (**)

Ja, ten laatste de 1ste effectieve werkloosheidsdag van de maand + inschrijving in validatieboek

Ja, na afloop van de maand

Ja, bij de 1ste TW binnen de onderneming (***)

TW werkgebrek werkgevers (zie infoblad E55)

Ja, 7 kalenderdagen vooraf + voorafgaandelijke voorwaarden ten minste 14 dagen vooraf

Ja, tussen de 5de werkdag die eraan voorafgaat en de werkdag die daarop volgt (**)

Ja, ten laatste de 1ste effectieve werkloosheidsdag van de maand + inschrijving in validatieboek

Ja, na afloop van de maand

Ja, bij de 1ste TW binnen de onderneming (***)

TW werkgebrek - bouwsector (zie infoblad E21)

Ja, bijzondere termijn

Ja, tussen de 5de werkdag die eraan voorafgaat en de werkdag die daarop volgt (**)

Speciale controlekaart af te leveren voor de aanvrag van de maand

Ja, na afloop van de maand

Ja, bij de 1ste TW binnen de onderneming (***)

TW technische stoornis (zie infoblad E27)

Ja, de 1ste werkdag die volgt op de stechnisse stoornis

Ja, tussen de werkdag die eraan voorafgaat en de werkdag die daarop volgt (**)

Ja, ten laatste de 1ste effectieve werkloosheidsdag van de maand

Ja, na afloop van de maand

Ja, bij de 1ste TW binnen de onderneming (***)

TW overmacht (zie infoblad E24)

Ja (administratieve praktijk)

Nee

Ja, ten laatste de 1ste effectieve werkloosheidsdag van de maand

Ja, na afloop van de maand

Ja, bij de 1ste TW binnen de onderneming (***)

TW overmacht medische redenen (zie infoblad E24)

Nee

Nee

Ja, ten laatste de 1ste effectieve werkloosheidsdag van de maand

Ja, na afloop van de maand

JA, bij elke aanvraag omwille van overmacht medische redenen

TW sluiting jaarlijkse vakantie (zie infoblad E23)

Nee

Nee

Ja, ten laatste de 1ste effectieve werkloosheidsdag van de maand

Ja, na afloop van de maand

Ja, bij de 1ste TW binnen de onderneming (***)

TW staking of lock-out (zie infoblad E25)

Nee

Ja, geen termijn voorzien, per staking eenmalige mededeling van het begin van de werkloosheid

Ja, op vraag van de werknemer

Ja, op vraag van de werknemer

Ja, op vraag van de werknemer, bij de 1ste TW binnen de onderneming (***)

(*) Slechts één mededeling per maand en per werknemer.

(**) Onder "voorafgaandelijke of volgende werkdag" worden alle dagen van de week verstaan met uitzondering van de zondagen, de feestdagen, de vervangende feestdagen en de brugdagen.

(***) of wijziging van de factorQ/S of onderbreking van de uitkeringen TW ≥ 36 maanden.

(****) behalve indien de werknemer gebruik maakt van de elektronische controlekaart eC3.2.